Organisatie | Zwijndrecht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2012 |
Citeertitel | Verordening precariobelasting Zwijndrecht 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-12-2011 | 01-01-2013 | Onbekend | 08-11-2011 Stadsnieuws, 2011-12-21 | 2011-10458 |
Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, wordt degene aan wie de vergunning is verleend aangemerkt als degene bedoeld in het eerste lid, tenzij blijkt dat hij niet het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft.
De precariobelasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van:
voorwerpen, indien de gemeente ter zake van het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond waarop het voorwerp of de voorwerpen zich bevinden een recht heft op grond van artikel 229, eerste lid, onderdeel a, van de Gemeentewet, dan wel een recognitie of privaatrechtelijke vergoeding is overeengekomen;
voorwerpen bestaande uit onverlichte naamborden mits de grootste afmeting net meer bedraagt dan 0,60 m en het bord niet meer vermeldt dan de naam, het beroep of de aard van het bedrijf, eventueel aangevuld met enige zakelijke mededelingen, hierop betrekking hebbend, waarmede geen reclame wordt beoogd betreffende de persoon of onderneming, gevestigd in het perceel, waartegen het bord is aangebracht;
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De precariobelasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.
Het belastingtijdvak is de aaneengesloten periode gedurende welke het belastbaar feit zich voordoet of heeft voorgedaan, met dien verstande dat bij een kalenderjaaroverschrijdende periode het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt is de naar jaartarieven geheven precariobelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de naar jaartarieven geheven precariobelasting voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.13
Verordening precariobelasting Zwijndrecht 2012
Voor het hebben van een uithangbord, uithangteken, letterreclame, (neon)lichtreclame, lichtbak, magazijndisplays, lantaarn, en andere tot reclame dienende voorwerpen met uitzondering van reclameborden;
indien dit voorwerp verder dan 0,30 m, doch niet verder dan 0,60 m uitsteekt:
indien de oppervlakte niet meer bedraagt dan 0,5 m2
indien de oppervlakte groter is dan 0,5 m2 doch niet groter is dan 1 m2
per voorwerp: per jaar € 10,73
indien de oppervlakte meer bedraagt dan 1 m2
indien dit voorwerp verder dan 0,60 m uitsteekt:
indien de oppervlakte niet meer bedraagt dan 0,5 m2
per voorwerp: per jaar € 10,05
indien de oppervlakte groter is dan 0,5 m2 doch niet groter is dan 1 m2
per voorwerp: per jaar € 14,91
indien de oppervlakte meer bedraagt dan 1 m2
De in lid 1. genoemde tarieven worden berekend over de frontoppervlakte.
UITSTALLINGEN, UITSTALKASTEN, RECLAMEBORDEN EN -TEGELS
a) Voor het uitstallen van goederen en/of waren, uitstalkasten, het plaatsen van reclameborden en dergelijke, andere dan die bedoeld in sub b., en dergelijke voorwerpen, welke dienen voor reclamedoeleinden,
een en ander met een minimum van € 15,49
b) Voor een reclamezuil, reclamebord met inbegrip van de daarbij behorende schoren en palen,
een en ander met een minimum van € 15,49
Standplaatsen ingenomen (bijv. door een demonstratiebus, een kraam, een rij- of voertuig, tafel, tent, bank of stoel) ten behoeve van de verkoop van goederen, waren, of het aanbieden van diensten, anders dan op de daarvoor aangewezen markten,
per m2 in gebruik genomen oppervlakte:
een en ander met een minimum van € 15,49
voor een dag per week: € 35,45
voor twee dagen per week: € 39,05
voor drie dagen per week: € 44,70
voor vier dagen per week: € 48,88
voor vijf dagen per week: € 52,54
voor zes dagen per week: € 58,94
a) Voor het hebben van een antenne, kabel, draag- of andere verbinding of overspanning, niet zijnde een leiding zoals bedoeld in b),
per strekkende meter per jaar € 0,47
per strekkende meter per maand € 0,10
een en ander met een minimum van € 17,04
b) Voor het hebben van een buis-, pijp of andere leiding,
KIOSKEN, WALHUIZEN, SCHAFTKETEN E.D.
a) Voor goederen of voorwerpen welke gelost zijn uit of bestemd zijn om te worden geladen in schepen waarvoor oppervlakte in gebruik is genomen in de onmiddellijke nabijheid van de plaats van hun lossing of lading,
per m2 in gebruik genomen oppervlakte per week
b) Voor zandtrechters en kranen,
Voor zover daaromtrent in voorgaande bepalingen niet uitdrukkelijk tarieven zijn vastgesteld (zoals bijv. containers, winkelwagens, tribunes, braderieën, circussen, rails, hoogwerkers, aanhangwagens en opleggers), worden de navolgende rechten geheven voor het gebruik of genot van voor de openbare Dienst bestemde gemeentewerken, bezittingen of inrichtingen en voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven openbare gemeentegrond of openbaar gemeentewater