Organisatie | Nunspeet |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de rekenkamercommissie Elburg-Oldebroek-Putten-Nunspeet |
Citeertitel | Verordening op de rekenkamercommissie Elburg-Oldebroek-Putten-Nunspeet |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
bronvermelding
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2005 | 13-06-2012 | Nieuwe regeling | 31-03-2005 Onbekend | gem. | |
01-07-2005 | Nieuwe regeling | 31-03-2005 Onbekend | gem. |
In deze verordening wordt verstaan onder:
voorzitter van de rekenkamercommissie;
college van burgemeester en wethouders;
de raad van de gemeente Nunspeet;
de raden van de gemeenten Elburg, Oldebroek, Putten en Nunspeet gezamenlijk;
de lokale rekenkamercommissie van de gemeenten Elburg, Oldebroek, Putten en Nunspeet afzonderlijk.
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat. Bij ontstentenis van de voorzitter treedt het langstzittende externe lid op als voorzitter dan wel, als de overige leden een gelijke periode zitting hebben gehad, het oudste externe lid in jaren.
Artikel 5 Ontslag en non-activiteit
Het lidmaatschap van een extern lid eindigt:
b. bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie.
c. wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;
d. indien het lid bij onherroepelijk geworden rechtelijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;
De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.
De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.
De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het concept-onderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede)voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt verder wie nog meer als betrokkenen worden aangemerkt.
Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:
a. de vergoedingen aan de externe leden;
c. interne onderzoeksmedewerkers;
d. externe deskundigen die eventueel door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;
e. eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.
Toelichting 1 Toelichting op de Verordening op de rekenkamercommissie Elburg - Oldebroek - Putten -
Dit artikel bevat enkele definities om te voorkomen dat bepaalde begrippen telkens in hun geheel
moeten worden uitgeschreven. In deze verordening is ervoor gekozen om de begrippen doelmatigheid,
doeltreffendheid en rechtmatigheid (die in artikel 182 van de Gemeentewet zijn genoemd)
niet in artikel 1 op te nemen. Wel wordt in deze toelichting uiteengezet wat onder deze termen
wordt verstaan. Doelmatigheid is de mate waarin de nagestreefde beleidsdoelen tegen zo gering
mogelijke kosten worden bereikt. Bij doeltreffendheid gaat het er om of het resultaat van het beleid
beantwoordt aan wat er met het beleid werd beoogd en de gestelde beleidsdoelen worden
verwezenlijkt. Bij rechtmatigheid gaat het om het voldoen aan de wettelijke kaders en regelgeving.
Het gaat dan vooral om wet- en regelgeving die direct van belang is voor de rechtmatigheid van
de totstandkoming van de gemeentelijke baten en lasten.
Wanneer gemeenten geen rekenkamer instellen, stellen zij op grond van artikel 81o van de wet
regels vast voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie. De wet spreekt van een rekenkamerfunctie.
De gemeenten Elburg, Oldebroek, Putten en Nunspeet hebben ervoor gekozen hun rekenkamercommissies
gezamenlijk te bemensen (‘personele unie’). De rekenkamercommissies
van Oldebroek en Nunspeet zullen bestaan uit drie gezamenlijk te werven externen, de rekenkamercommissies
van Elburg en Putten zullen bestaan uit deze drie externen alsmede uit twee uit
het midden van deze respectievelijke raden te benoemen personen. De samenwerking krijgt
eveneens gestalte door vaststelling van zoveel gelijkluidende verordeningen en reglementen van
Benoeming geschiedt door de raden van de deelnemende gemeenten.
De verplichting deze eed of verklaring en belofte af te leggen vloeit voor de rekenkamer rechtstreeks
voort uit artikel 81g van de Gemeentewet. Deze bepaling wordt van overeenkomstige
toepassing verklaard op de externe leden van de rekenkamercommissie.
Dit artikel handelt over het ontslag van de leden en over de mogelijkheid (of soms verplichting)
hen op non-activiteit te stellen in bepaalde situaties. De onverenigbaarheid van functies met lidmaatschap
van de rekenkamercommissie vloeit voort uit artikel 81o van de Gemeentewet.
In dit artikel is de vergoeding die externe leden voor hun werkzaamheden ontvangen, vastgelegd.
De rekenkamercommissie wordt bijgestaan door een secretaris. Deze wordt eveneens door de raad benoemd. De rekenkamercommissie dient zelfstandig te functioneren en in het derde lid is
voorzien in een rechtstreekse verantwoordingsrelatie van de secretaris ten opzichte van de rekenkamercommissie.
Artikel 81i van de Gemeentewet wordt van overeenkomstige toepassing verklaard op de rekenkamercommissie.
In het reglement van orde moeten/kunnen zaken als de verhouding secretaris -
voorzitter, de procedure die wordt gevolgd bij onderzoeken, hoe wordt omgegaan met verzoeken
van derden om onderzoek te verrichten enzovoorts geregeld.
De rekenkamercommissie dient onafhankelijk te zijn en om deze onafhankelijkheid te bevorderen
is het van belang dat zij zelfstandig de onderzoeksonderwerpen kan kiezen. De rekenkamercommissie
kan op verzoek van de raad een onderzoek instellen, maar is niet verplicht het verzoek van
de raad in te willigen. Dit verzoek van de raad wordt in artikel 182, tweede lid van de wet expliciet
genoemd. Doordat deze mogelijkheid van uitdrukkelijk in de wet is genoemd, wordt er een bepaalde
gewicht toegekend aan het verzoek van de raad. Indien de rekenkamercommissie niet
voldoet aan een goed gemotiveerd verzoek van de raad, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.
Om te waarborgen dat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar onderzoek over voldoende
en relevante gegevens kan beschikken is voorzien in de bevoegdheid om inlichtingen in
te winnen van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren. De rapporten van de
rekenkamercommissie zijn in beginsel openbaar, maar op grond van de belangen genoemd in
artikel 10 van de WOB kunnen rapporten of gedeelten daarvan als geheim worden aangemerkt.
Uit oogpunt van zorgvuldigheid is het van groot belang dat de onderzochte partij de kans krijgt te
reageren op een (nog niet gepubliceerd) ontwerp-onderzoeksrapport. Er vindt dan wederhoor
plaats waarbij de feitelijke bevindingen die uit het onderzoek voortvloeien aan de desbetreffende
ambtenaren worden voorgelegd met de vraag de eventuele onjuistheden eruit te halen en het te
corrigeren. Indien van toepassing wordt de verantwoordelijke wethouder of het college de gelegenheid
geboden om te reageren op de concept-aanbevelingen die de rekenkamercommissie
verbindt aan de (gecorrigeerde) bevindingen. Tot slot brengt de rekenkamercommissie een definitief
rapport naar buiten met bevindingen, conclusies en eventueel aanbevelingen.
De rekenkamercommissie is zelfstandig verantwoordelijk voor de besteding van het budget dat
noodzakelijk is voor de uitvoering van haar taak. Ten laste van het budget worden de in het tweede