Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Aa en Hunze

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2008

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAa en Hunze
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2008
CiteertitelVerordening Lijkbezorgingsrechten 2008
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Verordening ingetrokken per 1 januari 2009.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229, eerste lid, aanhef en sub a en sub b 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200801-01-2009nieuwe regeling

07-11-2007

De Schakel, 12-12-2007

2007/67f

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2008

De raad der gemeente Aa en Hunze;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze,

d.d. 26 oktober 2007, nummer 2007/67;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

“Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2008“ (Verordening Lijkbezorgingsrechten 2008)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a

    begraafplaats : de begraafplaats te Anloo, Gasselte, Gasselternijveen, Gieten, Gieterveen (Broek, Streek), Grolloo en Rolde;

  • b

    eigen graf : een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • het doen verstrooien van as;

  • c

    algemeen graf : een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • d

    eigen urnengraf : een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • het doen verstrooien van as;

  • e

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

  • f

    urnennis : een nis, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

  • g

    asbus : een bus ter berging van as van een overledene;

  • h

    urn : een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

  • i

    verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van

wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen

gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

  • a

    het lichten van een lijk of asbus ingevolge een bevel van een gerechtelijke autoriteit met het oog op een strafrechtelijk onderzoek

  • b

    het begraven van doodgeboren kinderen of van zuigelingen die met de overleden moeder in één kist worden begraven.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar

  • 1

    Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2

    Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1

    De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2

    Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks

verschuldigde rechten

  • 1

    De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in 4.2 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in 4.2 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten  worden betaald binnen veertien dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

  • 2

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking

tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1

    De ‘Verordening Lijkbezorgingsrechten 2006” van 10 november 2005, voor het laatst gewijzigd bij raadsbesluit van 8 november 2006, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft  op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2008.

  • 4

    Deze verordening wordt aangehaald als de “Verordening Lijkbezorgingsrechten 2008”.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Aa en Hunze, gehouden op

7 november 2007.

De griffier, De voorzitter.

T. Santes Drs. H.F. van Oosterhout. 

Bijlage: tarieventabel 

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

 

Tarieventabel behorende bij de "Verordening Lijkbezorgingsrechten 2008

 

 

 

 

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven:

 

1.1.1

voor een periode van 30 jaar

€ 1.895,20

1.1.2

 voor het verlengen van de periode met 10 jaar

€ 638,05

 

 

 

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een kindergraf wordt geheven:

 

1.2.1

voor een periode van 30 jaar

€ 957,10

1.2.2

voor het verlengen van de periode met 10 jaar

€ 319,05

 

 

 

1.3

Voor het verlenen van het recht op een urnennis wordt geheven:

 

1.3.1

voor een periode van 10 jaar

€ 457,90

1.3.1.1

voor een periode van 20 jaar

€ 915,85

1.3.1.2

voor een periode van 30 jaar

€ 1.373,75

1.3.1.3

 voor het verlengen met 10 jaar van de periode als genoemd in 1.3.1, 1.3.1.1 en 1.3.1.2

€ 457,90

1.3.2

een vergoeding voor een gedenkplaat ten behoeve van een urnennis

€ 114,80

 

 

 

1.4

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven:

 

1.4.1

 voor een periode van 30 jaar

€ 957,10

1.4.2

 voor het verlengen van de periode met 10 jaar

€ 319,05

 

 

 

1.5

Voor het verlenen van het recht op een verstrooiingsplaats wordt geheven:

 

1.5.1

voor een periode van 30 jaar

€ 76,70

1.5.2

 voor een periode van 40 jaar

€ 115,20

1.5.3

 voor het verlengen van de periode met 10 jaar

€ 38,45

Hoofdstuk 2 Begraven

2.1

 Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar en ouder wordt geheven

€ 476,65

2.2

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden één jaar wordt geheven

€ 174,50

2.3

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden twaalf jaar wordt geheven

€ 237,80

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

3.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:

 

3.1.1

in een urnennis

€ 45,40

3.1.2

op een urnengraf

€ 45,40

3.1.3

in een urnengraf

€ 124,10

3.1.4

op een eigen graf

€ 45,40

3.1.5

in een eigen graf

€ 184,40

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

4.1

Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het plaatsen of vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in hoofdstuk 5 van de Beheersverordening algemene begraafplaatsen gemeente Aa en Hunze, wordt geheven:

 

4.1.1

voor de aanleg van een grafkelder

€ 151,10

4.1.2

voor de aanleg van een urnenkelder

€ 87,70

4.1.3

voor het plaatsen van een grafbedekking

€ 78,45

4.2

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte als bedoeld in artikel 21 van de Beheersverordening algemene begraafplaatsen gemeente Aa en Hunze, wordt geheven per jaar:

 

4.2.1

 voor een eigen graf

€ 120,45

4.2.2

voor een eigen urnengraf

€ 60,25

4.2.3

 De rechten als bedoeld in onderdeel 4.2 kunnen worden afgekocht voor bepaalde tijd door voldoening van een bepaald bedrag bepaald volgens onderstaalde tabel. De afkoopsom bedraagt de contante waarde van de op het tijdstip van afkoop nog te verschijnen belastingbedragen.

 

Hoofdstuk 5 Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen

5.1

 Voor het inschrijven en overboeken van eigen graven in een daartoe bestemd register wordt geheven

€ 4,50

5.2

Voor het inschrijven en overboeken van eigen urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven

€ 4,50

5.3

 Voor het inschrijven en overboeken van urnennissen in een daartoe bestemd register wordt geheven

€ 4,50

Hoofdstuk 6 Opgraven, ruimen, verstrooien

6.1

Voor het opgraven van een lijk wordt geheven

€ 476,65

6.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven

€ 595,55

6.3

Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven

€ 714,45

6.4

Voor het ruimen van een graf op verzoek van de belanghebbende wordt geheven

€ 476,65

6.5

Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven:

 

6.5.1

in een eigen graf

€ 302,55

6.5.2

in een eigen urnengraf

€ 124,65

6.5.3

op een verstrooiingsplaats

€ 60,50

Hoofdstuk 7 Overige heffingen

7.1

Voor het opbaren van een lijk in een opbaarruimte wordt geheven per etmaal of gedeelte daarvan

€ 60,50

 

tot een maximum-bedrag van

€ 277,45

7.2

Voor het gebruik van de aula voor rouwbezoeken en uitvaarten wordt geheven per keer

€ 105,80

7.3

 Voor het gebruik van de graflift wordt geheven

€ 91,95

7.4

Voor het luiden van de klok wordt geheven

€ 18,30

Behorend bij raadsbesluit van 7 november 2007

De griffier,

T. Santes