Organisatie | Kerkrade |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel ten aanzien van op straat geplaatste inboedels bij woning-ontruimingen |
Citeertitel | Beleidsregel ten aanzien van op straat geplaatste inboedels bij woning-ontruimingen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
geen
Algemene plaatselijke verordening Kerkrade 2001, artikel 2.1.5.1.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-03-2002 | Nieuwe regeling | 15-01-2002 Zuid-Limburger 27-02-2002 | 02n00012 |
gelet op het bepaalde in de artikelen 4:81 e.v. en 5:21 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede in artikel 2.1.5.1. van de Algemene plaatselijke verordening;
gezien de nota van de directeur van de toenmalige sector Burgers d.d. 22 april 1999, met bijbehorende notitie van de Afdeling openbare orde en veiligheid d.d. 26 maart 1999;
gezien nota en voorstel van de directeur van de sector Samenleving d.d. 13 december 2001
in hun vergadering van 15 januari 2002 de navolgende beleidsregel vast te stellen voor de wijze waarop gebruik zal worden gemaakt van de aan de Burgemeester en Wethouders toekomende bevoegdheid tot
* beslissing op aanvragen om vergunning voor het op de openbare weg plaatsen van inboedels/huisraad in geval van ontruiming van een woning;
* het met toepassing van bestuursdwang doen verwijderen van onrechtmatig op de openbare weg geplaatste inboedels/huisraad in geval van ontruiming van een woning.
I Weigering/verlening vergunning ex artikel 2.1.5.1. Apv
Ter voorkoming van het ontstaan van gevaar voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, zal geen vergunning worden verleend voor het op de openbare weg plaatsen van inboedels in het kader van de ontruiming van woningen, ook niet als die ontruiming geschiedt ingevolge een daartoestrekkend rechterlijk vonnis.
Inboedels die toch op de openbare weg worden aangetroffen (en dus zonder dat voor plaatsing aldaar een vergunning ex artikel 2.1.5.1 van de Algemene plaatselijke verordening is verleend), zullen op grond van de aan Burgemeester en wethouders toekomende bestuursdwangbevoegdheid van de openbare weg worden verwijderd. Vervolgens zullen deze tijdelijk worden opgeslagen en nadien teruggeven aan de rechthebbende, dan wel vernietigd of vervreemd, een en ander strikt overeenkomstig de voorschriften hieromtrent in de Algemene wet bestuursrecht.