Organisatie | Hilvarenbeek |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement van orde voor de vergaderingen van de raad van de gemeente Hilvarenbeek 2011 |
Citeertitel | Reglement van Orde van de gemeenteraad van Hilvarenbeek 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Gemeentewet, artikel 16
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-02-2021 | Nieuwe regeling | 15-12-2011 Hilverbode, week 52 - 2011 | Presidium 06-12-2011 |
De raad van de gemeente Hilvarenbeek;gelezen het voorstel van het presidium na advies van Commissie De Ruiter van 6 december 2011 ;gelet op artikel 16 en andere relevante bepalingen van de Gemeentewet;b e s l u i t :vast te stellen het navolgende:Reglement van orde voor de vergaderingen van de raad van de gemeente Hilvarenbeek 2011
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In dit reglement wordt verstaan onder:a voorzitter: de voorzitter van de raad of diens vervanger;b amendement: voorstel tot wijziging van een ontwerp-verordening of ontwerpbeslissing,naar de vorm geschikt om daarin direct te worden opgenomen;c subamendement: voorstel tot wijziging van een aanhangig amendement,naar de vorm geschikt om direct te worden opgenomen in het amendement,waarop het betrekking heeft;d motie: korte en gemotiveerde verklaring over een onderwerp waardoor eenoordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken zonder dat daaraanrechtsgevolgen zijn verbonden;e voorstel van orde: voorstel betreffende de orde van de vergadering;f initiatiefvoorstel: een voorstel voor een verordening of een ander voorstel;g interpellatie: vragen van inlichtingen aan het college of de burgemeester overeen onderwerp dat niet vermeld staat op de agenda.h lid: het geïnstalleerde raadslid als bedoeld in de Gemeentewet.i hij: indien in het reglement gesproken wordt over hij of hem, dient ookgelezen te worden zij of haar.
De voorzitter is belast met:a het leiden van de vergadering;b het handhaven van de orde;c het doen naleven van het reglement van orde;d hetgeen de Gemeentewet of dit reglement hem verder opdraagt.
Hoofdstuk 2 Toelating van nieuwe leden; fracties
Artikel 5 Onderzoek geloofsbrieven; beëdiging
Bij elke benoeming van nieuwe leden van de raad stelt de raad een commissiein bestaande uit drie leden van de raad op voorstel van de voorzitter, bijgestaan door de griffier. De commissie onderzoekt de geloofsbrieven, en de overige door de Kieswet geëiste stukken van nieuw benoemde leden van de raad en de processen-verbaal van de stembureaus. Bij tussentijdse benoemingen, zal in deze commissie geen lid zitting hebben behorende tot de fractie van het nieuw benoemde lid. Tijdens het onderzoek door de commissie wordt de vergadering door de voorzitter geschorst.
De commissie brengt na haar onderzoek van de geloofsbrieven -en na heropening van de vergadering- bij monde van een door haar daartoe uit haar midden benoemde rapporteur verslag uit aan de raad en doet daarbij een voorstel voor een besluit. In het verslag wordt ook melding gemaakt van een minderheidsstandpunt, indien de leden van de commissie niet eenstemmig oordelen.
Artikel 5a Onderzoek benoembaarheid wethouders
De commissie bestaat uit drie leden van de raad en wordt bijgestaan door de griffier. In geval van een tussentijdse benoeming van (een) wethouder(s) zal in deze commissie geen raadslid zitting hebben, behorende tot de fractie waardoor de kandidaat wordt voorgedragen. Bij een compleet nieuwe collegebenoeming geldt deze eis niet.
De kandidaat wethouder legt de documenten en informatie over die nodig zijn voor de in het hiernavolgende lid door de commissie te verrichten toetsing. De kandidaat wethouder maakt bovendien alle overige door hem in dat verband relevant geachte informatie aan de commissie kenbaar. De kandidaat wethouder wordt in de gelegenheid gesteld de documenten en aangedragen informatie mondeling toe te lichten.
De commissie toetst de van de kandidaat wethouder ontvangen documenten en informatie aan de hand van in elk geval een zestal voorschriften:- de verklaring van goed gedrag;- de artikelen 35, 36a, 10 en 41a Gemeentewet (benoembaarheidsvereisten);- de artikelen 41b en 12 Gemeentewet (nevenfuncties);- artikel 36b Gemeentewet (onverenigbare functies);- de artikelen 41c, 15 en 46 Gemeentewet (onverenigbare of verboden handelingen); en- de gedragscode voor burgemeester en wethouders van de gemeente.
Indien boven de kandidatenlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie in de raad deze aanduiding als naam. Indien geen aanduiding boven de kandidatenlijst was geplaatst, deelt de fractie in de eerste vergadering van de raad aan de voorzitter mee welke naam deze fractie in de raad wil voeren.
4 a Indien:1° één of meer leden van een fractie als zelfstandige fractie gaan optreden;2° twee of meer fracties als één fractie gaan optreden;3° één of meer leden van een fractie zich aansluiten bij een andere fractie;wordt hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling gedaan aan de voorzitter.b Met de onder a beschreven veranderde situatie wordt rekening gehouden met ingang van de eerstvolgende vergadering van de raad na de mededeling daarvan.
Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen; voorbereidingen
Indien een aanvullende agenda wordt vastgesteld als bedoeld in artikel 9, tweede lid van dit reglement, worden deze agenda en de daarbij horende stukken met uitzondering van de in artikel 25, eerste en tweede lid van de Gemeentewet bedoelde stukken zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden van de raad gezonden.
Artikel 11 Ter inzage leggen van stukken
Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. De voorzitter maakt van de terinzagelegging melding in de openbare kennisgeving als bedoeld in artikel 12. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raad en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.
Artikel 12 Openbare kennisgeving
2 De openbare kennisgeving vermeldt:a de datum, aanvangstijd en plaats van de vergadering;b de wijze en tijdstippen waarop en de plaats waar een ieder de voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien;c de mogelijkheid tot het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 19;d de agendapunten van de vergadering.
Paragraaf 2 Orde der vergadering
Artikel 13 Bericht van verhindering
Een lid dat verhinderd is de vergadering bij te wonen, geeft daarvan zo mogelijk voor de aanvang van de vergadering kennis aan de voorzitter.
Onmiddellijk na de opening van de vergadering spreekt de voorzitter het openingsgebed uit dat staande door alle aanwezigen wordt aanhoord en waarvan de tekst als volgt luidt: “(Almachtige God, wij bidden U), stort Uw zegen uit over deze vergadering, verlicht en steun ons bij het volbrengen van onze werkzaamheden en geef dat zij mogen strekken tot bevordering van het welzijn van onze gemeente. (Amen).”
Nadat alle onderwerpen waarvoor de vergadering werd belegd zijn behandeld, wordt de vergadering gesloten met het uitspreken van het sluitingsgebed door de voorzitter dat door alle aanwezigen staande wordt aanhoord en waarvan de tekst als volgt luidt: “(Almachtige God), mogen de werkzaamheden door ons verricht strekken tot zegen van onze gemeente. (Amen).”
Aan het begin van elke nieuwe raadsperiode bespreekt de gemeenteraad de instandhouding van het openings- en sluitingsgebed.
Artikel 19 Spreekrecht publiek
Het woord kan niet gevoerd worden:a over een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar of beroep op de rechter open staat of heeft opengestaan;b over benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;c indien een klacht op grond van artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend;d over het agendapunt “ingekomen stukken”.
Artikel 20 Primus bij hoofdelijke stemming
Alvorens de aangekondigde onderwerpen aan de orde te stellen deelt de voorzitter mede, bij welk lid van de raad de hoofdelijke stemming zal beginnen. Daartoe wordt bij loting een volgnummer van de presentielijst aangewezen; bij het daar genoemde lid begint de hoofdelijke stemming.
De leden, de voorzitter, de wethouders, de griffier en de secretaris hebben het recht, een voorstel tot verandering aan de raad te doen, indien de besluitenlijst onjuistheden bevatten of niet duidelijk weergeven hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering dient ten minste 24 uur voor de betreffende vergadering schriftelijk bij de griffier te worden ingediend.
De besluitenlijst moeten inhouden:a de namen van de voorzitter, de griffier, de secretaris, de wethouders en de ter vergadering aanwezige leden, alsmede van de leden die met en zonder kennisgeving afwezig waren en overige personen die het woord gevoerd hebben;b een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;c het genomen besluit, inclusief aangenomen moties en amendementen;d een overzicht van het verloop van elke stemming, met vermelding bij hoofdelijke stemming van de namen van de leden die voor of tegen stemden, onder aantekening van de namen van de leden en/of fracties die zich overeenkomstig de Gemeentewet van stemming hebben onthouden;e indien over een voorstel geen stemming is gehouden, de namen van de leden en/of fracties die verklaard hebben dat zij geacht wensen te worden te hebben tegengestemd;f de tekst van de ter vergadering ingediende initiatiefvoorstellen, voorstellen van orde, moties en amendementen en subamendementen;g bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 30 door de raad is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.
Artikel 22 Ingekomen stukken en mededelingen
Bij de raad ingekomen stukken, waaronder schriftelijke mededelingen van het college aan de raad, worden op een lijst geplaatst. Deze lijst wordt aan de leden van de raad toegezonden en ter inzage gelegd en bevat de stukken, die sinds de laatstgehouden vergadering aan de raad zijn gericht of naar het oordeel van het college voor de raad van belang zijn.
Artikel 27 Handhaving orde; schorsing
Indien een spreker, zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de betreffende spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Op verzoek van een lid van de raad of op voorstel van de voorzitter kan de raad besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden van de raad de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Over agendapunten die door het presidium de status van hamerstuk hebben gekregen, wordt niet beraadslaagd, tenzij tussen de vaststelling door het presidium en de raadsvergadering zich ontwikkelingen hebben voor gedaan die het nodig maken alsnog over deze agendapunten te beraadslagen. De raad beslist terzake op voorstel van de voorzitter.
Na het sluiten van de beraadslaging en voordat de raad tot stemming overgaat, heeft ieder lid het recht zijn uit te brengen stem kort te motiveren.
Paragraaf 3 Procedures bij stemmingen
Artikel 33 Hoofdelijke stemming
Heeft een lid zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, dan kan hij deze vergissing nog herstellen voordat het volgende lid gestemd heeft. Bemerkt het lid zijn vergissing pas later, dan kan hij nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening vragen dat hij zich heeft vergist; in de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.
Artikel 35 Stemming over personen
De voorzitter onderzoekt of het aantal ingeleverde stembriefjes gelijk is aan het aantal leden dat ingevolge het tweede lid verplicht is een stembriefje in te leveren. Wanneer de aantallen niet gelijk zijn worden de stembriefjes vernietigd zonder deze te openen en wordt een nieuwe stemming gehouden.
Voor het bepalen van de volstrekte meerderheid als bedoeld in artikel 30 van de Gemeentewet worden geacht geen stem te hebben uitgebracht die leden die geen behoorlijk stembriefje hebben ingeleverd. Onder een niet behoorlijk ingevuld stembriefje wordt verstaan:a een blanco ingevuld stembriefje;b een ondertekend stembriefje;c een stembriefje waarop meer dan één naam is vermeld, tenzij de stemming verschillende vacatures betreft;d een stembriefje waarbij, indien het een benoeming op voordracht betreft, op een persoon wordt gestemd die niet is voorgedragen;e een stembriefje waarbij op een andere persoon wordt gestemd dan die waartoe de stemming is beperkt.
Artikel 36 Herstemming over personen
Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede vrije stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.
Ieder lid van de raad kan tot het sluiten van de beraadslagingen amendementen indienen. Een amendement kan het voorstel inhouden om een geagendeerd voorstel in één of meer onderdelen te splitsen, waarover afzonderlijke besluitvorming zal plaatsvinden. Alleen beraadslaagd kan worden over amendementen die ingediend zijn door leden van de raad, die de presentielijst getekend hebben en in de vergadering aanwezig zijn.
Artikel 42 Recht van onderzoek
Overeenkomstig het bepaalde in de Gemeentewet kan de raad op voorstel van een of meer van zijn leden besluiten om een onderzoek in te stellen naar het door het college of door de burgemeester gevoerde bestuur.
Als een lid van de raad over een onderwerp dat vreemd is aan de orde van de dag en dat betrekking heeft op het door het college of de burgemeester gevoerde bestuur van de gemeente inlichtingen verlangt van het college of van een of meer afzonderlijke leden daarvan, dan wel van de burgemeester, heeft hij voor het vragen van die inlichtingen toestemming van de raad nodig.
Artikel 44 Schriftelijke vragen
De voorzitter zendt de tekst van de vragen onverwijld aan de leden van de raad. Insgelijks wordt gehandeld met betrekking tot de beantwoording van de vragen. Vragen en antwoorden worden geagendeerd bij het agendapunt “Ingekomen stukken” van de eerstvolgende vergadering van de raad, waar zij onderwerp van beraadslaging kunnen uitmaken.
Aan het begin van de raadsvergadering is er van 19.30 uur tot 20.00 uur een vragenuur, tenzij er bij de voorzitter geen vragen zijn ingediend. In bijzondere gevallen kan het presidium bepalen dat het vragenuur op een ander tijdstip wordt gehouden. De voorzitter bepaalt op welk tijdstip het vragenuur eindigt.
Het lid van de raad dat tijdens het vragenuur vragen wil stellen, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp ten minste 24 uur voor aanvang van het vragenuur bij de voorzitter. De voorzitter kan weigeren een onderwerp tijdens het vragenuur aan de orde te stellen indien hij van oordeel is dat:a. het onderwerp niet voldoende nauwkeurig is aangegeven;b. de vraag gaat over een onderwerp waarover het college of de raadscommissie binnen afzienbare tijd een voorstel of een advies zal uitbrengen;c. sprake is van een vraag over een zaak die nog onder de rechter is;d. sprake is van een vraag over een zaak of verzoek om informatie, die op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur niet openbaar is.
Hoofdstuk 6 Lidmaatschap van andere organisaties
Artikel 49 Verslag; verantwoording
Een lid van de raad, een wethouder, de burgemeester of de secretaris, die door de gemeenteraad is aangewezen tot lid van het algemeen bestuur van een openbaar lichaam of van een ander gemeenschappelijk orgaan, ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, heeft het recht (om in aansluiting op de behandeling van de lijst van ingekomen stukken òf voor hetsluiten van de vergadering) verslag te doen over zaken die in het algemeen bestuur als bedoeld aan de orde zijn. Door de raad gewenste bespreking van dit verslag kan de voorzitter verwijzen naar de desbetreffende commissie.
Wanneer een lid van de raad een persoon als bedoeld in het eerste lid ter verantwoording wenst te roepen over zijn wijze van functioneren als zodanig, besluit de raad over het toestaan daarvan. De regels voor het vragen van inlichtingen, vastgesteld in artikel 46, zijn van overeenkomstige toepassing.
Hoofdstuk 7 Besloten vergadering
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voorzover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raad overeenkomstig artikel 25, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raad kan besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 53 Opheffing geheimhouding
Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, artikel 55, tweede en derde lid, of artikel 86, tweede en derde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt, indien daarom wordt verzocht door het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd, in een besloten vergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.
Hoofdstuk 8 Toehoorders en pers
Artikel 55 Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens de raadsvergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken hebben hiervoor de voorafgaande toestemming van de voorzitter nodig en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.
Artikel 56 Verbod gebruik mobiele telefoons
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het standby houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering, zonder toestemming van de voorzitter, niet toegestaan.