Organisatie | Horst aan de Maas |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Erfgoedverordening Horst aan de Maas 2010 |
Citeertitel | Erfgoedverordening Horst aan de Maas 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 149 van de Gemeentewet, de artikelen 12, 15 en 38 van de Monumentenwet 1988 en de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2013 | Artikel 1 (begripsbepalingen) i.v.m. instelling Commissie Ruimtelijke Kwaliteit. | 12-03-2013 Elekt. Gem.blad 21-03-2013 | Onbekend | ||
22-09-2010 | 21-03-2014 | Onbekend | 14-09-2010 Elekt. Gem.blad 06-09-2012 | Onbekend |
Bijlage van gemeenteblad 2010, no. 92e.
De raad van de gemeente Horst aan de Maas;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, de artikelen 12, 15 en 38 van de Monumentenwet 1988 en de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 augustus 2010, gemeenteblad 2010, no.92e ;
Deze verordening verstaat onder:
a. gemeentelijk monument: een overeenkomstig deze verordening als beschermd gemeentelijk monument aangewezen:
1. zaak, die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde;
2. terrein dat van algemeen belang is wegens een daar aanwezige zaak bedoeld onder 1;
b. gemeentelijke monumentenlijst: de lijst waarop zijn geregistreerd de overeenkomstig deze verordening als gemeentelijk monument aangewezen zaken of terreinen bedoeld in onderdeel a;
c. beschermd monument: beschermd monument als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
d. monumentencommissie: de op basis van art.15 Monumentenwet 1988 ingestelde commissie met als taak het college op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de verordening en het monumentenbeleid. De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit zal de rol van de Monumentencommissie op zich nemen en uitvoeren;
e. bevoegd gezag: bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
f. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas;
g. vergunning: een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, of 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
Hoofdstuk 2. Aanwijzing gemeentelijke monumenten
Artikel 2. Het gebruik van het monument
Bij de toepassing van deze verordening wordt rekening gehouden met het gebruik van het monument.
Met ingang van de datum waarop de eigenaar van een monument de kennisgeving van het voornemen tot aanwijzing als gemeentelijk monument ontvangt tot het moment dat de aanwijzing en registratie als bedoeld in artikel 7 plaatsvindt, dan wel vaststaat dat het monument niet wordt geregistreerd, zijn de artikelen 10 tot en met 14 van overeenkomstige toepassing.
Artikel 6. Mededeling aanwijzingsbesluit
De aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt medegedeeld aan degenen die als zakelijk gerechtigden in de kadastrale legger bekend staan.
Hoofdstuk 3. Instandhouding van gemeentelijke monumentale zaken
Artikel 10. Instandhoudingbepaling
Het bevoegd gezag verleent, met betrekking tot een monument met een religieuze bestemming, geen vergunning als bedoeld in het tweede lid, dan in overeenstemming met de eigenaar indien en voor zover het een vergunning betreft, waarbij wezenlijke belangen van de godsdienstuitoefening in het monument in het geding zijn.
Artikel 11. De schriftelijke aanvraag
Een aanvraag als bedoeld in artikel 4.2. Besluit omgevingsrecht voor een vergunning als bedoeld in artikel 10 en de daarbij te overleggen gegevens en bescheiden worden in drievoud ingediend.
De vergunning kan slechts worden verleend indien het belang van de monumentenzorg zich daartegen niet verzet. Bij de beslissing houdt het bevoegd gezag rekening met het gebruik van het monument.
Hoofdstuk 5 Overige bepalingen
Artikel 19. Tegemoetkoming in schade
Indien en voor zover blijkt dat een belanghebbende schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven, kent het bevoegd gezag hem op zijn aanvraag een naar billijkheid te bepalen tegemoetkoming toe, indien de schade in relatie staat tot:
Degene, die handelt in strijd met het derde lid van artikel 10 en artikel 16 met uitzondering van het bepaalde in het tweede lid, onder e, van deze verordening, wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of een hechtenis van ten hoogste drie maanden.
Artikel 22. Intrekken oude regeling
De Monumentenverordening gemeente Horst aan de Maas, vastgesteld door de gemeenteraad van Horst aan de Maas bij besluit van 15 oktober 2002, resp. de Monumentenverordening gemeente Sevenum, vastgesteld door de gemeenteraad van Sevenum worden ingetrokken.