Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Delft

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Delft
Officiële naam regelingVerordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012
CiteertitelVerordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

De artikelen 149, 156, tweede lid, onderdeel h, en 225 van de Gemeentewet en artikel 2a van de Wegenverkeerswet.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-03-201201-01-2013verordening geactualiseerd

26-02-2012

29-02-2011 Stadskrant

Onbekend
01-01-201204-04-2012onbekend

10-11-2011

27-11-2011 Stadskrant

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012

De raad van de gemeente Delft;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 september 2011;

gelet op de artikelen 149, 156, tweede lid, onderdeel h, en 225 van de Gemeentewet en artikel 2a van de Wegenverkeerswet;

gezien het advies van de commissie Middelen en Economie;

BESLUIT:

vast te stellen de

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012

Hoofdstuk I Definities en begripsomschrijvingen

Artikel 1

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    college: college van burgemeester en wethouders;

  • b.

    RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens van 26 juli 1990, Stb. 459;

  • c.

    motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990, met inbegrip van brommobielen, zoals bedoeld in artikel 1 onder ia van het RVV 1990;

  • d.

    parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten stilstaan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;

  • e.

    houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (WVW) geregistreerd motorvoertuig als houder wordt aangemerkt degene die ten tijde van het parkeren als kentekenhouder van dit motorvoertuig in het kentekenregister was ingeschreven;

  • f.

    parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting voor het overige onder parkeerapparatuur wordt verstaan;

  • g.

    parkeerapparatuurplaats: een parkeerplaats waarvoor parkeerbelasting wordt geheven door middel van parkeerapparatuur;

  • h.

    reguliere betaaldparkeerplaats: een parkeerplaats waarvoor parkeerbelasting wordt geheven door middel van parkeerapparatuur, waarop niet met een parkeervergunning mag worden geparkeerd;

  • i.

    belanghebbendenplaats: een parkeerplaats die

    • 1)

      is aangeduid met bord E9 uit bijlage 1 van het RVV 1990, of

    • 2)

      gelegen is binnen een zone aangeduid met het bord E9 van Bijlage I van het RVV 1990 met het opschrift zone, voor zover deze plaats niet is uitgezonderd;  

  • j.

    vergunning: een door het college verleende vergunning, krachtens welke het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen parkeerapparatuur- en/of belanghebbendenplaatsen;

  • k.

    vergunninghouder: de natuurlijke of rechtspersoon aan wie een vergunning is verleend;

  • l.

    dagkaart vergunninghouderplaats: een schriftelijk bewijs waarmee het is toegestaan te parkeren op belanghebbendenplaatsen gedurende een aaneengesloten periode van maximaal een kalenderdag;

  • m.

    autodate: het herhaald en opeenvolgend gezamenlijk gebruik van motorvoertuigen op grond van een overeenkomst tussen natuurlijke personen en een aanbieder of tussen natuurlijke personen uit meer dan één huishouden;

  • n.

    aanbieder: de natuurlijke of rechtspersoon die motorvoertuigen voor autodate ter beschikking stelt;

  • o.

    autodateplaats: een parkeerplaats aangewezen voor een motorvoertuig bestemd voor autodate;

  • p.

    centrale computer: computer van het bedrijf waarmee de gemeente Delft een overeenkomst heeft gesloten, bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen in het kader van het verlenen van diensten op het gebied van betaald parkeren met gebruik van een telefoon;

  • q.

    runshopplaats: een parkeerapparatuurplaats, waar de duur van het parkeren van een motorvoertuig is gemaximeerd tot 60 minuten;

  • r.

    gehandicaptenparkeerkaart: een parkeerkaart als bedoeld in artikel 49 Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer, een regionale gehandicaptenparkeerkaart of een buitenlandse gehandicaptenparkeerkaart;

  • s.

    dag: kalenderdag;

  • t.

    maand: kalendermaand;

  • u.

    feestdag: Nieuwjaarsdag, eerste Paasdag, tweede Paasdag, Koninginnedag, Hemelvaartsdag, eerste Pinksterdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag, tweede Kerstdag, alsmede de vijfde mei.

Hoofdstuk II Plaatsen voor vergunninghouders, vergunningen en vergunningbewijzen

Artikel 2
  • 1. Het college kan, bij openbaar te maken besluit, weggedeelten aanwijzen die bestemd zijn voor het parkeren door vergunninghouders. Het college kan hierbij onderscheid maken in de categorieën als bedoeld in artikel 3, derde lid.

  • 2. Het college kan, bij openbaar te maken besluit, de tijdstippen vaststellen waarop het parkeren op de in het vorige lid bedoelde parkeerplaatsen alleen aan vergunninghouders is toegestaan.

Artikel 3
  • 1. Het college kan op een daartoe strekkende aanvraag een vergunning verlenen voor het parkeren op belanghebbendenplaatsen en/of parkeerapparatuurplaatsen.

  • 2. Het college kan regels stellen voor het aanvragen en verlenen van een vergunning.

  • 3. Een vergunning kan worden verleend aan:

  • a. een eigenaar of houder van een motorvoertuig die woont in een gebied waar belanghebbendenplaatsen of mede door vergunninghouders te gebruiken parkeerapparatuurplaatsen aanwezig zijn, te noemen bewonersvergunning;

  • b. een eigenaar of houder van een motorvoertuig die een beroep of bedrijf uitoefent in een gebied waar belanghebbendenplaatsen of mede door vergunninghouders te gebruiken parkeerapparatuurplaatsen aanwezig, te noemen bedrijfsparkeervergunning;

  • c. degene, die ingeschreven staat op een adres binnen een gebied waar belanghebbendenplaatsen aanwezig zijn, ten behoeve van het parkeren van een motorvoertuig van bezoekers, te noemen bezoekerskaart;

  • d. artsen, verloskundigen en medewerkers van de alarmopvolging van Careyn en hulpverleners van de Dierenambulance Delft voor het parkeren op vergunninghoudersplaatsen, onder door het college nader te bepalen voorwaarden, te noemen hulpverlenervergunning;

  • e. een bedrijf dat zich vanwege beroep gevestigd heeft in gebied B en aan een huisarts of een verloskundige ten behoeve van het parkeren van een motorvoertuig, te noemen kraskaart.

  • f. het bedrijf, dat een voertuig bezigt bij het verrichten van herstel-, onderhouds- of daarmee gelijk te stellen werkzaamheden, voor zover dit voertuig voor het uitvoeren van die werkzaamheden in de onmiddellijke omgeving van de betreffende locatie, op plaatsen als bedoeld in het eerste lid, moet worden geparkeerd, te noemen aannemersdagkaart;

  • g. marktkooplieden, voor het parkeren op specifieke tijden (donderdag en/of zaterdag) op daarvoor speciaal aangewezen parkeerplaatsen, te noemen warenmarktkaart;

  • h. Een eigenaar of houder van een motorvoertuig, waarmee geparkeerd kan worden op alle belanghebbenden- en parkeerapparatuurplaatsen in alle gebieden, te noemen overallparkeerkaart.

  • 4. Het college kan in bijzondere gevallen een vergunning ook verlenen aan een eigenaar of houder van een motorvoertuig die niet voldoet aan één van de in het derde lid genoemde vereisten.

  • 5. Het college kan, bij openbaar te maken besluit, een maximum aantal uit te geven vergunningen per aaneengesloten gebied, per categorie en per houder vaststellen.

  • 6. Het college kan aan een vergunning voorschriften en beperkingen verbinden die strekken tot bescherming van het belang van een goede verdeling van de beschikbare parkeerruimte.

Artikel 4
  • 1. Het college kan, met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden van dit artikel, regels geven voor het aanvragen, het verlenen en de geldigheid van een vergunning.

  • 2. Het college beslist binnen vier weken na ontvangst van een aanvraag voor een vergunning.

  • 3. Het college kan de in het eerste lid genoemde termijn met ten hoogste vier wekenverlengen. Van deze verlenging wordt de aanvrager schriftelijk in kennis gesteld.

Artikel 5
  • 1. Een vergunning wordt voor ten hoogste twaalf kalendermaanden verleend.

  • 2. De vergunning bevat in ieder geval de volgende gegevens:

    • a.

      de periode waarvoor de vergunning geldt;

    • b.

      het gebied waarvoor de vergunning geldt;

    • c.

      de naam en adres van de houder en het kenteken van het motorvoertuig waarvoor de vergunning is verleend.

Artikel 6
  • 1. Het college kan een vergunning intrekken of wijzigen:

  • a. op verzoek van de vergunninghouder;

  • b. wanneer de vergunninghouder niet meer woonachtig is of geen beroep of bedrijf meer uitoefent in het gebied, waarvoor de vergunning is verleend;

  • c. wanneer er zich een wijziging voordoet in een van de omstandigheden die relevant waren voor het verlenen van de vergunning;

  • d. wanneer voor het betreffende gebied het stelsel van vergunningen komt te vervallen;

  • e. wanneer de vergunninghouder niet of niet tijdig aan zijn betalingsverplichting voor zijn vergunning heeft voldaan;

  • f. wanneer de vergunninghouder handelt in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften;

  • g. wanneer blijkt dat bij de aanvraag van de vergunning onjuiste gegevens zijn verstrekt;

  • h. om redenen van openbaar belang.

Hoofdstuk III Verbods- en strafbepaling; toezichthouders

Artikel 7
  • 1. Het is verboden enig voorwerp, niet zijnde een motorvoertuig, te plaatsen of te laten staan: a. op een parkeerapparatuurplaats; b. op een belanghebbendenplaats;

  • c. op een gehandicaptenparkeerplaats.

  • 2. Het is verboden parkeerapparatuur in werking te stellen of handelingen te verrichten met de bedoeling parkeerapparatuur in werking te stellen in strijd met enig op de parkeerautomaat gegeven aanwijzing omtrent het gebruik van de automaat.

  • 3. Het is verboden enig voorwerp op zodanige wijze tegen of bij parkeerapparatuur te plaatsen of te laten staan, dat daardoor een normaal gebruik daarvan wordt belemmerd of verhinderd.

  • 4. Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid bedoelde verbod.

Artikel 8
  • 1. Overtreding van het bepaalde in lid 1, lid 2 of lid 3 van artikel 7 wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

  • 2. De vergunninghouder die opzettelijk handelt in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

Artikel 9
  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de personen werkzaam in de functie van Controleur Openbare Ruimte.

  • 2. Voorts zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening belast de bij besluit van het college aan te wijzen personen.

Hoofdstuk IV Parkeerbelasting

Artikel 10 Belastbaar feit

Onder de naam "parkeerbelasting" worden de volgende belastingen geheven:

  • a.

    een belasting ter zake van het parkeren van een motorvoertuig op een bij dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college te bepalen plaats, tijdstip en wijze;

  • b.

    een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze.

Artikel 11 Belastingplicht
  • 1. De belasting bedoeld in artikel 10, onderdeel a, wordt geheven van degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd.

  • 2. Als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt: a. degene die de belasting voldoet dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen; b. zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 10, onder a, heeft plaatsgevonden: de houder van het motorvoertuig met dien verstande dat: 1º indien een voor ten hoogste drie maanden aangegane huur- of leaseovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder of gebruiker van het motorvoertuig was, niet de houder maar de huurder of gebruiker wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd; 2º indien blijkt dat een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd.

  • 3. De belasting genoemd in artikel 10, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.

  • 4. De belasting bedoeld in artikel 10, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd.

  • 5. De belastingen genoemd in artikel 10, onderdeel a en b, zijn niet verschuldigd indien het voertuig voorzien is van een geldige gehandicaptenparkeerkaart, mits deze zodanig in of aan het motorvoertuig is geplaatst, dat deze -met het oog op toezicht en controle- van buitenaf goed zicht- en leesbaar is. Deze vrijstelling geldt niet voor runshopplaatsen en autodateplaatsen.

Artikel 12 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak

De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel

Artikel 13 Wijze van heffing
  • 1. De belasting genoemd in artikel 10, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt:

  • a. het bij aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften;

  • b. het bij aanvang van het parkeren inbellen op de centrale computer op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften.

  • 2. De belasting genoemd in artikel 10, onderdeel b, wordt geheven bij wege van aanslag, gedagtekende schriftelijke kennisgeving, nota of andere schriftuur.

Artikel 14 Tijdstip van het ontstaan van de belastingschuld
  • 1. De belasting genoemd in artikel 10, onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren, tenzij het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon inloggen op de centrale computer.

  • 2. De belasting genoemd in artikel 10, onderdeel b, is verschuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.

Artikel 15 Termijnen van betaling
  • 1. De belasting genoemd in artikel 10, onder a, wordt overeenkomstig de aangifte betaald bij de aanvang van het parkeren.

  • 2. De belasting genoemd in artikel 10, onder b, wordt betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.

  • 3. Indien de voldoening op aangifte geschiedt via het inbellen op de centrale computer, wordt de belasting in afwijking van het bepaalde in het tweede lid overeenkomstig de aangifte betaald binnen twee maanden na het einde van het parkeren.

  • 4. Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald.

Artikel 16 Bevoegdheid tot gebruik wielklem en wegsleepregeling
  • 1. Tot zekerheid van de betaling van een naheffingsaanslag ter zake van de belasting genoemd in artikel 10, onderdeel a, kan aan het motorvoertuig een wielklem worden aangebracht, waardoor wordt verhinderd dat het motorvoertuig wordt weggereden.

  • 2. Het college wijst bij openbaar te maken besluit de terreinen en weggedeelten aan waar de wielklem wordt toegepast.

  • 3. Indien na het aanbrengen van de wielklem 24 uren zijn verstreken kan het motorvoertuig naar een door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aangewezen plaats worden overgebracht en in bewaring worden gesteld.

Artikel 17 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen

De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belastingen, genoemd in artikel 10 mag worden geparkeerd, geschiedt door de gemeenteraad bij openbaar te maken besluit

Artikel 18 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen van zuiver redactionele aard zijn, een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 19 Kosten

De kosten van de naheffingsaanslag, de kosten van het aanbrengen van een wielklem en de kosten van overbrenging en bewaring van een motorvoertuig ter zake van de belasting genoemd in artikel 10, onderdeel a, worden bepaald op de bedragen zoals opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 20 Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de parkeerbelastingen.

Hoofdstuk V Slotbepalingen

Artikel 21 Inwerkingtreding en overgangsbepaling
  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2012.

  • 2. Bij de inwerkingtreding van deze verordening vervalt de Parkeerverordening gemeente Delft 2011. Vergunningen die zijn verleend krachtens de Parkeerverordening Delft 2011 worden geacht te zijn verleend krachtens deze verordening.

  • 3. De Verordening parkeerbelastingen gemeente Delft 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 22 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2011.

mr. drs. G.A.A. Verkerk ,burgemeester.

R.H. van Luyk ,griffier.

Bekendgemaakt 27 november 2011.

Gewijzigd bij raadsbesluit van 26 februari 2012.

Bekendgemaakt 29 februari 2012.

Inwerkingtreding 1 maart 2012.

 TARIEVENTABEL

Behorende bij de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012

Hoofdstuk 1 Tarieven voor parkeren

Artikel 1

Ter zake van het parkeren bij parkeerapparatuur en van het verlenen van parkeervergunningen gelden de volgende tarieven, waarbij voor de uitwerking van de in de tabel genoemde gebiedsaanduidingen wordt verwezen naar het door de gemeenteraad vastgestelde ‘Aanwijzingsbesluit betaald parkeren’:

   UurtariefDagtariefMaandtariefJaartarief
1.Voor het parkeren op een parkeerplaats bij parkeerapparatuur        
1.1Dagkaart vergunninghoudersplaatsen€ 23,00€ 23,00    
1.2.Gebied B mixed parkeerplaatsen en reguliere betaaldparkeerplaatsen€ 2,80      
1.3.Gebied B runshopplaatsen (maximaal 1 uur parkeren)€ 2,80      
1.4.Gebied B Nieuwelaan, Nieuwe Plantage, Laantje achter Wilhelmina€ 2,50      
1.5.Gebied B parkeerterreinen Gasthuisplaats, Paardenmarkt€ 2,30€ 13,80€ 158,40€ 1.582,20
1.6Gebied B parkeerterreinen Gasthuisplaats, Paardenmarkt ma t/m vr.      € 836,40
1.7Gebied B parkeerterreinen Gasthuisplaats, Paardenmarkt ma t/m zo      Zie 1.5
1.8Gebied C: Spoorsingel € 2,80      
1.9Gebied F: Groene Haven (maximaal 3 uur parkeren)€ 2,50      
1.10.Gebied C (geen Spoorsingel) tot en met F (geen Groene Haven) mixed parkeerplaatsen en reguliere betaaldparkeerplaatsen€ 2,50      
1.11.Gebied B, C, F: parkeerterrein Nijverheidsplein (onderdeel van gebied Spoorzone)€ 2,30€ 6,60 (ma t/m vr) € 3,60 (za)€ 27,00 (ma t/m vr)€ 108,60
1.12.Gebied Y (maximaal 3 uur parkeren)€ 0,20 (1e uur) € 1,40 (2e uur e.v.)      
1.13.Gebied Z€ 0,20 (1e uur) € 1,40 (2e uur e.v.)€ 6,60€ 66,00  
1.14.Warenmarktkaart do of za    € 24,00  
1.15Dagkaart aannemers  € 12,60    
           
2.Voor het parkeren op een parkeerplaats voor belanghebbenden        
2.1.Dagkaart vergunninghoudersplaatsen€ 23,00€ 23,00    
2.2.Parkeervergunning hulpverleners    € 23,05€ 276,60
2.3.Gebied B 1e parkeervergunning bewoner    € 12,45€ 149,40
2.4.Gebied B 2e parkeervergunning bewoner    € 24,85€ 298,20
2.5.Gebied B 1e parkeervergunning bedrijf 5 dagen    € 16,60€ 199,20
2.6.Gebied B 2e parkeervergunning bedrijf 5 dagen    € 33,20€ 398,40
2.7.Gebied B 1e parkeervergunning bedrijf 7 dagen    € 19,90€ 238,80
2.8.Gebied B 2e parkeervergunning bedrijf 7 dagen    € 39,80€ 477,60
2.9.Gebied B bezoekerskaart bewoner      € 58,20
2.10.Gebied B kraskaart bedrijf per dagdeel  € 6,00    
2.11.Gebied B kraskaart arts en verloskundige  € 6,00    
2.12.Gebied C t/m H 1e parkeervergunning bewoner    € 5,70€ 68,40
2.13.Gebied C t/m H 2e parkeervergunning bewoner    € 11,40€ 136,80
2.14.Gebied C t/m H 1e parkeervergunning bedrijf    € 9,15€ 109,80
2.15.Gebied C t/m H 2e parkeervergunning bedrijf    € 18,30€ 219,60
2.16.Gebied C t/m H bezoekerskaart bewoner      € 29,40
2.17.Gebied C t/m H bezoekerskaart bedrijf      € 54,60
           
3.Voor het parkeren op parkeerapparatuurplaatsen en belanghebbendenplaatsen        
3.1Overallparkeerkaart    € 161,40  
3.2.Aannemersdagkaart  € 12,60    
           
Artikel 2

Op feestdagen is geen parkeerbelasting verschuldigd.

Hoofdstuk 2 Kosten

Ter zake van het opleggen van een naheffingsaanslag, het aanbrengen van een wielklem en het overbrengen en in bewaring stellen van een voertuig worden de volgende kosten in rekening gebracht.

       

1.

Kosten naheffingsaanslag

54,00

2.

Kosten wielklem

29,50

3.

Kosten overbrengen voertuig

155,00

4.

Kosten bewaren voertuig per etmaal

17,00

Behoort bij en maakt deel uit van het raadsbesluit van 10 november 2011 tot vaststelling van de verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012.

AANWIJZINGSBESLUIT BETAALD PARKEREN

Besluit tot aanwijzing plaatsen betaald parkeren en tot het stellen van voorschriften voor het in werking stellen van parkeerapparatuur.

De gemeenteraad van Delft;

Gelet op de artikelen 2 en 17 van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft;

BESLUIT

  • I.

    De plaatsen waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 10, onderdeel a, van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft mag worden geparkeerd vast te stellen zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlage 1 “plaats, tijdstip en wijze betaald parkeren”;

  • II.

    De plaatsen waar mag worden geparkeerd met een vergunning als bedoeld in artikel 10, onderdeel b, van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft, vast te stellen zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlage 2 “plaatsen waar met een vergunning mag worden geparkeerd”;

  • III.

    De plaatsen waarop tegen betaling van de parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 10, onderdeel a, van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft mag worden geparkeerd, doch met een parkeerduurbeperking vast te stellen zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlage 3 “plaatsen met parkeerduurbeperking”;

  • IV.

    Dat dit besluit in werking treedt met ingang van 1 januari 2012.

    Bijlage 1 Plaats, tijdstip en wijze betaald parkeren

    1a plaats en tijdstip betaald parkerenvergunninghoudersplaatsen

    De parkeerduur is onbeperkt. De per keer mogelijk te betalen parkeertijd is afhankelijk van de parkeerapparatuur.

    De terreinen, wegen en weggedeelten waar parkeren is toegestaan door vergunninghouders en door anderen slechts tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in artikel 10, onderdeel a, van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft tegen het tarief van onderdeel 1.1. van de tarieventabel behorende bij de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft, zijn alle parkeerplaatsen en weggedeelten, welke vallen binnen de hieronder omschreven gebieden, voor zover niet uitgezonderd vererop in dit besluit en voor zover niet op andere wijze een parkeerverbod geldt:

    Gebied B:

    De grenzen van gebied B worden gevormd door:

    • a)

      Reineveldbrug midden;

    • b)

      Rijn-Schiekanaal tot en met Zuidkolk;

    • c)

      De middenas van de Westlandseweg tot de Prinses Irenetunnel;

    • d)

      De as van het spoor overgaand in het spoorviaduct tot en met Kampveldweg;

    • e)

      De wegas Kampveldweg;

    • f)

      De wegas Wateringsevest tot de Reineveldbrug midden.

    Tijdstip: van maandag tot en met zaterdag van 10.00 uur tot 22.00 uur en op zondag van 14.00 uur tot 20.00 uur.

    Gebied C:

    De grenzen van gebied C worden gevormd door:

    • a)

      Vanaf het Bolwerk het midden van de Westsingelgracht;

    • b)

      De wegas van de Westlandseweg tot en met de kruising van de Krakeelpolderweg;

    • c)

      De Krakeelpolderweg, inclusief Litouwen nummer 14 tot en met nummer 35;

    • d)

      Het Westplantsoen;

    • e)

      De Ruys de Beerenbrouckstraat vanaf de kruising met het Westplantsoen tot de Hof van Delftlaan;

    • f)

      Het Ruys de Beerenbrouckplein vanaf de Hof van Delftlaan tot aan de Kampveldweg;

    • g)

      De westzijde van de Wateringsevest, tot het Kampveld;

    • h)

      De as van het spoorviaduct, vanaf het Kampveld tot aan het Bolwerk.

    Tijdstip: maandag tot en met vrijdag van 16.00 uur tot 22.00 uur en op zaterdag van 12.00 uur tot 22.00 uur; met uitzondering van de Spoorsingel, waarvoor de tijden van het gebied Spoorzone gelden.

    Gebied D1:

    Het gebied, binnen (met de wijzers van de klok mee, beginnend bij de Kampveldweg):

    • a)

      De wegas Wateringsevest tot westelijke grens bebouwing aan Kalverbos (inclusief de woonboten liggende daar);

    • b)

      De middenas van de Watertorengracht tot midden Rijn-Schiekanaal;

    • c)

      Midden van het Rijn-Schiekanaal tot de Reineveldbrug midden;

    • d)

      De wegas Wateringsevest.

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 16.00 uur tot 22.00 uur, zaterdag van 12.00 uur tot 22.00 uur.

    Gebied D2:

    De straten:

    • a)

      J.C. van Markenplein;

    • b)

      Laan van Altena vanaf het begin tot en met nummer 32 (even) aan de noordzijde en nummer 63 (oneven) aan de zuidzijde;

    • c)

      Goeman Borgesiusstraat;

    • d)

      Heemskerkstraat;

    • e)

      Van Houtenstraat;

    • f)

      Donker Curtiusstraat;

    • g)

      Beyerinckstraat;

    • h)

      Wallerstraat nummers 1,3, 5 en 7;

    • i)

      Zocherweg, tussen de Wallerstraat en het J.C. van Markenplein

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 16.00 uur tot 22.00 uur, zaterdag van 12.00 uur tot 22.00 uur.

    Gebied E:

    De straten:

    • a)

      Hugo van Rijkenlaan;

    • b)

      Groenlandselaan;

    • c)

      Groenlandsepad;

    • d)

      Stalpaert van der Wieleweg;

    • e)

      Alyd Buserstraat;

    • f)

      Bieslandsekade tussen de Oostsingel en de Van Lodensteynstraat;

    • g)

      De Genestetstraat;

    • h)

      Maria Duystlaan;

    • i)

      Clara van Sparwoudestraat;

    • j)

      Van Lodensteynstraat van de Maria Duystlaan tot en met het Jan Joostenplein;

    • k)

      Pieter de Hooghstraat;

    • l)

      Maria Strickhof;

    • m)

      Van Renswoudestraat;

    • n)

      Gerard van Loonstraat;

    • o)

      Koepoortstraat;

    • p)

      Jan Verkoljestraat;

    • q)

      Leonard Bramerstraat;

    • r)

      Maria van Oosterwijckstraat;

    • s)

      Van Miereveltlaan tussen de Maria Duystlaan en de Tweemolentjeskade;

    • t)

      Willem vam Aelststraat;

    • u)

      Fabritiusstraat

    • v)

      Tweemolentjeskade tussen de Oostsingel en de Van Miereveltlaan;

    • w)

      Het Verlaat tussen de Oostsingel en de Van Miereveltlaan;

    • x)

      Oostsingel tot St. Eustatiusstraat;

    • y)

      Vondelstraat;

    • z)

      Rubberplantage;

    • aa)

      Vrije Land;

    • bb)

      Vermeerstraat;

    • cc)

      Rembrandtstraat;

    • dd)

      Palamedesstraat;

    • ee)

      Van Bronckhorststraat;

    • ff)

      Geertruyt van Oostenstraat, tussen de Stalpaert van der Wieleweg en de Vondelstraat;

    • gg)

      Van der Madestraat, tussen de Oostsingel en de Vondelstraat;

    • hh)

      Dr. Schaepmanstraat van nummer 3 tot en met nummer 57.

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 16.00 uur tot 22.00 uur, zaterdag van 12.00 uur tot 22.00 uur.

    Gebied F:

    Het gebied omsloten door (met de wijzers van de klok mee, beginnend bij de Hooikade):

    • a)

      Oostzijde van de Hooikade;

    • b)

      Oostzijde van het Zuideinde;

    • c)

      zuidzijde van de Abtswoudseweg inclusief de bebouwing;

    • d)

      de wegas van de Engelsestraat.

    en:

    het gebied omsloten door de Hertog Govertkade, de Kanaalweg, de Julianalaan (noord), de Schoemakerstraat, het Zuidplantsoen, de Michiel de Ruyterweg en de Julianalaan (west), het Abtswoudsepad, het Proosdijpad en de Scheepmakerij, inclusief van de randen: de Rotterdamseweg tot en met huisnummer 135 oneven en tot en met huisnummer 170 even, de hele Kanaalweg en de Julianalaan vanaf het Poortlandplein tot en met 165 oneven en tot en met 156 even.

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot en met 11.00 uur en van 16.00 uur tot 20.00 uur,op zaterdag van 12.00 uur tot 18.00 uur.

    Gebied H:

    De even zijde van de Reinier de Graafweg, gelegen tussen het Mozartpad en de Witmolen, inclusief de parkeerplaatsen aan de noordzijde van de woningen met huisnummers 2 tot en met 636.

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot en met 19.00 uur, op zaterdag van 15.00 uur tot 19.00 uur.

    1b Plaats en tijdstip betaald parkeren mixed parkeerplaatsen

    De parkeerduur is onbeperkt. De per keer mogelijk te betalen parkeertijd is afhankelijk van de parkeerapparatuur.

    Parkeren tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in artikel 10, onderdeel a, van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft is toegestaan op parkeerplaatsen en weggedeelten, welke vallen binnen de hieronder omschreven gebieden, voor zover niet op andere wijze een parkeerverbod geldt:

    Gebied Y:

    Het terrein voor begraafplaats Jaffa, ter hoogte van Jaffalaan 20.

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot 17.00 uur.

    Gebied Z:

    De gebieden:

    • a)

      Martinus Nijhofflaan tussen Aart van der Leeuwlaan en Delflandplein, inbegrepen de parkeerterreinen noordelijk hiervan;

    • b)

      Minervaweg tussen Delflandplein en Hendrik Tollensstraat;

    • c)

      Papsouwselaan tussen Delflandplein en kruising Papsouwselaan en Westlandseweg, doch uitgesloten de parkeerterreinen westelijk hiervan;

    • d)

      zuidzijde Troelstralaan tussen de kruising Aart van der Leeuwlaan en parkeerterrein ten noorden van winkelcentrum ‘In de Hoven’, inbegrepen het parkeerterrein zuidelijk hiervan doch uitgesloten het parkeerterrein ten noorden van winkelcentrum ‘In de Hoven’ tussen Papsouwselaan en Troelstralaan.

    Tijdstip: van maandag tot en met donderdag van 9.00 uur tot 17.00 uur en vrijdag en zaterdag van 9.00 uur tot 22.00 uur.

    Gebied Spoorzone:

    Het gebied omsloten door (delen van) de volgende straten, inclusief parkeerplaatsen aan weerszijden van deze straten – tenzij hieronder anders is aangegeven:

    • a)

      wateringsevest, inclusief de parkeerplaatsen aan de oostzijde daarvan;

    • b)

      Phoenixstraat, inclusief de parkeerplaatsen aan de oostzijde daarvan;

    • c)

      Westvest, inclusief de parkeerplaatsen aan de oostzijde daarvan;

    • d)

      Westlandseweg, tussen Westvest en de as van de rechter spoorbaan;

    • e)

      As van de rechter spoorbaan, tussen Westlandseweg en het verlengde van de wegas van de Jupiterstraat;

    • f)

      Wegas van de Jupiterstraat, exclusief de parkeerplaatsen ten noorden daarvan;

    • g)

      Wegas van de Röntgenstraat, exclusief de parkeerplaatsen ten oosten daarvan;

    • h)

      Wegas van de Industriestraat, exclusief de parkeerplaatsen ten oosten en noorden daarvan;

    • i)

      Wegas van de Nijverheidsstraat, tussen Industriestraat en Ambachtsstraat, exclusief de parkeerplaatsen ten oosten en zuiden daarvan;

    • j)

      Wegas van de Ambachtsstraat, tussen Nijverheidsstraat en Fabrieksstraat, exclusief de parkeerplaatsen ten oosten en zuiden daarvan;

    • k)

      Wegas van de Fabrieksstraat, tussen Ambachtsstraat en Westlandseweg, exclusief de parkeerplaatsen en oosten daarvan;

    • l)

      Westlandseweg, tussen de Fabrieksstraat en Van Bleyswijckstraat;

    • m)

      Wegas van de Van Bleyswijckstraat, tussen Westlandseweg en Laan van Vollering, exclusief de parkeerplaatsen aan de oostzijde daarvan;

    • n)

      Wegas van de Laan van Vollering, exclusief de parkeerplaatsen aan de zuidzijde daarvan;

    • o)

      Het (voormalige) Locomotiefpad, tussen de Laan van Vollering en de Parallelweg;

    • p)

      Het sportterrein op het perceel met het adres Van Bleyswijckstraat 72;

    • q)

      Wegas van de Parallelweg, exclusief de parkeerplaatsen aan de westzijde daarvan;

    • r)

      Wegas van de Coenderstraat, exclusief de parkeerplaatsen aan de westzijde daarvan en exclusief het terrein aan de oostzijde van de Coenderstraat en ten noorden van de Westerstraat;

    • s)

      Spoorsingel, inclusief de parkeerplaatsen aan de westzijde daarvan;

    • t)

      Ruys de Beerenbrouckplein, tussen Spoorsingel en J.C. van Markenplein;

    • u)

      De wegas van het J.C. van Markenplein, exclusief de parkeerplaatsen aan de oostzijde daarvan;

    • v)

      De wegas van de J.C. van Markenweg, exclusief de parkeerplaatsen aan de oostzijde daarvan;

    • w)

      De as van de rechterspoorbaan, beginnend ter hoogte van de Frederik Matthesstraat en eindigend op de gemeentegrens met Rijswijk;

    • x)

      De zuidelijke walkant van de Kerstanje, tussen Spoorbaan en de Wateringsebrug;

    • y)

      De Wateringgseweg, tussen Wateringsebrug en Kalverbos, inclusief de parkeerplaatsen ten oosten daarvan;

    • z)

      Kalverbos, exclusief de parkeerplaatsen direct grenzend aan de rijbaan wegas van de Nieuwe Plantage, tussen Kalverbos en Wateringsevest.

    Tijdstip: van maandag tot en met zaterdag van 10.00 uur tot 22.00 uur en op zondag van 14.00 uur tot 20.00 uur, met uitzondering van de parkeerterreinen.

    Binnen gebied B:

    a. alle parkeerplaatsen gelegen aan de zuidzijde van de Nieuwe

    Plantage;

    b. de parkeerplaatsen aan de noordzijde van de Nieuwe Plantage vanaf Klein Vrijenban tot de Vrijenbansekade;

    c. de parkeerplaatsen gelegen aan de Phoenixstraat onder de oostzijde van het spoorviaduct;

    d. de parkeerplaatsen aan de Voorstraat gelegen op het terrein voor de Max Havelaarschool;

    e. de 5 parkeerplaatsen gelegen aan de Kolk zuidzijde;

    f. de 6 parkeerplaatsen op de Voorstraat westzijde ter hoogte van de huisnummers 89 tot en met 107;

    g. de parkeerplaatsen gelegen op de Oranje lantage tussen de Hopstraat en de Oranjestraat;

    h. de parkeerplaatsen gelegen op het Laantje achter Wilhelmina;

    i. de 5 parkeerplaatsen op de Verwersdijk oostzijde ter hoogte van de huisnummers 160 tot en met 174;

    j. de 4 parkeerplaatsen op de Oude Delft ter hoogte van de huisnummers 45 tot en met 51;

    k. de 5 parkeerplaatsen op het Noordeinde oostzijde ter hoogte van de huisnummers 48 tot en met 54;

    l. de parkeerplaatsen op de Nieuwelaan, vanaf de Sint Sebastiaansbrug tot en met huisnummer 176;

    m. de parkeerplaatsen op de Vlamingstraat noordzijde vanaf het Vrouw Juttenland tot enmet huisnummer 36;

    n. Wateringsevest, van Kampveld tot Noordeinde.

    Tijdstip van maandag tot en met zaterdag van 16000 uur tot 22.00 uur en op zondag van 14.00 uur tot 20.00 uur.

    Binnen Gebied C:

    a. de 3 parkeerplaatsen gelegen op de Buitenwarersloot zuidzijde, de 9 parkeerplaatsen gelegen op de Buitenwatersloot noordzijde (ten zuiden van het water) vanaf de Krakeelbrug en de parkeerplaatsen gelegen op de Buitenwatersloot zuidzijde tussen de Bolkbrug en de Graswinckelstraat;

    b. de parkeerplaatsen gelegen aan de westzijde van de Coenderstraat;

    c. de parkeerplaatsen gelegen aan de zuidzijde van de Havenstraat ter hoogte van het Hugo de grootplein, met uitzondering van de parkeerplaats ter hoogte van huisnummer 24 en de parkeerplaatsen gelegen aan de noordzijde van de Havenstraat;

    d. de parkeerplaatsen gelegen aan de noordzijde op de Hof van Delftlaan, tussen de huisnummers 54 tot en met 96, de parkeerplaatsen gelegen op de middenberm en de parkeerplaatsen gelegen aan de zuidzijde tussen de Van Hallstraat en de Van de Brugghenstraat;

    e. de parkeerplaatsen gelegen aan de noordzijde en de parkeerplaatsen gelegen aan de zuidzijde van de Hugo de Grootstraat exclusief de parkeerplaatsen aan de Hugo de Grootstraat gelegen tussen de Spoorsingel en de Havenstraat;

    f. de parkeerplaatsen gelegen aan de Jacoba van Beierenlaan, oostelijk gelegen van de Krakeelpolderweg;

    g. de parkeerplaatsen gelegen aan de westzijde en de parkeerplaatsen aan de oostzijde van de Krakeelpolderweg;

    h. de parkeerplaatsen gelegen aan de zuidzijde van de Laan van Vollering tussen de Van Bleyswijckstraat en het Lokomotiefpad;

    i. de parkeerplaatsen op de Pootstraat tussen de Van Bleyswijckstraat en de Graswinckelstraat en 2 parkeerplaatsen aan de noordzijde van de Pootstraat vanaf de Graswinckelstraat tot huisnummers 42, oostelijk gelegen van de Krekeelpolderweg;

    j. de parkeerplaatsen gelegen aan de Spoorsingel;

    k. de parkeerplaatsen gelegen aan de westzijde van het Westplantsoen tussen de Colijnlaan en de Michiel ten Hovenstraat en de parkeerplaatsen gelegen aan de oostzijde van het Westplantsoen tussen de Van der heimstraat en de Michiel ten Hovenstraat;

    l. de eerste 7 parkeerplaatsen aan de oostzijde van de Van Zuijlen van Nijeveltstraat vanaf de Van Bossestraat;

    m. de parkeerplaatsen aan de zuidzijde van de Van Bossestraat tussen de Van Zuijlen van Nijeveltstraat en de Loudonstraat;

    n. de parkeerplaatsen aan de Van Bleyswijckstraat tussen de Westlandseweg en de Jacoba van Beierenlaan.

    Tijdstip: maandag tot en met vrijdag van 16.00 uur tot 22.00 uur en op zaterdag van 12.00 uur tot 22.00 uur, met uitzondering van de Spoorsingel, waarvoor de tijden van het gebied Spoorzone gelden.

  • IW.

    Binnen gebied D:

    de parkeerplaatsen gelegen aan het Kalverbos.

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 16.00 uur tot 22.00 uur, zaterdag van 12.00 uur tot 22.00 uur.

    Binnen gebied E:

    a. de parkeerplaatsen gelegen aan de Tweemolentjeskade tussen de Oostsingel en de Van Bronckhorststraat;

    b. de parkeerplaatsen gelegen aan de Clara van Sparwoudestraat;

    c. de parkeerplaatsen gelegen aan het Aan 't Verlaat, tussen de Oostsingel en de Sint Jorisweg.

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 16.00 uur tot 22.00 uur, zaterdag van 12.00 uur tot 22.00 uur.

    Binnen Gebied F

    a. de parkeerplaatsen op het plein Delftzicht tussen de Hooikade en de Laan van Van der Gaag;

    b. de parkeerplaatsen aan het Crommelinplein:

    c. de parkeerplaatsen aan de Rotterdamseweg tussen de Hertog Govertkade en de Mijnbouwstraat;

    d. de parkeerplaatsen op het terrein gelegen nabij de Groene Haven;

    e. de parkeerplaatsen aan de Scheepmakerij;

    f. de 18 parkeerplaatsen op de middenberm op de Julianalaan, ter hoogte van de huisnummers 135 t/m 145;

    g. de parkeerplaatsen aan de Engelsestraat op het terrein voor het complex met huisnummers 63 t/m 141;

    h. de zeven langparkeerplaatsen aan de Van Speijkstraat, tussen huisnummers 2B en de Rotteramseweg.

    Tijdstip: van maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot 11.00 uur en van 16.00 uur tot 20.00 uur, op zaterdag van12.00 uur tot 18.00 uur.

    1c: Wijze van betalen:

    • 1.

      Ter zake van het betaald parkeren in de bovengenoemde gebieden geschiedt het in werking stellen van de parkeerapparatuur door het inwerpen van muntstukken van € 0,10, € 0,20, € 0,50, €1,00 of € 2,00, dan wel door middel van een chipknip.

    • 2.

      Er dienen ten minste zoveel muntstukken in de parkeerapparatuur te worden geworpen als nodig zijn en/of het saldo op de gebruikte chipknip(pen) dient ten minste zo groot te zijn als nodig is om de gewenste parkeerduur te kunnen parkeren.

    • 3.

      Indien bij het betaald parkeren op straat gebruik wordt gemaakt van parkeerapparatuur welke na inwerkingstelling een parkeerkaartje afgeeft, dient dit parkeerkaartje met de tijdsaanduiding aan de bovenzijde op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit van het motorvoertuig te worden aangebracht.

    1d: betaald parkeren met gebruik van een telefoon:

    In afwijking van het bepaalde onder 1b kan het in werking stellen van de parkeerapparatuur tevens geschieden door het via een telefoon inloggen op de centrale computer van Park-line of Parkmobile. Hiertoe dient de belastingplichtige geregistreerd te zijn bij Park-line of Parkmobile. Hij dient te beschikken over een geldige parkeerkaart van Park-line of Parkmobile. Deze kaart dient op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit van het motorvoertuig te worden aangebracht. De aanvang van het parkeren meldt de belastingplichtige door de gebiedscode telefonisch door te geven aan Park-line of Parkmobile. Tevens neemt de belastingplichtige de overige voorwaarden van Park-line of Parkmobile in acht. Wanneer niet aan voornoemde voorwaarden is voldaan, wordt de belasting geheven bij wege van voldoening op aangifte overeenkomstig het bepaalde in het eerste lid van artikel 14 en geldt de betalingstermijn zoals bedoeld in het eerste lid van artikel 15 van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2012.

    Bijlage 2 Plaatsen waar met een vergunning mag worden geparkeerd.

    • 1.

      Parkeren met een parkeervergunning als bedoeld in artikel 10, onderdeel b, van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft, is toegestaan op alle parkeerplaatsen en weggedeelten welke vallen binnen de in bijlage 1 omschreven gebieden, met uitzondering van de gebieden Y en Z en met uitzondering plaatsen en gebieden genoemd in onderdeel 2 van bijlage 2 (te noemen ‘reguliere betaaldparkeerplaatsen’) en onderdeel 2 van bijlage 3 (te noemen ‘runshopplaatsen’), en voor zover niet op andere wijze een parkeerverbod geldt.

    • 2.

      Op de volgende parkeerplaatsen mag niet met een parkeervergunning worden geparkeerd (‘reguliere betaaldparkeerplaatsen’), maar uitsluitend tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in artikel 10, onderdeel a, van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft:

    Gebied B:

    • a)

      de 9 parkeerplaatsen gelegen aan de westzijde van het Oosteinde, tussen de Oude Langendijk en de Broerhuisstraat, ter hoogte van huisnummer 195 tot en met 227;

    • b)

      de 8 parkeerplaatsen gelegen aan de oostzijde van de Brabantse Turfmarkt ter hoogte van de huisnummers 40 tot en met 62 en de 8 parkeerplaatsen aan de westzijde ter hoogte van de huisnummers 15 tot en met 45;

    • c)

      de 3 parkeerplaatsen gelegen aan het Achterom ter hoogte van de huisnummers 3 tot en met 15;

    • d)

      de parkeerplaatsen gelegen aan de Lange Geer tussen het Achterom en de Lange Geer nummer 12;

    • e)

      de parkeerplaatsen gelegen aan de westzijde van de Westvest tussen het Bolwerk en de brug naar het Stationsplein;

    Gebied Y: alle parkeerplaatsen in dit gebied.

    Gebied Z: alle parkeerplaatsen in dit gebied.

    Tijdstip: de tijdstippen voor de verschillende gebieden zijn gelijk aan de tijdstippen zoals vermeld bij die gebieden in bijlage 1.

    Bijlage 3 Plaatsen met parkeerduurbeperking

    • 1.

      De parkeerduur is op alle parkeerplaatsen onbeperkt, met uitzondering van de plaatsen genoemd in het tweede en derde lid.

    • 2.

      De plaatsen, waar tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in artikel 10, onderdeel a van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft, met een maximale parkeerduur van een uur (‘runshopplaatsen’) geparkeerd mag worden zijn, in gebied B:

    • a.

      de 5 parkeerplaatsen gelegen aan de oostzijde van de Koornmarkt, ter hoogte van de huisnummers 64 tot en met 76;

    • b.

      5 parkeerplaatsen gelegen aan de westzijde van de Koornmarkt, ter hoogte van de huisnummers 81 tot en met 95;

    • c.

      de eerste 4 parkeerplaatsen gelegen aan de westzijde van de Voorstraat te rekenen vanaf de Poelbrug;

    • d.

      de eerste 4 parkeerplaatsen gelegen aan de oostzijde van de Voorstraat, te rekenen vanaf de Poelbrug;

    • e.

      6 parkeerplaatsen gelegen aan de oostzijde Verwersdijk, ter hoogte van de huisnummers 18a tot en met 32a;

    • f.

      De 8 parkeerplaatsen gelegen aan de oostzijde van het Vrouw Juttenland, ter hoogte van de huisnummers 8 tot en met 36;

    • g.

      De 2 parkeerplaatsen aan de zuidzijde van het Rietveld, ter hoogte van de huisnummers 1 tot en met 7;

    • h.

      De 2 parkeerplaatsen aan de noordzijde van het Rietveld, ter hoogte van de huisnummers 2 tot en met 6a.

    • 3.

      De plaatsen, waar tegen betaling van parkeerbelasting als bedoeld in artikel 10, onderdeel a, van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft geparkeerd mag worden met een maximale parkeerduur van drie uur zijn:

    • a.

      De parkeerplaatsen aan de Groene Haven;

    • b.

      De parkeerplaatsen in gebied Y.

    Behorende bij het Aanwijzingsbesluit betaald parkeren van 10 november 2011.