Organisatie | Noordoostpolder |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2012 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing 2012 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet milieubeheer, art. 15.33
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-11-2011 | 01-01-2013 | Nieuwe regeling | 10-11-2011 Gemeenteblad, 100; De Flevopost 16-11-2011 | 2011-14752 |
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven terzake van het gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit of beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van het perceel maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting bedoeld in Hoofdstuk 1 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als bedoeld in Hoofdstuk 1 van de tarieventabel als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
In afwijking van het eerste lid geldt voor aanslagen die worden opgelegd in het belastingtijdvak waarop zij betrekking hebben, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat, en het bedrag daarvan groter is dan € 25,- maar minder is dan € 3.000,- en het totaalbedrag van dat aanslagbiljet door middel van automatische incasso kan worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het belastingtijdvak resteren. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing.
De "Verordening afvalstoffenheffing 2011" van 11 november 2010, no. 16486-10, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Hoofdstuk 1. Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing.
Hoofdstuk 2. Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing.