Organisatie | Zwijndrecht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting 2012 |
Citeertitel | Verordening hondenbelasting Zwijndrecht 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-12-2011 | 01-01-2013 | Onbekend | 08-11-2011 Stadsnieuws, 2011-12-21 | 2011-10455 |
Onder de naam 'hondenbelasting' wordt een directe belasting geheven ter zake van het houden van een hond binnen de gemeente.
Artikel 4 Maatstaf van de heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal honden dat wordt gehouden.
Artikel 8 Ontstaan van belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere belasting ter zake van het toegenomen aantal honden, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, respectievelijk de toename van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar vermindert, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht respectievelijk de vermindering van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 9 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, minder is dan € 3.500,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in gelijke termijnen van minimaal € 5,00, waarbij de laatste termijn vervalt op de laatste dag van de tiende maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de eerdere termijnen telkens een maand eerder.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de hondenbelasting.
Toelichting (raadsvoorstel en - besluit)
De Gemeentewet regelt dat gemeenten een belasting op het houden van honden mogen heffen. De hondenbelasting is van nature een zuivere belasting die, net als de onroerende-zaakbelastingen, naar de algemene middelen van de gemeente vloeit. Het staat de gemeenten overigens vrij om de belasting te gebruiken voor de dekking van de aan het hondenbeleid verbonden kosten (bijvoorbeeld losloopgebieden en verwijderen hondenpoep). Eind vorig jaar heeft uw raad besloten in te stemmen met een intensivering van het hondenbeleid en, na enige discussie, om de hieraan verbonden kosten te financieren uit het budget “nieuw beleid”. Tevens is toen besloten om in het najaar van 2010 het hondenbeleid te evalueren en hoe de structurele financiering na deze periode gerealiseerd moet worden. Voor 2010 betekende dit handhaving van de verordening en tarieven uit 2009.
Tot dusverre heeft echter geen intensivering van het hondenbeleid plaatsgevonden. In verband hiermee stellen wij u dan ook voor om de huidige tarieven voor 2011 te handhaven en evenmin inflatie toe te passen. Dit conform het raadsprogramma om de nullijn te hanteren.
Het bovenstaande betekent dat in principe geen nieuwe verordening hondenbelasting voor 2011 nodig is. Dat wij niettemin uw raad voorstellen om een nieuwe verordening vast te stellen heeft te maken met ons voorstel om een aantal wijzigingen in de betaaltermijnen van de jaarlijkse gecombineerde aanslag, waarvan de hondenbelasting deel uitmaakt, aan te brengen. Dit naar aanleiding van het verzoek van Gemeentebelastingen Drechtsteden in het kader van het synchroniseren van werkprocessen binnen de Regio om doelmatigheidsvoordelen en besparingen te kunnen realiseren.
Het gaat om de volgende bepalingen in artikel 9:
- De reguliere betaaltermijn te stellen op één termijn van twee maanden na dagtekening (thans de eerste na één maand en de tweede weer twee maanden daarna);
- Het aantal termijnen bij gebruik van automatische incasso te stellen op tien maanden (nu acht maanden);
- Het maximum aanslagbedrag om voor automatische incasso in aanmerking te kunnen komen te stellen op € 3.500,00 (nu € 4.000,00) en
- Het minimum automatisch te incasseren bedrag per maand te stellen op € 5,00 (nu € 150,00 per jaar).
Het doorvoeren van een aantal wijzigingen in het kader van het synchroniseren van werkprocessen binnen de Regio om doelmatigheidsvoordelen en besparingen te realiseren.
Zie inleiding en beoogd resultaat.
De verordening is getoetst door Gemeentebelastingen Drechtsteden en in overeenstemming met de modelverordening van de VNG.
Deze verordening zal na vaststelling op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend worden gemaakt.