Overheidsorganisatie | Gemeente Roermond |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrecht |
Citeertitel | Verordening reinigingsheffing 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt de Verordening reinigingsheffingen 2011, zoals vastgesteld op 11 november 2010.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-12-2011 | 01-01-2013 | nieuwe regeling | 10-11-2011 Trompetter, 20-12-2011 | 2011/055/1 |
DE RAAD VAN DE GEMEENTE ROERMOND,
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 september 2011,
raadsvoorstelnummer 2011/055/1;
gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
besluit :
vast te stellen de “verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrecht”
(verordening reinigingsheffingen 2012)
Krachtens deze verordening worden geheven:
een afvalstoffenheffing;
reinigingsrecht.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
·‘gebruik maken’ in hoofdstuk II Afvalstoffenheffing: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet Milieubeheer;
1. Onder de naam "afvalstoffenheffing" wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.
2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene, die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en tarieven, zoals opgenomen in hoofdstuk I en III van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
1. De belasting, bedoeld in hoofdstuk I, artikelen 1.1 tot en met 1.6, van de tarieventabel, wordt geheven bij wege van aanslag.
2. De belasting, bedoeld in hoofdstuk I, artikelen 1.8 en 1.9 en in hoofdstuk III van de tarieventabel, wordt geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat voor de belasting aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden
overblijven.
4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt.
In afwijking van het gestelde in artikel 7 is de belasting, bedoeld in hoofdstuk I artikelen 1.8 en 1.9 en in hoofdstuk III van de tarieventabel, verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening.
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in vier gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens twee maanden later.
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt dat, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen.
De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
3. De op grond van hoofdstuk III van de tarieventabel, geheven rechten moeten worden betaald:
ingeval van uitreiking van de kennisgeving:
op het tijdstip van uitreiking;
ingeval van toezending van de kennisgeving:
binnen veertien dagen na de dagtekening.
4. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijn.
Onder de naam "reinigingsrecht" wordt een recht geheven voor het periodiek verwijderen van bedrijfsafval van beperkte omvang of hoeveelheid (maximaal 480 liter).
Het recht wordt geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht.
Het recht wordt geheven naar de maatstaf en tarieven, opgenomen in hoofdstuk II van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Met betrekking tot het recht dat per jaar wordt geheven, zoals genoemd in hoofdstuk II, artikelen 2.1 en 2.2, is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
Het recht, bedoeld in hoofdstuk II van de tarieventabel, wordt geheven bij wege van aanslag met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.
Het recht, bedoeld in hoofdstuk II van de tarieventabel, is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt is het recht verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde recht als in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als in dat jaar, aan het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden
overblijven.
Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist.
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in vier gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de
volgende termijnen telkens twee maanden later.
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt dat, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen.
De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
3. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijn.
1. Bij de invordering van afvalstoffenheffingis kwijtschelding mogelijk.
2. Bij de invordering van reinigingsrecht wordt geen kwijtschelding verleend.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
1. De "Verordening reinigingsheffingen 2011" van 11 november 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.
4. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening reinigingsheffingen 2012".
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2011.
De griffier, De voorzitter,
J.Vervuurt H.M.J.M. van Beers
Bijlage bij de Verordening op de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing en reinigingsheffingen 2012
Tarieventabel:
Algemeen
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Hoofdstuk I. Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing
De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:
voor het in bruikleen hebben van een 1e duobak € 207,96
voor het in bruikleen hebben van een 2e duobak € 183,96
voor een extra, tweede emmer van 25 liter bestemd voor gft-afval gratis
voor elke volgende emmer van 25 liter bestemd voor gft-afval € 31,44
voor een extra, tweede emmer van 40 liter, bestemd voor restafval, gratis
voor elke volgende emmer van 40 liter bestemd voor restafval, € 55,92
In afwijking van het bepaalde in lid 1.4 en in lid 1.6 kan, op schriftelijk verzoek bij percelen waarbij op ruimtelijke dan wel fysieke gronden geen duobak ter beschikking kan worden gesteld, gratis een 3e gft- en/of restafvalemmer ter beschikking worden gesteld.
Aan huis ophalen van grof huishoudelijk afval:
per aanbieding tot en met 3 m³, per m³ of gedeelte daarvan | voor elke m³ of een gedeelte daarvan, meer dan 3 m³ | |
meubilair en gebruiksvoorwerpen | € 10,- | € 25,- |
grof tuinafval | € 7,50 per aanbieding |
1.9 Overige tarieven:
1e keer | elke volgende keer | |
op aanvraag omwisselen van de duobak, voor emmers, dan wel emmers voor duobak | gratis | € 15,- per keer |
verstrekken van een nieuwe milieupas* | € 15,- per keer | |
verstrekken van een nieuwe duobak / emmers* | € 70,- per keer |
*Vorenstaand tarief geldt uitsluitend in geval van vermissing, beschadiging of vernietiging
van het vorige inzamelmiddel / milieupas, indien dit te wijten is aan onzorgvuldig handelen
van de gebruiker.
Hoofdstuk II. Maatstaf en tarieven reinigingsrecht
Het recht bedraagt per belastingjaar:
voor het in bruikleen hebben van een 240 liter container € 355,92
voor het in bruikleen hebben van een tweede 240 liter container € 355,92
Hoofdstuk III. Tarieven milieupark
1e t/m 3e aanbieding | elke volgende aanbieding | |
grof huishoudelijk afval | gratis | € 7,- |
ongesorteerd grof huishoudelijk afval | € 25,- per m³ of een gedeelte daarvan | |
huishoudelijk restafval | € 25,- per m³ of een gedeelte daarvan | |
afval in ondoorzichtige zakken | € 25,- per m³ of een gedeelte daarvan | |
grof tuinafval | Gratis |
-Onder grof huishoudelijk afval wordt verstaan:
schoon puin (betonpuin, steenpuin en dakpannen), vuil puin (ongesorteerd bouw- en
sloopafval), hout, zand en /of grond, autobanden en grof huishoudelijk restafval.
-Onder huishoudelijk restafval wordt verstaan:
afval dat eigenlijk in het restafval-vak van de duobak thuishoort.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2011.
De griffier, J.Vervuurt | De voorzitter, H.M.J.M. van Beers |