Organisatie | Lopik |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Herziening Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2012 |
Citeertitel | HerzieningVerordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2015.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 01-01-2015 | intrekking | 28-10-2014 Elektronisch Gemeenteblad, 10-11-2014 | Onbekend. | |
01-06-2012 | 01-01-2015 | Onbekend | 29-05-2012 Het Kontakt | geen | |
01-01-2012 | 01-06-2012 | Onbekend | 13-12-2011 Zenderstreeknieuws 13-12-2011 | geen |
De raad van de gemeente Lopik;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 april 2012;
overwegende,dat het wenselijk is dat de Verordening voorzieningen Wmo van de gemeente Lopik qua strekking zoveel mogelijk overeenkomt met de verordening van de gemeente Nieuwegein;
gelet op,artikel 147 van de Gemeentewet alsmede artikel 1, 4 en 5 van de Wet maatschappelijke Ondersteuning (Wmo);
de Herziene Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2012 vast te stellen onder gelijktijdige intrekking van de op 13 december 2011 vastgestelde Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2012.
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
de algemene verplichting aan het college, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de wet, om voor personen met een beperking, een chronisch psychisch of psychosociaal probleem een situatie te creëren waardoor zij in staat worden gesteld tot het voeren van een huishouden, zich te verplaatsen in en om de woning, zich lokaal te verplaatsen en medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan. Het college doet dit door te verwijzen naar algemene of collectieve voorzieningen dan wel het verstrekken van individuele voorzieningen op grond van de wet en deze verordening met een uiteindelijk resultaat dat als compensatie mag gelden en in het individuele geval maatwerk is.
het eerste contact na een aanmelding waarin met degene die maatschappelijke ondersteuning zoekt zijn gehele situatie wordt geïnventariseerd ten aanzien van de beperkingen en de gevolgen daarvan, de te bereiken resultaten, de te kiezen oplossingen via eigen mogelijkheden of via mogelijkheden van het netwerk dan wel via algemene, algemeen gebruikelijke collectieve, (wettelijk) voorliggende en individuele voorzieningen.
Belanghebbende: een persoon met een beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem die behoefte heeft aan compensatie ten behoeve van het bevorderen van zijn deelname aan het maatschappelijk verkeer en het zelfstandig functioneren, die voor zichzelf of, met behulp van een machtiging, door een ander een aanmelding of een aanvraag doet of laat doen.
een situatie van verlies van zelfstandigheid en, met name, een gebrek aan mogelijkheden tot deelname aan het maatschappelijk verkeer, veroorzaakt door belemmeringen die iemand ondervindt in zijn relatie met anderen, met zijn sociale omgeving.
Ontleend aan uitspraak CRvB 29-04-2009. LJN: BI6832. Dit is een omgewerkt citaat uit de parlementaire behandeling in die uitspraak geciteerd.
een voorziening, niet specifiek gericht op personen met een beperking, die wordt geleverd op basis van directe beschikbaarheid, een beperkte toegangsbeoordeling en die een snelle, regelarme en adequate oplossing biedt voor de beperkingen die een persoon ondervindt en die niet door het college wordt verstrekt of beheerd. Het college kan ernaar verwijzen.
een voorziening die is bestemd voor een specifieke doelgroep, die wordt geleverd met een beperkte toegangsbeoordeling en die een snelle en regelarme oplossing biedt voor de beperkingen die een persoon ondervindt. Een collectieve voorziening kan individueel worden verstrekt of er kan naar worden verwezen als voorliggende voorziening.
normale deelname aan het maatschappelijke verkeer, te weten het voeren van een huishouden, het normale gebruik van de woning; het zich in en om de woning verplaatsen; het zich zodanig verplaatsen dat aansluiting wordt gevonden bij regionale, bovenregionale en landelijke vervoersystemen; het ontmoeten van andere mensen en het aangaan en onderhouden van sociale verbanden om op die manier deel te nemen aan het lokale maatschappelijke leven
International Classification of Functions, Disabilities and Health: een uniform begrippenkader dat als grondslag wordt gehanteerd om de behoefte aan voorzieningen in een individueel geval vast te stellen, met dien verstande dat hierbij onderscheid wordt gemaakt in stoornis, beperking of participatieprobleem.
Hoofdstuk 2 Resultaatgerichte compensatie
Artikel 2 De te bereiken resultaten
Op basis van artikel 4, eerste lid van de wet kan een persoon aanspraak maken op een individuele voorziening op grond van deze verordening, voor zover deze langdurig noodzakelijk is om:
b.zich te verplaatsen in en om de woning;
c.zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel;
d.medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan of te behouden.
De op basis van artikel 4, eerste lid van de wet via compenserende maatregelen te bereiken resultaten zijn:
a. een schoon en leefbaar huis;
b. wonen in een geschikt huis;
c. beschikken over goederen voor primaire levensbehoeften;
d. beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding;
e. het thuis kunnen zorgen voor kinderen die tot het gezin behoren;
f. zich verplaatsen in en om de woning;
g. zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel;
h. de mogelijkheid om contacten te hebben met medemensen en deel te nemen aan recreatieve, maatschappelijke of religieuze activiteiten.
Artikel 3 Hoe te komen tot de te bereiken resultaten
Aan een aanvraag voor een individuele voorziening ex artikel 1, lid 1 aanhef en onder g sub 6 van de wet gaat een aanmelding voor een gesprek vooraf indien:
a. De aanvraag afkomstig is van een belanghebbende die nog niet eerder een aanvraag in het kader van de wet heeft gedaan;
b. De aanvraag afkomstig is van een belanghebbende die al eerder een gesprek heeft gevoerd maar waarbij sprake is van gewijzigde omstandigheden of gewijzigde te bereiken resultaten;
Artikel 4 Aanmelding voor een gesprek
Een aanmelding voor een gesprek kan schriftelijk, elektronisch, mondeling of telefonisch worden gedaan bij de gemeente of een door de gemeente aangewezen organisatie door of namens een persoon met een beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem die behoefte heeft aan compensatie ten behoeve van het bevorderen van zijn deelname aan het maatschappelijk verkeer en het zelfstandig functioneren.
1. Bij het voeren van het gesprek zal de International Classification of Functions, Disabilities and Health als basis voor het begrippenkader worden gehanteerd.
2. Als de aanmelding gedaan is door een mantelzorger dan wordt het gesprek met de mantelzorger en zo mogelijk ook met degene die door de mantelzorger verzorgd wordt, gevoerd.
1. Het gesprek kan worden afgesloten met een verslag. Een verslag wordt in ieder geval altijd gemaakt indien de belanghebbende daar prijs op stelt. Opmerkingen van belanghebbende over dit verslag kunnen als bijlage aan het verslag worden toegevoegd.
2. Na het voeren van een gesprek kan een belanghebbende, gebruik makend van het verslag van het gesprek, dat in die situatie als aanvraagformulier dient, een aanvraag indienen voor een individuele voorziening ex artikel 1, lid 1 aanhef en onder g sub 6 van de wet.
Hoofdstuk 4 DE AANVRAAG VAN EEN INDIVIDUELE VOORZIENING
1. De aanvraag van een individuele voorziening moet schriftelijk plaatsvinden.
2. Indien een aanvraag mondeling (via de telefoon of op een andere manier) plaatsvindt wordt dit per omgaande schriftelijk bevestigd. Bij deze bevestiging wordt een aanvraagformulier meegezonden.
3. Als er een verslag is gemaakt van het gesprek, wordt dit bij de aanvraag betrokken.
Hoofdstuk 5 BEOORDELING VAN DE TE BEREIKEN RESULTATEN
Artikel 8 Het maken van een afweging
Bij het beoordelen welke voorzieningen getroffen gaan worden, neemt het college het verslag van het gesprek, indien aanwezig, als uitgangspunt. Het college gaat uit van de behoeften en persoonskenmerken van de belanghebbende. Daarbij zal onderzoek gedaan worden naar de noodzaak en mogelijkheid tot leveren van maatwerk ten aanzien van het te bereiken resultaat.
Paragraaf 2 De te bereiken resultaten
Artikel 10 Wonen in een geschikt huis
Voor zover de belanghebbende kan verhuizen naar een geschikte woning of een gemakkelijker geschikt te maken woning welke verhuizing kan leiden tot het te bereiken resultaat zal deze mogelijkheid eerst beoordeeld worden. Deze beoordeling vindt alleen plaats indien de aanpassing van de woning een bedrag zoals opgenomen in het Besluit individuele Wmo voorzieningen van de gemeente Lopik te boven gaat.
Artikel 11 Beschikken over goederen voor primaire levensbehoeften
Het derde te bereiken resultaat ten aanzien van het voeren van een huishouden bestaat uit het voorzien zijn van de dagelijks benodigde hoeveelheid voedsel voor maaltijden en andere momenten waarop iets genuttigd wordt, evenals toiletartikelen en schoonmaakartikelen. Ook de noodzakelijke bereiding van maaltijden kan hieronder vallen.
Indien de belanghebbende een of meer huisgenoten heeft die beschikbaar en in staat zijn werkzaamheden over te nemen of voor zover de belanghebbende gebruik kan maken van een aanwezige en bruikbare boodschappenservice of maaltijdvoorziening die in de individuele situatie van de belanghebbende kan leiden tot het te bereiken resultaat wordt deze mogelijkheid eerst beoordeeld.
Artikel 13 Het thuis kunnen zorgen voor kinderen die tot het gezin behoren
Met het oog op het thuis kunnen zorgen voor kinderen die tot het gezin behoren, kan een individuele voorziening worden getroffen ten aanzien van het – zo mogelijk tijdelijk ter overbrugging van een periode noodzakelijk voor het nemen van meer definitieve maatregelen – vervangen van de ouder die in principe voor de kinderen zorgt.
Artikel 14 Zich verplaatsen in en om de woning
Het te bereiken resultaat ten aanzien van het zich verplaatsen in en om de woning bestaat uit het in staat zijn de woonkamer, het slaapvertrek en/of de slaapvertrekken, het toilet en de douche, de berging, de tuin of het balkon kunnen bereiken en er zich zodanig kunnen redden dat normaal functioneren mogelijk is.
Hoofdstuk 6 VERSTREKKING IN NATURA, ALS PERSOONS-GEBONDEN BUDGET EN ALS FINANCIËLE TEGE-MOETKOMING
Paragraaf 2. Verstrekking in natura
Artikel 18. Inhoud beschikking
Bij het treffen van een voorziening in natura wordt in de beschikking ten minste vastgelegd:
a. welke de te treffen voorziening is;
b. wat de duur is van de verstrekking is;
c. hoe de voorziening in natura verstrekt wordt en
d. of er sprake is van een overeenkomst waarin deze verstrekking is geregeld.
Paragraaf 3 Verstrekking als persoonsgebonden budget
Bij het treffen van een voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget wordt in de beschikking vastgelegd:
a. Voor welk te bereiken resultaat het persoonsgebonden budget gebruikt moet worden, eventueel aangevuld met een programma van eisen waaraan bij de besteding voldaan moet worden.
b. Wat de omvang van het persoonsgebonden budget is en hoe deze omvang tot stand is gekomen.
c. Wat de duur is van de verstrekking waarvoor het persoonsgebonden budget bedoeld is en
d. welke regels gelden ten aanzien van verantwoording van het persoonsgebonden budget.
Paragraaf 4 Verstrekking als financiële tegemoetkoming
Bij het treffen van een voorziening in de vorm van een financiële tegemoetkoming wordt in de beschikking vastgelegd:
a. voor welk te bereiken resultaat de financiële tegemoetkoming bestemd is;
b. wat de duur van de verstrekking is;
c. of er sprake is van een overeenkomst waarin deze verstrekking is geregeld en
Paragraaf 5 Eigen bijdrage en eigen aandeel
Artikel 22 Eigen bijdragen en eigen aandeel
Bij het verstrekken van een voorziening is een eigen bijdrage of een eigen aandeel verschuldigd ten aanzien van de volgende resultaten:
a. een schoon en leefbaar huis;
b. wonen in een geschikt huis;
c. beschikken over goederen voor primaire levensbehoeften;
d. beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding;
e. het thuis kunnen zorgen voor kinderen die tot het gezin behoren;
f. zich verplaatsen in, om en nabij de woning voor zover het geen rolstoel betreft;
g. zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel;
h. de mogelijkheid om contacten te hebben met medemensen en deel te nemen aan recreatieve, maatschappelijke of religieuze activiteiten.
Hoofdstuk 7 Procedurele bepalingen rond onderzoek, advies en besluitvorming, intrekking en terugvordering
Artikel 24 Compensatie van de belemmeringen
Als het college op grond van het onderzoek tot het oordeel komt dat voor het compenseren van de belemmeringen oftewel het bereiken van de resultaten een individuele voorziening noodzakelijk is, verstrekt het de voorziening die, naar objectieve maatstaven gemeten, als de goedkoopst compenserende voorziening kan worden aangemerkt.
Artikel 25 Begrenzing recht op indivduele voorzieningen
in verband met de belemmering al een compenserende voorziening is verstrekt en de normale afschrijvingsduur voor deze voorziening nog niet is verstreken, tenzij de eerder vergoede of verstrekte voorziening verloren is gegaan als gevolg van omstandigheden die niet aan belanghebbende zijn toe te rekenen;
Het college is bevoegd om, voor zover dit van belang kan zijn voor de beoordeling van het recht op de aangevraagde voorziening, degene door wie een aanvraag is ingediend of bij gebruikelijke zorg diens relevante huisgenoten:
a. Op te roepen in persoon te verschijnen op een door het college te bepalen plaats en tijdstip en hem te bevragen.
b. Op een door het college te bepalen plaats en tijdstip door een of meer daartoe aangewezen deskundigen te doen bevragen en/of onderzoeken.
Het college kan een door hem daartoe aangewezen adviesinstantie om advies vragen indien:
a. Het handelt om een aanvraag van een persoon die niet eerder een voorziening heeft gehad c.q met wie niet eerder een gesprek als bedoeld in artikel 3 is gevoerd.
b. Het handelt om een aanvraag van een persoon die wel eerder een voorziening heeft gehad of een gesprek zoals bedoeld in artikel 3 heeft gevoerd, maar waarvan de medische omstandigheden zodanig zijn veranderd dat die gewijzigde omstandigheden de noodzaak van een voorziening of de soort van voorziening kunnen beïnvloeden.
c. Er andere situaties zijn waarin het college dat gewenst vindt.
Het college vraagt een door hem daartoe aangewezen adviesinstantie om advies indien:
a. Het handelt om een aanvraag van een persoon die niet eerder een voorziening heeft gehad c.q met wie niet eerder een gesprek als bedoeld in artikel 3 is gevoerd.
b. Het handelt om een aanvraag van een persoon die wel eerder een voorziening heeft gehad of een gesprek zoals bedoeld in artikel 3 heeft gevoerd, maar waarvan de medische omstandigheden zodanig zijn veranderd dat die gewijzigde omstandigheden de noodzaak van een voorziening of de soort van voorziening kunnen beïnvloeden.
c. Er andere situaties zijn waarin het college dat gewenst vindt.
Artikel 27 Wijziging situatie, informatie, medewerking en heronderzoeken
De persoon die een aanvraag heeft ingediend of aan wie een voorziening is toegekend, is verplicht om aan het college des gevraagd de medewerking te verlenen die redelijkerwijs noodzakelijk is voor de uitvoering van de wet en deze verordening. Hieronder wordt in ieder geval verstaan:
a. het voldoen aan een oproep om op een aangegeven tijdstip en plaats te verschijnen, dan wel een door het college aangewezen persoon op een van te voren medegedeeld moment toegang tot zijn woning te verlenen;
b. het meewerken aan het onderzoek in het kader van de behandeling van de aanvraag door één of meer daartoe aangewezen deskundigen;
c. het verlenen van medewerking aan een onderzoek naar de besteding van een verstrekt persoonsgebonden budget of financiële tegemoetkoming.
Het college is bevoegd, na verstrekking van een individuele voorziening op grond van deze verordening, een heronderzoek uit te voeren teneinde vast te stellen of de omstandigheden die hebben geleid tot de verstrekking van de voorziening, zijn gewijzigd, de verstrekte voorziening voldoet en, ingeval er een financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget is verstrekt, deze is besteed volgens de daaraan verbonden voorwaarden.
Artikel 28 Intrekking of wijziging van een besluit
Het college kan een besluit, genomen op grond van deze verordening, geheel of gedeeltelijk intrekken indien:
a. Niet of niet meer is of wordt voldaan aan de voorwaarden gesteld bij of krachtens deze verordening.
b. Beschikt is op grond van gegevens waarvan gebleken is dat die gegevens zodanig onjuist waren dat, waren de juiste gegevens bekend geweest, een andere beslissing zou zijn genomen.
c. De toegekende voorziening onjuist was of ten onrechte is verstrekt;
d. Uit onderzoek blijkt dat de persoon op grond van de mate waarin hij gebruik maakt van de voorziening niet langer voldoet aan de criteria op grond waarvan tot de verstrekking van een dergelijke voorziening wordt overgegaan en hierin naar alle waarschijnlijkheid het komende jaar ook geen verandering zal optreden;
e. de persoon zijn verplichtingen ingevolge artikel 26 onvoldoende nakomt en daardoor het recht op of de noodzaak van de gevraagde voorziening niet of niet langer kan worden vastgesteld;
f. de persoon is overleden of niet langer woonachtig is in de gemeente Lopik.
Een besluit tot verlening van een financiële tegemoetkoming of een persoonsgebonden budget kan worden ingetrokken indien blijkt dat de tegemoetkoming of het budget binnen zes maanden na uitbetaling niet (gedeeltelijk) is aangewend voor de bekostiging van het resultaat waarvoor de verlening heeft plaatsgevonden.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Het college kan jaarlijks per 1 januari de in het kader van deze verordening en het op deze verordening berustende Besluit gemeente Lopik geldende bedragen verhogen of verlagen aan de hand van de prijsindex voor de gezinsconsumptie, zoals bepaald in artikel 4.5 lid 1 van het Besluit maatschappelijke ondersteuning (Stb. 2006, 450).
Het door het gemeentebestuur gevoerde beleid wordt de eerste keer na 2 jaar geëvalueerd, daarna eenmaal per 4 jaar. Indien de evaluatie daartoe aanleiding geeft wordt het beleid vervolgens aangepast. Het college zendt hiertoe telkens een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de verordening in de praktijk.
Artikel 33 Inwerkingtreding en overgangsrecht
Indien een belanghebbende bij of krachtens de Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2009 of de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2012 rechten heeft verworven, is deze verordening 6 maanden na de inwerkingtreding daarvan van toepassing.