Organisatie | Roermond |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten |
Citeertitel | Verordening lijkbezorgingsrechten 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt de Verordening lijkbezorgingsrechten 2011, zoals vastgesteld op 11 november 2010.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2013 | 01-01-2013 | intrekking | 08-11-2012 Trompetter, 20-11-2012 | 2012/067/1 | |
28-12-2011 | 01-01-2013 | nieuwe regeling | 10-11-2011 Trompetter, 20-12-2011 | 2011/055/1 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
begraafplaats: de gemeentelijke begraafplaatsen "Tussen de Bergen", "nabij Kapel in 't Zand", “Brummeberg"en "Herten";
eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor door het college van burgemeester en wethouders aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon een grafvergunning is verleend houdende het uitsluitend recht voor onbepaalde tijd tot:
huurgraf: een graf, waarvoor door het college van burgemeester en wethouders aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon een grafvergunning is verleend houdende het uitsluitend recht voor 20 jaren tot:
en dat tegen betaling van een bepaald recht opnieuw kan worden ingehuurd voor een periode van 10 jaren telkens wanneer het aan de beurt komt om te worden geruimd;
huurgraf voor urnen: een urnennis of een urnenbewaarplaats in de urnentuin, waarvoor door het college van burgemeester en wethouders aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon een grafvergunning is verleend houdende het uitsluitend recht voor 20 jaren tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen en dat tegen betaling van een bepaald recht opnieuw kan worden ingehuurd voor een periode van 10 jaren telkens wanneer het aan de beurt komt om te worden geruimd;
urnennis: een nis in een urnenmuur (columbarium) op een daartoe door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gedeelte van een begraafplaats alwaar asbussen kunnen worden geplaatst;
asbus: een bus ter berging van as van een overledene;
urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;
kindergraf: een graf voor het begraven van een lijk van een persoon beneden 13 jaar;
grafbedekking: een gedenkteken en / of beplanting op een graf;
de ambtenaar: de ambtenaar van de burgerlijke stand belast met het administratief beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen;
de beheerder: de ambtenaar die belast is met het dagelijkse beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen of diens vervanger;
rechthebbende: de houder van een grafvergunning.
De in dit artikel genoemde termijnen voor onbepaalde tijd en voor 20 jaren beginnen te lopen op de datum waarop het graf is uitgegeven, zijnde de datum van begraven van de eerstbegravene.
Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voor zover van belang, onder eigen graf mede verstaan: eigen graf voor urnen, en onder huurgraf: huurgraf voor urnen.
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt
verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in artikel 5 lid 2 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in artikel 5 lid 2 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 5 lid 2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.
Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel
In afwijking van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de lijkbezorgingsrechten in die periode plaatsvindt.
Bijlage bij de verordening op de heffing en invordering van de lijkbezorgingsrechten 2012
1.1Voor het verlenen van het uitsluitend recht tot het doen begraven en begraven houden wordt geheven:
voor het gedurende een tijdvak van 20 achtereenvolgende jaren in gebruik nemen van:
1.1.1 een huurgraf -niet zijnde een kindergraf- € 1.288,-
1.1.2 een huurgraf inclusief het voor vak A + B voorgeschreven grafteken op de begraafplaats Brummeberg € 2.147,-
1.1.4 een kindergraf inclusief het voor vak C voorgeschreven grafteken op de begraafplaats Brummeberg € 1.161,-
voor het voor onbepaalde tijd in gebruik nemen van:
1.1.5 een eigen graf of een grafkelder - niet zijnde kindergraf - € 5.035,-
1.1.6 een eigen graf inclusief het voor vak A + B voorgeschreven grafteken op de begraafplaats Brummeberg € 5.791,-
1.1.7 een eigen graf - niet zijnde kindergraf, zijnde twee naast elkaar gelegen graven, bestemd voor het begraven van twee of meer stoffelijke overschotten, op het daarvoor op de begraafplaats bestemde gedeelte € 11.378,-
1.1.8 een kindergraf € 1.963,-
1.1.9 een kindergraf inclusief het voor vak C voorgeschreven grafteken op de begraafplaats Brummeberg € 2.478,-
De hiervoor genoemde bedragen worden verhoogd met de werkelijke kosten, tot een maximum van € 1.500 indien door het college van burgemeester en wethouders wordt toegestaan een graf in gebruik te nemen in afwijking van de volgorde, zoals die voor de uitgifte van grafruimten is bepaald.
1.2.Voor het verlenen van het uitsluitend recht tot het doen bijzetten en bijgezet houden van een asbus wordt geheven:
voor het gedurende een tijdvak van 20 achtereenvolgende jaren in gebruik nemen van:
voor het voor onbepaalde tijd in gebruik nemen van:
De hiervoor genoemde bedragen worden verhoogd met de werkelijke kosten, tot een maximum van € 1.500 indien door het college van burgemeester en wethouders wordt toegestaan een graf in gebruik te nemen in afwijking van de volgorde, zoals die voor de uitgifte van grafruimten is bepaald.
2.1 Voor het begraven van een lijk van een persoon van
13 jaar of ouder wordt geheven € 421,-
2.2 Voor het begraven van een lijk van een kind beneden
in hoofdstuk 2 genoemde bedragen verhoogd met € 179,-
De in dit hoofdstuk vermelde rechten worden verhoogd, indien de begrafenis of bijzetting plaats heeft:
Hoofdstuk III Bijzetten van asbussen en urnen
3.1.Voor het bijzetten van een asbus van een persoon
Voor het bijzetten van een asbus van een kind
Voor het bijzetten van een asbus van een kind
De in dit lid vermelde rechten worden slechts één maal geheven indien meerdere asbussen gelijktijdig in hetzelfde urnengraf worden bijgezet.
De in dit lid vermelde rechten worden verhoogd, indien de begrafenis of bijzetting plaats heeft:
belanghebbende wordt geheven € 348,-
4.5Voor het lichten van een lijk na afloop van een termijn van 20 jaren of meer in verband met herbegraven of het schudden van een graf € 108,-
Indien het lichten plaats heeft binnen twee jaar na overlijden worden de hierboven vermelde bedragen met 50% verhoogd.
Hoofdstuk V Grafbedekking en onderhoud
5.1 Voor het afgeven van een vergunning voor het plaatsen of vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in artikel 19 van de "Verordening op de gemeentelijke begraafplaatsen en op het begraven in de gemeente Roermond 1992" wordt geheven
voor een graf, zoals hiervoor vermeld onder
hoofdstuk 1 sub 1.1.1 en 1.1.5 € 295,-
hoofdstuk 1 sub 1.2.1 en 1.2.3 € 206,-
voor een kindergraf, zoals hiervoor vermeld onder
hoofdstuk 1, sub 1.1.3 en 1.1.8 € 145,-
5.2 Het onderhoud van graven, waaronder niet is begrepen het herstellen of vernieuwen van de grafbedekking
per graf, niet zijnde een kindergraf hiervoor vermeld onder hoofdstuk 1 sub 1.1.1, 1.1.2, 1.1.5 en 1.1.6 | |||
per graf, niet zijnde een kindergraf | |||
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2011.