Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sliedrecht

Verordening commissie bezwaarschriften Sliedrecht 2006

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSliedrecht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening commissie bezwaarschriften Sliedrecht 2006
CiteertitelVerordening commissie bezwaarschriften Sliedrecht 2006
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht, hoofdstuk 7

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-05-200628-10-2013Nieuwe regeling

15-05-2006

Het Kompas 25 mei 2006

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening commissie bezwaarschriften Sliedrecht 2006

 

 

 

Versie geldig vanaf 15 mei 2006

Verordening commissie bezwaarschriften Sliedrecht 2006

Verantwoordelijke afdeling

Bestuurszaken en Veiligheid. telefoon (0184) 495827

De getoonde verordeningen zijn een weergave van de actuele situatie. Voor historische informatie hiervan kunt u contact opnemen met de afdeling FZ, telefoon (0184) 495 980 of e-mail: gemeente@sliedrecht.nl.

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Sliedrecht;

ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;

gezien het voorstel van het college;

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet;

b e s l u i t.e n :

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening commissie bezwaarschriften Sliedrecht 2006

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften.

  • c.

    Awb: wet van 4 juni 1992 (Stbl. 1992, 315) houdende algemene regels van bestuursrecht (Algemene wet bestuursrecht)

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1.

    Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2.

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten:

    • a.

      op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      inzake de rechtspositie van de medewerker in dienst van de gemeente Sliedrecht (inbegrepen het onderwijzend personeel) en waartegen op grond van die wet voor de betrokken medewerker bezwaar en beroep openstaat.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.

  • 2.

    De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3.

    Het college benoemt ten minste een plaatsvervangend lid.

  • 4.

    De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

  • 5.

    De voorzitter, de leden en het plaatsvervangend lid kunnen geen deel uitmaken van, of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een gemeentelijk bestuursorgaan.

Artikel 4 Secretaris

  • 1.

    De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2.

    Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1.

    De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een periode van vier jaar.

  • 2.

    Zij kunnen worden herbenoemd, met dien verstande dat de totale zittingsduur niet langer mag zijn dan twaalf jaar.

  • 3.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 4.

    De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

  • 5.

    De burgemeester, het college en de raad gezamenlijk kunnen besluiten een lid van de commissie vóór het aflopen van de termijn als bedoeld in lid 1 en 2 van dit artikel ontslag te verlenen als het betreffende lid niet naar behoren functioneert. Voordat het besluit genomen wordt, wordt het betreffende lid in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze te geven op het voornemen tot het verlenen van ontslag.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1.

    Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2.

    Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid;

  • b.

    artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;

  • c.

    artikel 6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • d.

    artikel 7:4, tweede en vierde lid;

  • e.

    artikel 7:6, tweede en vierde lid.

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1.

    De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2.

    De voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1.

    De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2.

    De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

Artikel 10 Uitnodiging zitting

  • 1.

    De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2.

    Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3.

    De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4.

    De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 11 Quorum

  • 1.

    Voor het houden van een hoorzitting is vereist dat de voorzitter en ten minste één lid aanwezig is.

  • 2.

    In door de commissie te bepalen gevallen en indien onverwijlde spoed dit vereist, het horen geschieden door de voorzitter.

Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding zijn.

Artikel 13 Openbaarheid zitting

  • 1.

    De hoorzitting van de commissie is openbaar.

  • 2.

    De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3.

    Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de hoorzitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging

  • 1.

    Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2.

    Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3.

    Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4.

    Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5.

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2.

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3.

    De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo'n verzoek.

  • 4.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1.

    De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

    • a.

      De beslissing van de commissie wordt genomen door de voorzitter en twee leden. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

    • b.

      Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 2.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 3.

    Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17 Uitbrengen advies en verdaging

  • 1.

    Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2.

    Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.

Artikel 18 Vergoeding

Het college stelt de vergoeding van de commissieleden en de voorzitter vast.

Artikel 19 Intrekking oude regeling

De Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften 2000 wordt ingetrokken.

Artikel 20 Overgangsregeling

Op bezwaarschriften die zijn ingediend vóór de inwerkingtreding van deze verordening en die op dat tijdstip nog in behandeling zijn is deze verordening van toepassing.

Artikel 21 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de datum van haar bekendmaking.

Artikel 22 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening commissie bezwaarschriften Sliedrecht 2006”

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering

van de raad der gemeente Sliedrecht op 10 april 2006

De griffier, De voorzitter,

A.Koenen M.C. Boevée

Burgemeester en Wethouders van Sliedrecht

De Secretaris, De Burgemeester,

M.J. Verhoef M.C. Boevée

De Burgemeester van Sliedrecht

M.C. Boevée