Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Mill en Sint Hubert

Fonds Sociaal Verkeer

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMill en Sint Hubert
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingFonds Sociaal Verkeer
CiteertitelFonds Sociaal Verkeer
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De regeling is per 1 maart 2012 ingetrokken en vervangen door de Verordening Reductieregeling gemeente Mill en Sint Hubert 2012

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200001-03-2012Onbekend

16-12-1999

De Koerier

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Fonds Sociaal Verkeer

 

 

 

Fonds Sociaal Verkeer

Aard van de tegemoetkominq

 

Artikel 1.

A. Burgemeester en wethouders kunnen een geldelijke tegemoetkoming in de kosten van deelname aan aktiviteiten van welzijns- en particuliere instellingen toekennen.

B. De tegemoetkoming kan worden verstrekt indien de aanvrager en/of diens partner gezien de financiële draagkracht en de betalingscapaciteit in redelijkheid niet in staat kan worden geacht zichzelf en/of diens kinderen die hij/zij verzorgt — maatschappelijk gezien — in voldoende mate deel te kunnen laten nemen aan aktiviteiten van welzijns- en particuliere instellingen. Voorwaarden hierbij is dat de betrokkene gedurende één jaar van een inkomen op of nabij het bestaansminimum heeft moeten leven en dat deze situatie op het moment van de aanvrage nog voortduurt. In individuele situaties kan van deze voorwaarde worden afgeweken.

C. Aan de beschrijving/benoeming van ‘aktiviteiten van welzijns- en particuliere instellingen”, bedoeld onder A van dit artikel, wordt een dusdanige ruime inhoud gegeven, dat bij het verstrekken van een tegemoetkoming is voldaan aan de feitelijke doelstelling van het “Fonds Sociaal Verkeer”: Het voorkomen dan wel doorbreken van een sociaal isolement van de aanvrager genoemd in artikel 4 van deze regeling.

 

Artikel 2.

A. Onder in artikel 1 bedoelde kosten van deelname worden verstaan de in een kalenderjaar daadwerkelijk door leden of deelnemers aan een instelling verschuldigde kontributies en/of bijdragen, die naar het oordeel van burgemeester en wethouders het karakter hebben van een verplichte tegenprestatie voor het kunnen deelnemen aan de primaire aktiviteiten van de instelling gedurende een periode van een kalenderjaar.

Onder welzijnsaktiviteiten wordt o.a. verstaan:

-kontributies van verenigingen;

-bijdragen in cursusgelden;

-abonnementen en seizoenskaarten;

-abonnementen van particuliere instellingen met een rekreatief karakter;

-eenmalige aktiviteiten,

-aktiviteiten speciaal voor 65+ers:

1. luister en kijkgeld;

2. abonnement voor de telefoon;

3. abonnement voor de krant. B. In kontributies en/of bijdragen, afhankelijk van de inkomenspositie van aanvrager vastgesteld, wordt niet tegemoetgekomen.

 

Artikel 3.

A. De in artikel 2 bedoelde tegemoetkoming bedraagt een volgens artikel 8 bepaald bedrag.

B. Per persoon kan een tegemoetkoming worden gevraagd in de deelnamekosten van aktiviteiten van welzijns- en particuliere instellingen, werkzaam op het gebied van kunst, kulturele volksontwikkeling, edukatie, sport, rekreatie en maatschappelijk welzijn.

C Burgemeester en wethouders beslissen over de in aanmerking te nemen aktiviteit.

 

De aanvraqer

 

Artikel 4.

A.De tegemoetkoming kan worden aangevraagd door de ingezetenen van de gemeente Mill en St. Hubert die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt en niet ten laste komt van zijn/haar ouder(s) en door ingezetenen van de gemeente Miii en St. Hubert die de leeftijd van 21 jaar heeft bereikt.

B. De aanvrager kan voor zichzelf, zijn partner en de tot zijn/haar huishouden behorende minderjarige en te zijner/harer laste komende meerderjarige kinderen tot 21 jaar een tegemoetkoming aanvragen

 

Artikel 5.

A. Een aanvraag voor een tegemoetkoming dient bij burgemeester en wethouders te worden ingediend.

B. De aanvraag geschiedt schriftelijk middels een daartoe ontwikkeld aanvraagformulier vergezeld van de gevraagde inlichtingen en bescheiden. C. De aanvrage wordt ingediend gedurende het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

D. De beslissing op een aanvrage wordt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen 4 weken genomen en aan de aanvrager medegedeeld met vermelding van het rechtsmiddel dat krachtens de Algemene Wet Bestuursrecht openstaat.

 

De verstrekking van de tegemoetkoming

 

Artikel 6.

A. De tegemoetkoming wordt toegekend voor de periode van één kalenderjaar.

B. Een tegemoetkoming voor een volgend kalenderjaar dient opnieuw te worden aangevraagd.

 

Artikel 7.

De tegemoetkoming wordt verstrekt onder de voorwaarde dat deze wordt gebruikt voor het doel waarvoor deze is gegeven.

 

Artikel 8.

A. De tegemoetkoming in de deelnamekosten van een aktiviteit, als bedoeld in artikel 3 onder B, bedraagt 100% van de verschuidigde kontributie of bijdrage aan de instelling met een maximum van f 267,75 per persoon, voor 2000. Dit bedrag dient jaarlijks te worden aangepast aan de prijsindexering.

 

B Voor de berekening van de tegemoetkoming worden de inkomsten van de aanvrager getoetst aan de voor betrokkene geldende uitkeringsnorm(basisnorm en gemeentelijke toeslag) verhoogd met 10%. Indien de inkomsten hoger zijn dan de voor de aanvrager geldende uitkeringsnorm (basisnorm en gemeentelijke toeslag) heeft men geen recht op een tegemoetkoming op grond van het “Fonds Sociaal Verkeer”.

C. De onder B van dit artikel vastgestelde tegemoetkoming wordt verhoogd met een percentage van 25 indien daadwerkelijk op grond van de deelname aan een aktiviteit extra kosten aanwezig zijn.

D. De hoogte van het bescheiden vermogen is gelijk aan het bescheiden vermogen ingevolge de Algemene Bijstandwet met dien verstande dat: indien vermogen zit in onroerend goed, dan blijft dit gedeelte van het vermogen buiten beschouwing. In deze situatie wordt enkel rekening rekening gehouden met het aanwezige spaarvermogen.

E. Niet als inkomen wordt aangemerkt het bedrag dat op grond van de vrijlatingsbepalingen binnen de Abw niet op de uitkering wordt gekort.

 

Artikel 9.

De tegemoetkoming kan niet worden verstrekt indien de aanvrager en/of degene ten behoeve van wie de tegemoetkoming wordt gevraagd niet daadwerkelijk woonachtig is in de gemeente MilI en St. Hubert.

 

Artikel 10.

A. De betaling van de tegemoetkoming geschiedt zo spoedig mogelijk nadat het besluit daartoe is genomen. Mits aan de gestelde voorwaarden is voldaan.

B. Betaling geschiedt middels overschrijving op het door de aanvrager opgegeven bank- gironummer.

 

Bezwaarschrift

 

Artikel 11.

A. De aanvrager of diens partner kan binnen zes weken na de datum van verzending van de beschikking een bezwaarschrift indienen bij burgemeester en wethouders.

B. Burgemeester en wethouders beschikken zo mogelijk binnen zes weken op een bezwaarschrift krachtens het eerste lid.

 

Terugvordering

Artikel 12.

Van de aanvrager kan worden teruggevorderd:

a. de kosten van de tegemoetkoming, verleend op grond van zijnerzijds/harerzijds verstrekte onjuiste en onvolledige inlichtingen,

b. de kosten van de tegemoetkoming, indien niet of niet geheel is voldaan aan de gestelde voorwaarden;

c. de kosten van de tegemoetkoming, indien en voor zover de aanvrager wist of had behoren te weten dat hem/haar ten onrechte of een te hoog bedrag aan tegemoetkoming werd verstrekt;

d. de kosten van de tegemoetkoming, indien en voor zover burgermeester en wethouders oordelen dat de tegemoetkoming in redelijkheid, gelet op het doel en de strekking van deze regeling, niet had kunnen worden verstrekt.

 

Overige bepalingen

 

Artikel 13.

A. Burgemeester en wethouders beslissen in gevallen waarin deze regeling niet voorziet.

B. Zij kunnen in gevallen, waarin cie omstandigheden daartoe naar hun oordeel aanleiding geven, één of meer bepalingen in deze regeling niet van toepassing verklaren.

 

Artikel 14.

A. De regeling kan worden aangehaald als “Fonds Sociaal Verkeer Gemeente Mill en St. Hubert”, en treedt in werking op 1 januari 2000.

 

 

Aldus besloten door raad van de gemeente Mill en Sint Hubert in zijn openbare vergadering van 16 december 1999.

 

OVERZICHT AANPASSINGEN IN REGELING

Artikel 8a: De tegemoetkoming in de deelnamekosten van een aktiviteit bedoeld in artikel 3 onder B, bedraagt 100% van de verschuldigde kontributie of bijdrage aan de instelling met een maximum van f 267,75 voor 2000. Dit bedrag dient jaarlijks te worden aangepast aan de prijsindexering.

Artikel 13 komt te vervallen en artikel 14 wordt hierdoor 13 en artikel 15 wordt artikel 14.

Artikel 14: De naam “Declaratiefonds Gemeente Milll en St. Hubert” wordt gewijzigd in de naam “Fonds Sociaal Verkeer.”