Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoogeveen

Aanvullende rechtspositieregeling (fietsenplan) voor de vrijwilliger van de brandweer in de gemeente Hoogeveen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHoogeveen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAanvullende rechtspositieregeling (fietsenplan) voor de vrijwilliger van de brandweer in de gemeente Hoogeveen
CiteertitelFietsenplan vrijwilligers brandweer Hoogeveen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerppersoneel en organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Exacte datum inwerkingtreding is niet bekend en is bij benadering ingevuld.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, artikel 160
  2. Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling, artikel 19:3
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-10-201001-04-200901-01-2016nieuwe regeling

13-07-2010

Nieuwsbrief P&O september 2010

H.10.01788

Tekst van de regeling

Intitulé

Aanvullende rechtspositieregeling (fietsenplan) voor de vrijwilliger van de brandweer in de gemeente Hoogeveen

Burgemeester en wethouders van de gemeente Hoogeveen,

gelet op artikel 19:3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling;

gelet op de bereikte overeenstemming in de ondernemingsraad d.d. 15 september 2010;

b e s l u i t e n :

vast te stellen de navolgende regeling:

 

Aanvullend rechtspositieregeling (fietsenplan) voor de vrijwilliger van de brandweer in de gemeente Hoogeveen

Aanvullende rechtspositieregeling vrijwilligers van de brandweer

Artikel 1 Begripsomschrijving

 Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    CAR/UWO: de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst van de gemeente Hoogeveen;

  • b.

    Vrijwilliger van de brandweer: de medewerker die is aangesteld op grond van hoofdstuk 19 van de CAR/UWO;

  • c.

    Fiets: een fiets zonder verbrandingsmotor;

  • d.

    Fietsaccessoires: met een fiets samenhangende zaken die direct dienstbaar zijn aan het woon-werkverkeer, zoals regenkleding, sloten en dergelijke.

Artikel 2 Procedure

De procedure om in aanmerking te komen voor een onbelaste vergoeding van een fiets is als volgt:

  • a.

    de vrijwilliger vult het aanvraagformulier, bestelformulier en de verklaring zakelijk gebruik in. De verklaring dat de fiets voor meer dan 50% van de tijd voor zijn werkzaamheden bij de brandweer wordt gebruikt voor woon-werkverkeer, wordt mede ondertekend door de afdelingsmanager.

    De vrijwilliger, die in aanmerking kan komen voor een vergoeding van een fiets, kan een fiets aanschaffen;

  • b.

    over de exacte verlaging van de vergoeding in geld en de ingangsdatum wordt met elke vrijwilliger een afzonderlijke overeenkomst gesloten, uiterlijk op het moment dat de fiets wordt aangeschaft. Deze regeling en de aankoopnota van de fiets maken deel uit van de overeenkomst.

Artikel 3 Beperkingen

  • 1.

    Een vrijwilliger kan slechts één keer per drie jaren een fiets op grond van deze regeling aanschaffen (ook al is het fiscale maximum niet volledig benut).

  • 2.

    Als de fiets meer dan het fiscale maximum kost, machtigt de vrijwilliger de gemeente om het meerdere in een bedrag ineens in te houden op zijn netto vergoeding.

Artikel 4 Berekening verlaging vergoeding in geld en duur van de verlaging

  • 1.

    Voor de berekening van de verlaging van de vergoeding in geld en de duur ervan kan de vrijwilliger kiezen uit de volgende mogelijkheden:

    • a.

      Het bedrag waarmee de vergoeding in geld per maand verlaagd wordt, wordt als volgt berekend: het bedrag van de aankoopnota van de fiets tot maximaal het fiscaal vastgestelde maximumbedrag gedeeld door 36. De verlaging van de vergoeding in geld vindt plaats gedurende respectievelijk36 maanden vanaf de ingangsdatum, nader te bepalen in de individuele overeenkomst met de vrijwilliger;

    • b.

      In overleg met de vrijwilliger kan de verlaging van de vergoeding in geld ook in minder dan 36 termijnen plaatsvinden, nader te bepalen in de individuele overeenkomst met de vrijwilliger.

  • 2.

    Verlaging van de vergoeding als bedoeld in lid 1 mag niet leiden tot strijdigheid met wettelijke bepalingen.

  • 3.

    Als de dienstbetrekking blijft bestaan is tussentijdse beëindiging van de overeenkomst niet mogelijk.

Artikel 5 Gevolgen van de verlaging van de vergoeding in geld

  • 1.

    De verlaging van de bezoldiging in geld betekent een mogelijke verlaging van het inkomen in het kader van inkomensafhankelijke subsidies zoals huursubsidie/ tegemoetkoming studiekosten.

  • 2.

    Door verlaging van de vergoeding in geld overeen te komen, accepteert de vrijwilliger dat eventuele nadelen van het verlagen van de vergoeding in geld voor zijn rekening en risico blijven.

Artikel 6 Beëindiging zakelijk gebruik

  • 1.

    Als de vrijwilliger binnen een periode van drie jaar na de vergoeding uit dienst treedt, de fiets aan derden verkoopt, verpandt of anderszins in zekerheid geeft, is de vrijwilliger aan de gemeente Hoogeveen voor elke nog niet verstreken maand een bedrag wegens privégebruik verschuldigd ter grootte van 1/36e van de aanschafprijs.

  • 2.

    Bij beëindiging van de dienstbetrekking voordat de lening is afgelost is de werkgever gemachtigd om het restant van de lening met de netto vergoeding te verrekenen en heeft de vrijwilliger een verplichting het dan nog openstaand bedrag binnen 14 dagen na ontslag te voldoen.

Artikel 7 Eigendomsrecht

De fiets is vanaf het moment van de aankoop eigendom van de vrijwilliger. Beschadiging, diefstal e.d. zijn voor rekening en risico van de vrijwilliger.

Artikel 8 Slotbepalingen

Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 april 2009.

Artikel 9

Deze regeling kan worden aangehaald als aanvullende rechtspositieregeling (fietsenplan) voor de vrijwilligers van de brandweer.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 juli 2010.

 

Burgemeester en Wethouders van Hoogeveen,

de secretaris, de burgemeester,

Toelichting op de aanvullende rechtspositieregeling (fietsenplan) voor de vrijwilliger brandweer

 

Artikel 1 Begripsomschrijving

Vrijwilliger:

Vergoeding van een fiets mag belastingvrij, als aannemelijk is dat de vrijwilliger op meer dan de helft van het aantal dagen dat hij/zij pleegt te reizen in het kader van woon- werkverkeer gebruik maakt van de fiets. Over het algemeen vindt de belastingdienst het aannemelijk dat wanneer iemand binnen 15 kilometer van het werk woont hij/zij de fiets ook daadwerkelijk gebruikt voor woon-/ werkverkeer.

Voor de vrijwilligers geeft de belastingdienst aan dat gelet op de aard van de werkzaamheden en het reispatroon het niet zonder meer aannemelijk is dat zij hieraan voldoen. Bij eventueel onderzoek zal hiervoor een aanvullende onderbouwing van de vrijwilliger nodig zijn, waardoor blijkt dat hij/zij de fiets voor meer dan de helft van de tijd gebruikt voor (een deel van) het woon-/werktraject.

Een ten onrechte belastingvrij vergoede fiets kan tot gevolg hebben dat de gemeente een naheffing krijgt, die vervolgens bij de vrijwilliger in rekening wordt gebracht.

Voor de vrijwilliger geldt, dat een afwijzing gemotiveerd moet worden en dat bezwaar openstaat binnen zes weken op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht.

De te vergoeden fiets dient te voldoen aan de eisen die de fiscus stelt en dient dus mede gebruikt te kunnen worden voor woon-/werkverkeer.

Het gaat om een fiets zonder hulpmotor of met een eletrische hulpmotor die trapondersteuning verleent. Rijwielen met een verbrandingsmotor (b.v. snorfiets, de Solex en de Spartamet) voldoen niet aan de definitie ‘fiets’.

Fiscaal maximum:

Op dit moment is het fiscale maximum voor een fiets vastgesteld op € 749, - + € 82, - per jaar voor toebehoren bij de fiets.

 

Artikel 2

De vrijwilliger ontvangt eerst voorlichting over de regeling. Wil de vrijwilliger gebruik maken van de regeling en wordt zijn/haar verzoek ondersteund door de leidinggevende, dan kan de vrijwilliger een fiets aanschaffen.

De overeenkomst kan pas worden opgesteld en ondertekend als de offerte er ligt.

Uiteraard kan de fiets alleen worden verstrekt als de overeenkomst tot stand is gekomen.

 

Artikel 3

De beperkingen vinden hun basis in de Wet op de Loonbelasting.

 

Artikel 4

Het uitspreiden van de verlaging van de bezoldiging in geld over 36 maanden betekent, dat het bedrag waarmee de bezoldiging in geld verlaagd wordt daardoor relatief laag is (mogelijkheid a). Voor degenen die er de voorkeur aan geven om hun bezoldiging in geld over een kortere periode (maar uiteraard met een groter bedrag) te verlagen is mogelijkheid b opgenomen. Voor alle varianten geldt dat de ingangsdatum gelijk is aan de datum dat de vergoeding van de fiets plaatsvindt of dat de ingangsdatum kort daarna ligt (de eerste mogelijkheid om de bezoldiging in geld te verlagen dient dus te worden benut).

 

Artikel 5

De verlaging van de vergoeding werkt door in sommige toe(s)lagen en uitkeringen. Dit is een eis van de belastingdienst. Het betreft hier toeslagen die afgeleid zijn van de bruto vergoeding.

 

Artikel 6

In dit artikel wordt de consequentie beschreven wanneer het zakelijk gebruik wordt beëindigd.

 

Artikel 7

De vrijwilliger schaft zelf een fiets aan. De vrijwilliger is hierdoor zelf verantwoordelijk voor de fiets.

Artikel 8

De wet biedt de mogelijkheid om – voor zover niet binnen een zelfde periode van 3 kalenderjaren – een nieuwe fiets te vergoeden.