Organisatie | Elburg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Organisatieverordening gemeenteraad Elburg 2011 |
Citeertitel | Organisatieverordening gemeenteraad Elburg 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Organisatie |
Gewijzigd door invoeging hoofdtuk 5 vertrouwenscommissie die, de aanbeveling tot benoeming van de burgemeester voorbereidt, de functioneringsgesprekken met de burgemeester houdt en de aanbeveling tot herbenoeming van de burgemeester voorbereidt
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
02-05-2013 | 01-02-2015 | Invoeging nieuw hoofdstuk 5, en vernummering huidige hoofdstuk 5 naar hoofdstuk 6. | 22-04-2013 Huis aanhuis Elburg, 29-04-2013 | Onbekend | |
01-11-2011 | 02-05-2013 | Nieuwe regeling | 31-10-2011 Huis aanhuis Elburg, 07-02-2012 | Onbekend |
gelezen het voorstel van het presidium van 27 maart 2013;
gelet op art. 61, 61a, 61c, 84, 86, 147 en 149 van de Gemeentewet;
gelet op art. 15 en 31 van de Archiefwet 1995;
gelet op art. 9 van het Archiefbesluit 1995;
gelet op de circulaire Benoeming, functioneringsgesprekken en herbenoeming burgemeester van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties;
aan de organisatieverordening gemeenteraad Elburg een hoofdstuk V toe te voegen luidende:
de vertrouwenscommissie, die de aanbeveling tot benoeming vandeburgemeester voorbereidt, de functioneringsgesprekken met deburgemeester houdt en de aanbeveling tot herbenoeming van deburgemeester voorbereidt.
Hoofdstuk II Organisatie van de raad
De agendacommissie heeft tot taak de conceptagenda’s van de raad en de raadscommissies op te stellen. Zij bepaalt de wijze van behandeling van de aangedragen onderwerpen alsmede de behandelrijpheid en compleetheid van de vergaderstukken. De agendacommissie heeft tevens tot taak de ontwikkeling van het dualisme in Elburg.
Artikel 2.6 Ambtelijke bijstand
Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de secretaris. Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over de zaak.
Artikel 2.9 Rechtspositie griffie
De Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten (CAR) en Uitwerkingsovereenkomst (UWO) en de ter uitvoering daarvan verleende mandaten, volmachten en machtigingen, die het college voor de ambtelijke organisatie heeft vastgesteld, zijn van overeenkomstige toepassing voor de griffie.
De voorzitter opent de vergadering met het uitspreken van het ambtsgebed. De tekst luidt:
“Almachtige God, Bij het begin van onze vergadering bidden wij U, in verbondenheid met velen, om Uw onmisbare zegen over onze werkzaamheden. Geef ons wijsheid en voorzichtigheid, versterk in ons een diep besef van onze afhankelijkheid van U. Doe onze beraadslagingen en besluiten strekken tot bevordering van de ware belangen van onze gemeente. Amen.”
Artikel 3.3.3 Primus bij hoofdelijke stemming
Alvorens de aangekondigde onderwerpen aan de orde te stellen deelt de voorzitter mede, bij welk lid van de raad, de hoofdelijke stemming zal beginnen. Daartoe wordt bij loting een volgnummer van de presentielijst aangewezen; bij het daar genoemde lid begint de hoofdelijke stemming.
Artikel 3.3.5 Verslag en besluitenlijst
Van de vergadering wordt een audioverslag gemaakt en een besluitenlijst. De raad stelt de besluitenlijst vast.
In het geval de voorzitter van de raad vanuit het oogpunt van zijn portefeuille aan de beraadslaging deelneemt, wordt hij vervangen door de plaatsvervangend voorzitter van de raad.
Artikel 3.3.9 Algemene bepalingen over stemming
Heeft een lid zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, dan kan hij deze vergissing nog herstellen voordat het volgende lid gestemd heeft. Bemerkt het lid zijn vergissing pas later, dan kan hij nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening vragen dat hij zich heeft vergist; in de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.
Artikel 3.3.12 Herstemming over personen
Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.
Artikel 3.4.4 Initiatiefvoorstel
De behandeling van het voorstel vindt inhoudelijk plaats tenzij de raad oordeelt dat:
het voorstel voor advies naar het college dient te worden gezonden. In dit geval bepaalt de raad in welke vergadering het voorstel opnieuw geagendeerd wordt.
4.Op een spoedeisend initiatiefvoorstel, inhoudende het ontslag van een wethouder, zijn de bepalingen in dit artikel niet van toepassing. Een dergelijk voorstel kan na instemming van de raad terstond aan de agenda toegevoegd worden.
Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behoudens in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen, ten minste twee werkdagen voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de voorzitter ingediend en wordt op de agenda van de eerstvolgende raadsvergadering geplaatst. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de te stellen vragen. Ieder raadslid kan een verzoek indienen.
Het lid van de raad dat tijdens het vragenhalfuur vragen wil stellen, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp ten minste 7 uur voor aanvang van het vragenhalfuur bij de voorzitter. De voorzitter kan weigeren een onderwerp tijdens het vragenhalfuur aan de orde te stellen indien hij het onderwerp niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven of indien het onderwerp in de raadsvergadering op diezelfde dag aan de orde komt.
Hoofdstuk V de vertrouwenscommissie, die de aanbeveling tot benoeming van de burgemeester voorbereidt, de functioneringsgesprekken met de burgemeester houdt en de aanbeveling tot herbenoeming van de burgemeester voorbereidt.
De vertrouwenscommissie legt bij de herbenoemingsprocedure en bij functioneringsgesprekken in elke vergadering en in elk gesprek, met toepassing van artikel 86 van de Gemeentewet, geheimhouding op over de inhoud van de stukken en het behandelde tijdens de vergadering of het gesprek. De (fungerend) voorzitter van de vertrouwenscommissie ziet erop toe dat hieraan wordt voldaan.
De geheimhoudingsplicht brengt onder meer mee dat aan raadsleden, die geen zitting (meer) hebben in de vertrouwenscommissie, en aan anderen, behoudens het bepaalde in artikel 5.9, vierde lid, 5.10, tweede lid, en 5.11 van deze verordening, geen inzage in, of informatie omtrent de inhoud van de stukken of het behandelde ter vergadering of in het gesprek wordt verstrekt.
De vertrouwenscommissie treft, met inachtneming van de artikelen 5.7, 5.8, tweede lid, en 5.13 van deze verordening, een voorziening met betrekking tot de wijze waarop de geheimhouding blijft gewaarborgd bij het beheer van bescheiden, het voeren van correspondentie en bij de bepaling van plaats en tijdstip van de gesprekken.
De vertrouwenscommissie besluit bij de voorbereiding van een aanbeveling bij meerderheid van uitgebrachte stemmen, waarbij elk lid één stem heeft. Bij het staken van de stemmen over de uit te brengen bevindingen wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen bevindingen van de vertrouwenscommissie, maar de verschillende meningen in het verslag opgenomen. De vertrouwenscommissie streeft naar unanimiteit. Het gevoelen van de minderheid wordt desgewenst in het verslag tot uitdrukking gebracht.
Artikel 5.8 Bijzondere bepalingen over de benoemingsprocedure
De secretaris nodigt, op verzoek van de vertrouwenscommissie, de kandidaten uit voor een gesprek met de vertrouwenscommissie. De vertrouwenscommissie treft voorzieningen met betrekking tot de wijze waarop de privacy van de sollicitanten wordt beschermd, bijvoorbeeld door de plaats en het tijdstip van de gesprekken zodanig te kiezen dat de vertrouwelijkheid van de gesprekken gewaarborgd is.
Artikel 5.9 Bijzondere bepalingen over functioneringsgesprekken
De vertrouwenscommissie maakt vooraf kenbaar aan de burgemeester bij wie zij informatie zal inwinnen over het functioneren van de burgemeester. De vertrouwenscommissie en de burgemeester stellen in onderling overleg de agenda voor het functioneringsgesprek vast. De vertrouwenscommissie en de burgemeester krijgen voorafgaand aan het gesprek de gelegenheid, voor zover van toepassing, het verslag van het vorige functioneringsgesprek in te zien.
Het gesprek is wederkerig. Zowel het functioneren van de burgemeester als het functioneren van de gemeenteraad zijn onderwerp van gesprek. De vertrouwenscommissie toetst het functioneren van de burgemeester in elk geval aan de profielschets, de wettelijke taken van de burgemeester alsmede aan de andere aan de burgemeester toebedeelde taken. Tevens wordt getoetst aan het verslag van, en de afspraken uit, het vorige functioneringsgesprek.
De vertrouwenscommissie brengt over haar werkzaamheden ter zake van de voorbereiding van de aanbeveling tot benoeming of herbenoeming verslag uit aan de gemeenteraad en de commissaris van de Koning door middel van een verslag van bevindingen. Dit schriftelijke en vertrouwelijke verslag bevat tenminste:
en heeft in ieder geval de volgende bijlagen:
Artikel 5.12 Onvoorziene gevallen
In alle gevallen waarin deze verordening dan wel de circulaire niet voorziet, beslist de vertrouwenscommissie.
De voorzitter en de secretaris van de vertrouwenscommissie dragen er bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure zorg voor dat alle archiefbescheiden onverwijld in een verzegelde envelop en gerubriceerd als “geheim” worden overgebracht naar de op grond van artikel 31 van de Archiefwet door de gemeenteraad aangewezen archiefbewaarplaats.
Het bedoelde in lid 1 gaat in met ingang van de dag volgende op die waarop,
bij benoeming: door de minister van BZK aan de gemeenteraad bekend is gemaakt dat in de vacature van burgemeester is voorzien.
bij herbenoeming: door de minister van BZK aan de gemeenteraad bekend is gemaakt dat de voordracht van de minister van BZK door een Koninklijk besluit is gevolgd.
De voorzitter en de secretaris van de vertrouwenscommissie dragen er bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure zorg voor dat van de in het eerste lid bedoelde overbrenging een verklaring van overbrenging als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 wordt opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de met toepassing van artikel 15, lid 1 sub a en c, van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.