Organisatie | Wijk bij Duurstede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2009 |
Citeertitel | Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | ambtelijke bijstand |
Geen
Wijkse Courant en website op woensdag 11 maart 2009
Artikel 33 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2009 | 01-03-2020 | Vervalt de “Verordening op de ambtelijke bijstand en fractieondersteuning" vastgesteld bij raadsbesluit van 25 maart 2003. | 03-03-2009 Onbekend | Onbekend |
Paragraaf 1 Ambtelijke bijstand
1Een ambtenaar verleent op verzoek van de gemeentesecretaris ambtelijke bijstand tenzij:
a) het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de
b) dit het belang van de gemeente kan schaden
c) het raadslid reeds volledig gebruik heeft gemaakt van het hem op grond van artikel 6
beschikbaar gestelde aantal uren ambtelijke bijstand.
2De gemeentesecretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid
3 Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de gemeente-secretaris dit gemotiveerd mee aan de griffier én aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.
Wanneer een verzoek om bijstand als bedoeld in artikel 3 is geweigerd, kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist binnen veertien dagen nadat de kwestie aan hem is voorgelegd, of de weigering ongedaan is gemaakt dan wel in stand blijft.
1 Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet hij
hiervan mededeling aan de griffier die vervolgens de gemeentesecretaris informeert.
2 Indien overleg niet de gemeentesecretaris niet leidt tot een voor beide partijen
bevredigende oplossing. leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist binnen veertien dagen over de zaak.
a welk raadslid om bijstand heeft verzocht;
c over welk onderwerp om bijstand is verzocht;
d welke ambtena(a)r(en) de bijstand heeft (hebben) verleend;
e hoeveel tijd het verlenen van de bijstand heeft gekost;
f aan welk product de ingezette tijd moet worden toegeschreven;
g hoeveel uren/keren per raadslid nog beschikbaar zijn.
Het register bestaat uit een openbaar en een niet-openbaar gedeelte.
3 Het register als bedoeld in lid 2 is te allen tijde toegankelijk voor de gemeentesecretaris en
de griffier. Desgevraagd is het openbare gedeelte van het register toegankelijk voor raadsleden, collegeleden, steunfractieleden en fractieassistenten.
4 Indien een fractie daarmee instemt, is het een raadslid toegestaan zijn recht op ambtelijke bijstand (gedeeltelijk) over te dragen aan een raadslid van zijn eigen of een andere fractie wanneer daarom is verzocht.
5 Het raadslid dat met gebruikmaking van het onder lid 4 gestelde een verzoek indient. geeft daarin tevens door welk raadslid het recht op ambtelijke bijstand aan hem heeft overgedragen en om welk aantal uren het gaat.
1 De gemeentesecretaris stelt het lid van het college, onder wiens verantwoordelijkheid het onderwerp valt waaromtrent ambtelijke bijstand is gevraagd, op de hoogte van het verlenen van de gevraagde bijstand, door het verstrekken van een fotokopie van het verzoek, tenzij artikel 8 van toepassing is.
2 Wanneer het college of een lid daarvan nadere informatie wenst over een verzoek om ambtelijke bijstand wenden zij zich rechtstreeks tot het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.
3Wanneer het college of een lid daarvan nader geïnformeerd wil worden over de
totstandkoming van een gegeven advies, wenden zij zich tot de gemeentesecretaris, die bepaalt of de nadere informatie wordt verstrekt.
1 Een raadslid kan gemotiveerd aangeven dat een verzoek om ambtelijke bijstand en/of de inhoud van het gegeven advies geheim moet worden gehouden.
2 Een dergelijk verzoek wordt wel in het register bedoeld in artikel 6, lid 2 ingeschreven.
3 Op zo’n verzoek en/of het advies wordt het woord "geheim" aangetekend.
De artikelen 3 tot en met 8 zijn van overeenkomstige toepassing voor de
steunfractieleden, met dien verstande dat in artikel 4 voor "betrokken raadslid" moet
worden gelezen "betrokken steunfractielid", voor "raadslid" in de artikelen 5 en 6 moet
worden gelezen "steunfractielid en in artikel 8 de woorden "raadslid" en "betrokken
raadslid" moeten worden gelezen als "steunfractielid" en "betrokken steunfractielid".
fractie die op verzoek van een fractie ondersteuning verleent aan de fractieleden en waarvan de namen voorkomen op de kandidatenlijsten van de laatst gehouden raadsverkiezing.
3 De namen van de desbetreffende personen moeten in principe aan het begin van een
3 nieuwe raadsperiode –door tussenkomst van de griffier- bekend gemaakt worden.
Paragraaf 2 Fractieondersteuning
1 De fracties zoals bedoeld in artikel van het Reglement van orde en andere werkzaamheden van de raad, ontvangen jaarlijks een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie.
2 Deze bijdrage bestaat uit een vast deel van € 600 voor elke fractie. Daarnaast ontvangt elke fractie een bedrag van € 80 per raadszetel, met dien verstande dat wanneer de fractie uit één persoon bestaat de bijdrage € 120 bedraagt.
3 Per 1 januari van elk jaar wordt de hoogte van de bijdragen herzien aan de hand van de consumentenprijsindex, geldend voor de maand september van het voorafgaande jaar.
1 Fracties benutten de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.
2 De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:
a uitgaven die in strijd zijn niet wettelijke bepalingen en
b betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespeficeerde. reële declaratie:
d uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het
3 De bijdrage wordt, indien lid 2 van toepassing is, afgestemd op het aantal leden van de fractie vóór en na de verkiezing.
4 Bij splitsing in een fractie wordt de bijdrage opnieuw vastgesteld en wordt zo nodig een al verstrekte bijdrage verrekend.
1 Elke fractie legt binnen drie maanden na het einde van een kalenderjaar, aan de gemeenteraad verantwoording af over de besteding van de bijdrage voor fractieondersteuning, onder overlegging van een verslag. Het is een fractie toegestaan het in enig jaar niet gebruikte deel van een bijdrage te reserveren tot een maximum van 30% van de bijdrage van het voorgaande kalenderjaar.
2 De totale reservering mag ten hoogste tweemaal het bedrag zijn waarop de fractie conform het in het artikel 11, eerste lid genoemde bijdrage, recht kan doen gelden.
3 In het in het eerste lid genoemd verslag wordt de reservering vermeld en wordt aangegeven waaraan het gereserveerde bedrag wordt of zal worden besteed.
4 Indien ten gevolge van een splitsing binnen een fractie de samenstelling van een fractie verandert, heeft die verandering geen gevolgen voor de reservering die in (een) voorgaand(e) 4 jaar/jaren door de fractie in z'n oude samenstelling is opgebouwd en blijft die reservering toekomen aan langst bestaande fractie.
Bij interpretatiegeschillen over het in deze verordening bepaalde wordt het geschil aan de burgemeester voorgelegd en is diens beslissing; gehoord de betrokken partijen, bindend.