Organisatie | Lelystad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening Duurzaam Bouwen Lelystad 2011-2013 |
Citeertitel | Subsidieverordening Duurzaam Bouwen Lelystad 2011-2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-12-2011 | 14-07-2020 | nieuwe regeling | 27-09-2011 Flevopost, 21-12-2011 | B11-15956 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a.aanvrager: de eigenaar tevens toekomstige bewoner van een nieuwbouwwoning die zich op het grondgebied van de gemeente Lelystad bevindt;
b. aanvraagformulier: een door het college vastgesteld formulier dat gebruikt moet worden voor het aanvragen van een beschikking tot subsidieverlening;
c. Awb: de Algemene wet bestuursrecht;
d. beschikking tot subsidieverlening: de beslissing van het college op de aanvraag om verlening van subsidie die voorafgaande aan het treffen van de maatregelen wordt gegeven;
e. beschikking tot subsidievaststelling: de beslissing van het college van Lelystad op de aanvraag om vaststelling van subsidie die vaststelt in hoeverre de voorwaarden zijn vervuld en hoeveel het exacte subsidiebedrag bedraagt;
f. het college: het college van de gemeente Lelystad;
g. EPC-waarde: energieprestatiecoëfficiënt (EPC) berekend volgens de eisen in het Bouwbesluit;
h. gereedmeldingsformulier: een door het college vastgesteld formulier dat gebruikt moet worden voor het gereedmelden van de subsidiabele activiteiten en het aanvragen van een beschikking tot subsidieverlening;
i. GPR-gebouw®: een rekeningmodel waarmee aan de hand van de thema’s Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde een duurzaamheidsscore aan een gebouw kan worden toegekend. Deze scores lopen van 0-10, waarbij een woning volgens het Bouwbesluit ongeveer een score 6 haalt.
j. nieuwbouwwoning: een woning waarvoor op of na de datum van inwerkingtreding van deze verordening een bouwvergunning wordt aangevraagd,
k. subsidie: een subsidie ingevolge artikel 4:21 Awb evenals de subsidie op grond van deze verordening;
l. subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor de verstrekking van een subsidie krachtens deze verordening.
Artikel 2 Subsidiabele activiteiten
Het college kan subsidie verlenen voor de volgende activiteiten in de gemeente:
het bouwen van een duurzame woning in particulier opdrachtgeverschap, waarbij maatregelen zijn getroffen aanvullend op het geldende bouwbesluit ten behoeve van:
Artikel 3 Stapeling van subsidies
Indien de aanvrager van subsidies voor één of meer van de in artikel 2 genoemde activiteiten of getroffen maatregelen subsidie kan ontvangen van derden, dan is er geen subsidie vanuit deze regeling mogelijk voor die activiteit of maatregel.
Het college wijst naast de in artikelen 4:25 en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde gevallen, de aanvraag tot subsidieverlening af als blijkt dat:
Indien toepassing van deze verordening zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard kan het college afwijken van de bepalingen in deze verordening.
Artikel 17 Evaluatie doeltreffendheid en effecten subsidie in de praktijk
Overeenkomstig het gestelde in de Algemene wet bestuursrecht zal jaarlijks een evaluatie van de doeltreffendheid en effecten van de subsidie in de praktijk plaatsvinden, voor het eerst één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening.
Deze verordening wordt aangehaald als Subsidieverordening Duurzaam Bouwen Lelystad 2011-2013.
De raad van de gemeente Lelystad,
Deze verordening heeft ten doel het verstrekken van de subsidie aan de aanvrager ten behoeve van het realiseren van een energiezuinige en/of duurzame nieuwbouwwoning. De gemeente beoogt hiermee het verbruik van energie in deze woningen te verminderen om daarmee te komen tot reductie in de uitstoot van CO2. Naast CO2-reductie leiden de maatregelen tot lagere energiekosten voor de aanvrager én een hoger comfort. Tegelijkertijd neemt de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen af en daarmee ook de afhankelijkheid van de leveranciers. De daling van de uitstoot van CO2 is vooral van belang voor het leveren van een bijdrage aan de mondiale, landelijke, provinciale en gemeentelijke doelstellingen om te komen tot een reductie van de emissie van CO2.
Per maatregel kan eenmaal een subsidie worden verkregen.
De subsidieverordening is alleen van toepassing op nieuwbouw van een woning in opdracht van de eigenaar van een woning die tevens (toekomstig) bewoner is van deze woning.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
EPC: Hoe zuinig een woning is ten opzichte van andere huizen die net zo groot zijn, blijkt uit de Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC). Deze EPC wordt berekend op basis van verschillende eigenschappen (isolatiewaarde van wanden, vloeren, beglazing, enzovoort) en installaties (bijvoorbeeld zonnecollectoren, ventilatiesystemen en verwarming) van een woning. Hoe lager het getal is, hoe energiezuiniger de woning. Voor woningen die worden aangesloten op een warmtenet wordt de volgende opmerking gemaakt. Om te voorkomen dat door het toerekenen van het rendement van het warmtenet een hoge score op het thema Energie wordt behaald, zonder dat dit leidt tot een daling van de warmtevraag van de woning, wordt voorgeschreven dat gebruik gemaakt dient te worden van de rendementen van een traditioneel warmtenet. Daardoor is er nog steeds een voordeel bij het vaststellen van de epc, maar zal voor een hogere energiescore gekozen moeten worden voor woninggebonden maatregelen, die ook daadwerkelijk tot een daling van de energielasten leiden.
GPR-gebouw ®: Voor maximale vrijheid bij de keuze van de te treffen maatregelen is gekozen voor het vastleggen van eisen in de vorm van een GPR-score. In dit rekenmodel kunnen onder de thema’s Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde alle getroffen maatregelen worden opgenomen. De optelsom van die maatregelen leidt dan tot een score per thema en gezamenlijk tot een score voor de woning.
Het bepalen van de GPR-score moet plaatsvinden met het rekenmodel GPR-gebouw® versie 4.1. Toekomstige versies kunnen een andere waarderingssystematiek hebben waardoor het puntenstelsel voor de subsidieregeling overhoop zou worden gegooid.
Per subsidieaanvraag voor een in particulieropdrachtgeverschap gebouwde woning stelt de gemeente een licentie voor GPR-gebouw® versie 4.1 kosteloos ter beschikking. Met die licentie kan één woning worden doorgerekend.
Artikel 2 Subsidiabele activiteiten
De verordening is opgezet om nieuw te bouwen woningen in particulier opdrachtgeversschap daadwerkelijk duurzaam te realiseren, zonder daarbij verplichte middelmaatregelen voor te schrijven. Wel is bepaald dat de nadruk ligt op de thema’s:
Omdat de regeling bedoeld is voor woningen die duidelijk duurzamer zijn gebouwd dan woningen die enkel aan het bouwbesluit voldoen, is gekozen voor een basiseis om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie. De woning moet daarom een gemiddelde GPR-score behalen van 7,5.
De energieprestatie kan uiteraard worden vastgesteld met de EPC-waarde. Ook met GPR-gebouw kan een vereenvoudigde EPC-berekening worden gedaan. De GPR-score voor het thema Energie wordt voor 75% bepaald door de EPC-score en voor 25% door aanvullende energiemaatregelen die (nog) niet in de EPC zijn opgenomen, zoals koeling met warmtepomp, buitenzonwering of aansluitingen voor hotfill (af)wasmachines.
De waardering van de duurzaamheid met betrekking tot materiaalkeuzes wordt in GPR-gebouw gegeven door de score voor het thema Milieu. Deze waarderingsmethode sluit aan bij de nationale rekenmethode voor evaluatie van materiaalgebonden milieuprestatie van gebouwen die waarschijnlijk in het nieuwe bouwbesluit zal worden opgenomen.
Het thema Gebruikskwaliteit geeft een goede indicatie voor de levensloopbestendigheid van een woning. Bij dit thema wordt gekeken naar diverse maatregelen voor de toegankelijkheid van de woning, maatregelen die ook de wezenlijke elementen vormen van de levensloopbestendige woning volgens het Woonkeur.
De doelstelling is vertaald naar de volgende voorwaarden om voor subsidie in aanmerking te komen.
Basiseis: Het gebouw scoort op alle 5 GPR-thema’s tenminste een score 7,5. De subsidie bedraagt dan 50% van de te innen bouwleges voor de woning.
Daarboven kunnen de volgende extra maatregelen tot een hogere subsidiebedrag leiden.
Stapeling van maatregelen in categorieën 1, 2, 3 en 4 is mogelijk tot 100% van het maximale subsidiebedrag.
Voor het subthema Toegankelijkheid is de lat hoger gelegd dan bij Energie en Milieu en ook is de extra subsidie wat lager gesteld omdat de ervaring leert dat een hogere score voor Toegankelijkheid relatief makkelijk te halen valt, tegen lagere investeringen dan bij de thema’s Energie, Milieu en Gezondheid. Let wel: de basiseis (score 7,5) betreft het algemene GPR-thema Gebruikskwaliteit, maar de 10% extra subsidie is alleen te halen door maatregelen specifiek op het subthema Toegankelijkheid.
Artikel 3 Stapeling van subsidies
Om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk kopers van een kavel in Lelystad gebruik kunnen maken van onze regeling kiezen we ervoor om geen subsidie te verlenen als iemand in aanmerking komt voor een landelijke subsidie. Mocht een woningeigenaar niet voor landelijke subsidie in aanmerking komen en wel binnen de voorwaarden van onze regeling passen, dan komt deze wel in aanmerking voor subsidie van de gemeente Lelystad.
Artikel 6 Wijze van indienen van de aanvraag
Voor de aanvraag van subsidie dient het voorgeschreven aanvraagformulier gehanteerd te worden. Dit aanvraagformulier is door het college vastgesteld.
De indiening van een subsidieaanvraag voor het treffen van duurzaamheidsmaatregelen dient gelijktijdig plaats te vinden met de indiening van de aanvraag om een bouwvergunning.
De EPC-berekening die deel uitmaakt van de aanvraag om bouwvergunning wordt gebruikt als toets van de subsidieaanvraag. De effecten van de energiemaatregel waarvoor subsidie wordt aangevraagd, moeten in deze EPC-berekening worden meegenomen.
Tevens kan de duurzaamheidsmaatregel direct invloed hebben op het ontwerp en de bouwkundige- en installatietechnische onderdelen van de woning.
In het aanvraagformulier dienen alle relevante gegevens om voor subsidie in aanmerking te komen te worden vermeld c.q. te worden toegevoegd.
Na ontvangst van de aanvraag wordt beoordeeld of de aanvraag compleet is. Is dit niet het geval, dan worden de ontbrekende gegevens opgevraagd. Na ontvangst van de ontbrekende gegevens wordt beoordeeld of de aanvraag nu wel compleet is. Is de aanvraag compleet, dan wordt er een subsidiebedrag gereserveerd. De volgorde van de reserveringen (de afgifte van de beschikking tot subsidieverlening) wordt bepaald door de datum waarop de aanvraag, al dan niet na aanvulling, compleet is ingediend.
De datum waarop de aanvraag compleet is, is van belang in verband met het subsidieplafond. Een subsidie wordt namelijk geweigerd voor zover door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden.
Artikel 9 De voorwaarden voor de subsidie
Om voor subsidie in aanmerking te komen, moet voldaan worden aan de in dit artikel opgenomen voorwaarden en verplichtingen.
Subsidieverstrekking is verder alleen mogelijk als voor de betreffende woning het in artikel 10, lid 1 genoemde maximale totaal subsidiebedrag per woning nog niet is verstrekt of verleend.
Artikel 10 Hoogte van de subsidie
Alle bedragen genoemd in dit artikel zijn inclusief BTW. Per woning is het in dit artikel opgenomen maximale subsidiebedrag beschikbaar tot het subsidieplafond is bereikt.
Artikel 12 De inhoud van de beschikking tot subsidieverlening
Een beschikking tot subsidieverlening wordt afgegeven als de aanvraag aan alle vereisten voldoet. Op basis van deze beschikking kan door de aanvrager worden aangenomen dat, wanneer aan alle voorwaarden ook daadwerkelijk is voldaan, tot subsidievaststelling zal worden overgegaan.
Artikel 13 De wijze tot indienen en inhoud van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie
Na afgifte van de bouwvergunning dient binnen een termijn van 18 maanden, door de aanvrager een verzoek tot vaststelling van de subsidie te worden ingediend door middel van het door het college vastgestelde Gereedmeldingsformulier en de bijbehorende bijlagen. Bij latere indiening kan de beschikking tot subsidieverlening worden ingetrokken, omdat niet voldaan wordt aan de voorwaarden.
Door middel van de gereedmelding verklaart de aanvrager onder andere dat aan de diverse voor subsidie in aanmerking komende voorwaarden en verplichtingen is voldaan.