Organisatie | Horst aan de Maas |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Rekenkamercommissie gemeente Horst aan de Maas 2010 |
Citeertitel | Verordening Rekenkamercommissie gemeente Horst aan de Maas 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-03-2010 | Onbekend | 16-03-2010 Onbekend | Onbekend |
In deze verordening wordt verstaan onder:
Rekenkamercommissie: de commissie die is ingesteld bij besluit van de gemeenteraad en die ten doel heeft om door middel van beleidsevaluaties en doelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de doeltreffendheid van het beoogde beleid, alsmede de doelmatige voorbereiding en uitvoering daarvan;
2. TAAK SAMENSTELLING EN LIDMAATSCHAP VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE
Artikel 2.1 Taak van de commissie
De Rekenkamercommissie voert onderzoek uit naar de (maatschappelijke) effecten van het gemeentelijk beleid en naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gemeentelijke beleid, van het gemeentelijke beheer en van de gemeentelijke organisatie, naar de rechtmatigheid van het gemeentelijk beheer, alsmede naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.
Artikel 2.2 Samenstelling Rekenkamercommissie
De leden leggen, alvorens zij hun functie kunnen uitoefenen, in een vergadering van de raad in de handen van de voorzitter van de raad de eed (verklaring en belofte) af:
“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de Rekenkamercommissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gunst heb gegeven of beloofd.
Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of belofte heb aangenomen of zal aannemen.
Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de Rekenkamercommissie naar eer en geweten zal vervullen.
Het presidium draagt één van de leden als voorzitter van de rekenkamercommissie
aan de raad voor. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de
vergaderingen van de Rekenkamercommissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de
uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige
besluitvorming. Hij voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met de secretaris.
3. DE WERKWIJZE VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE
Artikel 3.1 Reglement van orde
De Rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na de vaststelling ter kennisneming naar de gemeenteraad.
Artikel 3.4 Uitvoering van het onderzoek en rapportage
De Rekenkamercommissie is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek. De Rekenkamercommissie kan de bevoegdheid tot het inwinnen van inlichtingen mandateren aan de secretaris en de overige medewerkers die haar bij de uitvoering van haar taak terzijde staan. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de Rekenkamercommissie gestelde termijn te verstrekken.
De Rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van Bestuur kan de Rekenkamercommissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De leden van de Rekenkamercommissie en degenen die ten behoeve van de Rekenkamercommissie werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in hun hoedanigheid van lid, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.
De Rekenkamercommissie stelt betrokkenen ambtenaren in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het feitenonderzoek aan de Rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De Rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.
4. DE ONDERSTEUNING VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE
Artikel 4.2 Onderzoeksmedewerk(st)ers
De secretaris en de onderzoeksmedewerk(st)ers kunnen, indien de Rekenkamercommissie hen daartoe de bevoegdheid als bedoeld in artikel 3.3, derde lid toekent, alle informatie verzamelen die de Rekenkamercommissie in het belang van het onderzoek nodig acht; zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de Rekenkamercommissie.