Organisatie | Zwolle |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Inkomensondersteunende maatregelen gemeente Zwolle 2012 |
Citeertitel | Inkomensondersteunende maatregelen gemeente Zwolle 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Wanneer komt men in aanmerking voor subsidies ?
Artikel 149 Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 19-12-2011 De Peperbus van 28 december 2011 | gb 1-2011.197 |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
indien de alleenstaande, de alleenstaande ouder of één van de partners op de peildatum 65 jaar of ouder is, wordt voor de vaststelling van de hoogte van inkomen een in de vorm van een periodieke uitkering ontvangen particuliere oudedagsvoorziening buiten beschouwing gelaten naar het bedrag dat in artikel 33 lid 5 van de Wet werk en bijstand wordt genoemd.
indien als gevolg van wisselende of eenmalige inkomsten het inkomen in de peilmaand hoger is dan de norm en toeslag wordt uitgegaan van een gemiddeld inkomen. Het gemiddeld inkomen wordt berekend door de som van het inkomen dat gedurende 12 maanden voorafgaand aan de peilmaand is genoten te delen door 12.
een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt naar een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80 tot 100.
Uitkeringsgerechtigde: een belanghebbende die via de eenheid Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de gemeente Zwolle een uitkering voor levensonderhoud ontvangt op grond van de Wet werk en bijstand, de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers of de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.
Hoofdstuk 2 Wie komt voor een voorziening in aanmerking?
Artikel 2 Kring van belanghebbenden
Indien er sprake is van een situatie waarbij slechts één van de partners voldoet aan de voorwaarden genoemd in lid 1 onder a en of b wordt bij de beoordeling of er aanspraak bestaat op een voorziening en bij de vaststelling van de omvang van de voorziening de partner die niet aan de voorwaarden voldoet buiten beschouwing gelaten.
Artikel 3 Geleidelijke uitstroom
In afwijking van het gestelde in artikel 2 lid 1 onder c kan een voorziening toegekend of voortgezet worden als het inkomen van de belanghebbende in de peilmaand meer bedraagt dan 110% van de toepasselijke norm en toeslag als:
In afwijking van het gestelde in artikel 2 lid 1 onder c kan een belanghebbende ongeacht de hoogte van het inkomen voor een voorziening in aanmerking komen als hij in het kader van een schuldregeling een relatie heeft met de afdeling Schuldhulpverlening van de gemeentelijke eenheid Sociale Zaken en Werkgelegenheid en hij alleen het vrij te laten bedrag van zijn inkomen overhoudt ter besteding.
Hoofdstuk 3 Wie komt niet voor een voorziening in aanmerking?
Het eerste lid is niet van toepassing als een belanghebbende en zijn partner als vreemdeling na rechtmatig verblijf te hebben gehouden in de zin van artikel 8 onder a tot en met e en l van de Vreemdelingenwet 2000, rechtmatig in Nederland verblijf heeft op grond van artikel 8, onder g of h van de Vreemdelingenwet 2000.
Indien een situatie zoals genoemd in lid 1 of 2 zich slechts ten aanzien van één van de partners voordoet, wordt bij de beoordeling of er aanspraak bestaat op een voorziening en bij de vaststelling van de omvang van de voorziening de partner op wie het gestelde in lid 1 van toepassing is buiten beschouwing gelaten.
Hoofdstuk 5 Subsidie chronisch zieken en ouderen
Artikel 12 kosten belanghebbende
Een subsidie kan worden verleend aan een belanghebbende die naar het oordeel van burgemee s ter en wethouders ten behoeve van een chronisch zieke kosten maakt,
Een subsidie kan worden verleend aan een belanghebbende, die op de peildatum zelf of wiens partner 65 jaar of ouder is en die naar het oordeel van burgemeester en wethouders voor zichzelf en of zijn partner ko s ten maakt voor:
Aan een belanghebbende en of diens partner die zowel als chronisch zieke als oudere te bescho u wen is, wordt per kalender jaar slechts eenmaal een subsidie verstrekt.
Artikel 15 hoogte subsidie en voorliggende voorziening
1. De hoogte van de subsidie bedraagt ongeacht de gezinssamenstelling maximaal € 175,00 per kalenderjaar.
2. Een financiële bijdrage op grond van de wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehand i capten wordt in mindering gebracht de gemeentelijke subsidie.
Hoofdstuk 6 Deelname collectieve zorgverzekering
Een belanghebbende en of diens partner kan of kunnen deelnemen aan een door het college met een zorgverzekeraar te sluiten overeenkomst voor een collectieve zorgverzekering.
Deelname aan de collectieve zorgverzekering is mogelijk als de belanghebbende en/of diens par t ner met de zorgverzekeraar, als bedoeld in artikel 16, mede ten behoeve van een kind of kinderen een overeenkomst sluit voor een zorgverzekering in het kader van de Zorgverzekeringswet en het te verzekeren pakket ove r eenkomt met de eisen die het college hieraan stelt.
In aanvulling op het gestelde in artikel 17 geldt voor een uitkeringsgerechtigde dat deze er mee moet instemmen dat de voor de collectieve zorgverzekering verschuldigde premies maandelijks op de uitkering worden ingehouden en worden doorbetaald aan de zorgverzekeraar, tenzij het uit te keren bedrag niet voldoende is om de totaal verschuldigde premies in te houden.
Artikel 19 Ingangsdatum uitkeringsgerechtigde
Een uitkeringsgerechtigde kan aan de collectieve zorgverzekering deelnemen vanaf de d a tum waarop de uitkering wordt toegekend en de collectieve zorgverzekeraar ex artikel 16 hem acce p teert.
Artikel 20 Ingangsdatum niet uitkeringsgerechtigde
Een niet-uitkeringsgerechtigde kan aan de collectieve zorgverzekering deelnemen vanaf de maand waarin de zorgverzekeraar hem accepteert en hij voldoet aan de vereisten ex artikel 2.
Artikel 22 Beëindiging collectieve verzekering
De deelname aan de collectieve zorgverzekering eindigt vanaf het moment dat belanghebbe n de of diens partner:
1. Om voor een voorziening in aanmerking te komen dient de belanghebbende voor het aanvr a gen gebruik te maken van een formulier dat door het college is vastgesteld. De partner moet schriftelijk instemmen dat de belanghebbende mede namens hem een aanvraag in dient.
2.De aanvraag voor een subsidie chronisch zieken en ouderen kan na 1 oktober van het betreffende jaar worden ingediend.
Het college kan in bijzondere gevallen artikel 1 onder f, g, l, m, n en q of artikel 2 lid 1 onder b bu i ten toepassing laten of daarvan afwijken voorzover toepassing gelet op het belang van belanghe b bende leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.
TOELICHTING INKOMENSONDERSTEUNENDE MAATREGELEN GEMEENTE ZWOLLE 2012.
In de nota “armoedebeleid 2008-2011” werden gemeentelijke maatregelen in het kader van armoedebestrijding beschreven en de verordening “inkomensondersteunende maatregelen gemeente Zwolle 2008” vastgesteld. Vanwege de wet verscherping WWB en de nota “samen sterk” moet deze verordening worden aangepast.
De verordening is inhoudelijk vooral gewijzigd vanwege:
Het beleid met betrekking tot armoedebestrijding richt zich over het algemeen niet op mensen tot 65 jaar. Hiervoor geldt dat het aanvaarden van betaalde arbeid de beste oplossing is. Het niet aanbieden van voorzieningen heeft onder andere tot gevolg dat de kans op de zogenoemde armoedeval niet wordt vergroot. Door aan deze groep geen specifieke voorzieningen in het kader van armoedebestrijding aan te bieden, vindt een maximale stimulans plaats tot reïntegratie.
De collectieve zorgverzekering die op grond van de verordening mogelijk is, is bestemd voor Zwolse huishoudens met een inkomen, dat niet hoger is dan 110% van de bijstandsnorm en toeslag en mensen in de schuldregeling. Het vermogen moet lager zijn dan de van toepassing zijnde vermogensgrens op grond van de wet werk en bijstand.
Mensen met schulden die een hoger inkomen hebben dan de genoemde grens van 110% als gevolg van inhoudingen of beslagleggingen soms een daadwerkelijk besteedbaar inkomen dat lager is dan de genoemde grens. Het volgen van een schuldregelingstraject of een schuldsaneringstraject is vaak een langdurige en financieel moeilijke opgave. Als stimulans om een dergelijk traject te volgen of het volhouden hiervan, geeft de verordening aan (artikel 4) dat iemand die een schuldregelingsrelatie heeft met de gemeentelijke Schuldhulpverlening ongeacht de hoogte van het inkomen in aanmerking kan komen voor een voorziening. Het besteedbaar inkomen moet dan gelijk zijn aan het vrijgelaten bedrag.
In de verordening wordt aangegeven wie wel of niet voor de collectieve zorgverzekering in aanmerking komt. Bij een echtpaar of ongehuwd samenwonenden kan er sprake zijn van een situatie dat de ene partner wel aan de voorwaarden voldoet en de andere partner niet. In een dergelijke situatie wordt de partner die wel aan de voorwaarden voldoet als een alleenstaande of alleenstaande ouder beschouwd. Dit geldt zowel voor de vaststelling van de hoogte van de voorziening als voor de toets van het inkomen. Met het inkomen van de niet rechthebbende partner wordt in een dergelijke situatie geen rekening gehouden.
Subsidie aan chronisch zieken en ouderen.
Mede onder druk van het parlement heeft de rijksoverheid verschillende maatregelen genomen om de inkomenspositie van chronisch zieken en ouderen te verbeteren. Daarnaast heeft de rijksoverheid middelen toegevoegd aan het budget bijzondere bijstand en gemeentelijk armoedebestrijding. Hoewel deze middelen niet geoormerkt ter beschikking zijn gesteld, dringt de rijksoverheid er bij de gemeenten op aan hiervoor speciale maatregelen voor ouderen en chronisch zieken te treffen.
De subsidie aan chronisch zieken en ouderen beoogt een bijdrage te leveren aan de meerkosten als gevolg van ziekte, gebrek en of ouderdom. Hiermee wordt tevens voorkomen dat deze doelgroep voor relatief kleine bedragen een beroep doet op de bijzondere bijstand. Verder wordt met de subsidieverlening bevorderd dat de leden van de doelgroep deelnemen aan sportieve, recreatieve, culturele en sociaal culturele activiteiten.
Het begrip chronisch zieke is voor velerlei uitleg vatbaar. Ter voorkoming van onduidelijkheden en misverstanden is het begrip in artikel 1 gedefinieerd. Op grond van deze definitie wordt de subsidie verlening beperkt tot:
Inmiddels is de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten inwerking getreden. Indien mensen een beroep kunnen doen op deze tegemoetkoming ontvangen zij van de gemeente Zwolle geen subsidie chronisch zieken en ouderen voor zover de tegemoetkoming meer bedraagt dan onze subsidie (zie artikel 15 lid twee). Om die reden kan een aanvraag voor de gemeentelijke subsidie chronisch zieken en ouderen eerst worden ingediend na 1 oktober van het betreffende jaar. De aanvrager heeft dan of krijgt binnen afzienbare tijd zicht op zijn tegemoetkoming op grond van de wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (artikel 24). Met ingang 2012 wordt bij de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) rekening gehouden met de financiële draagkracht. Daardoor krijgen mensen met een relatief hoog inkomen geen Wtcg-tegemoetkoming meer voor extra gemaakte kosten vanwege hun ziekte of handicap (bijvoorbeeld extra stookkosten of speciale kleding).
De gemeente Zwolle wil bevorderen dat mensen met een laag inkomen zich voldoende kunnen verzekeren voor ziektekosten of overige medische kosten. Hiertoe heeft zij momenteel een collectief contract gesloten met zorgverzekeraar Achmea. Aan deze collectieve verzekering kunnen inwoners van de gemeente Zwolle deelnemen die een inkomen hebben dat niet hoger is dan 110% van de geldende bijstandsnorm met toeslag. Bij het vergelijken van de inkomens wordt de vakantietoeslag buiten beschouwing gelaten (zie inkomensbegrip artikel 1 sub l).
Deelname aan de collectieve zorgverzekering blijft door de 110%-grens niet beperkt tot mensen die een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand ontvangen. Iemand die aan de collectieve zorgverzekeringwil deelnemen sluit hiervoor zelf een overeenkomst met Achmea.
Via de collectieve zorgverzekering ontvangt de deelnemer een korting op de premies voor de basisverzekering in het kader van de Zorgverzekeringswet en de aanvullende verzekeringen. Daarnaast heeft de gemeente Zwolle het aanvullende verzekeringspakket uitgebreid met onder andere de meest voorkomende eigen bijdragen (waaronder die voor de thuiszorg, tandheelkundige voorzieningen en de verplichte eigen bijdrage) en de kosten van brilmonturen en glazen. De kosten voor deze aanvulling komen voor rekening van de gemeente Zwolle. Voor veel kosten kan men dus een beroep doen op de zorgverzekeraar en is het niet meer noodzakelijk dat men voor deze kosten bijzondere bijstand aanvraagt.
Voor alle duidelijkheid wordt aangegeven dat de gemeente bepaalt wie tot de doelgroep van de collectieve zorgverzekering behoort en wat de randvoorwaarden zijn. Dit wil nog niet zeggen dat de zorgverzekeraar iemand ook daadwerkelijk kan of wil toelaten. Enerzijds geeft de Zorgverzekeringswet regels over het toelaten tot een zorgverzekering en anderzijds heeft de zorgverzekeraar hiervoor ook eigen vrijheid. De Zorgverzekeringswet bepaalt bijvoorbeeld dat iemand maar 1x per jaar (in januari) van zorgverzekeraar kan veranderen en dat hij of zij dit voor een bepaalde datum moet aangeven (tussen 1 november en 31 december). In het door de gemeente afgesloten contract is bepaald dat Achmea voor de toelating geen medische selectie zal toepassen. Een persoon die een WWB-uitkering aanvraagt zit dus eerst nog een paar maanden, tot 1 januari van het volgende, vast aan zijn oude zorgverzekeraar.
Voor de toetsing of iemand kan deelnemen aan de collectieve zorgverzekering wordt uitgegaan van een peildatum en peilmaand. Bepalend voor behoud van of instroom in de verzekering is de situatie op de 1e van november (peildatum en peilmaand) of op het moment van instroom in de uitkering (zie artikel 2). Ook wordt aangegeven dat als het inkomen stijgt tot boven 110 procent, de deelname eindigt. Voor mensen in de uitkering blijft de collectieve zorgverzekering doorlopen tot 1 januari van het volgende jaar. Indien het inkomen onder de 130 procent blijft, kan eenmalig een beroep worden gedaan een geleidelijke afbouw (artikel 3).