Verordening, regelende een tegemoetkoming in of vergoeding van bijzondere kosten en andere financiële voorzieningen die verband houden met de vervulling van het wethoudersambt.

In deze verordening wordt verstaan onder:

Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb, 243;

• 1.

  Aan de wethouder wordt een onkostenvergoeding toegekend voor overige aan de uitoefening van het ambt, verbonden kosten die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 25, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders;

• 2.

  Aan de wethouder van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, wordt in afwijking van het eerste lid een onkostenvergoeding toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 25, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders.

Indien aan de wethouder een mobiele telefoon in bruikleen ter beschikking is gesteld, wordt de onkostenvergoeding vermeld in artikel 2, met 9%, van het voor hem ingevolge het eerste of tweede lid geldende bedrag, verminderd.

Aan de wethouder wordt een tegemoetkoming verleend voor gemaakte reis- en verblijfkosten ter zake van reizen ten behoeve van de gemeente, overeenkomstig het bepaalde in artikel 23, eerste lid onder b van het Rechtspositiebesluit wethouders

• 1.

  Indien de wethouder met toestemming van Burgemeester en Wethouders in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt, worden de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reis- en verblijfkosten vergoed;

• 2.

  Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland gelden de regels overeenkomstig artikel 9 van de Gedragscode Bestuurlijke Integriteit Burgemeester en Wethouders van de gemeente Leiden.

• 1.

  Aan de wethouder, die overeenkomstig artikel 36a, lid 2 Gemeentewet, van de gemeenteraad voor ten hoogste een jaar ontheffing heeft gekregen van het vereiste van ingezetenschap, een vergoeding reis- en pensionkosten te verstrekken, overeenkomstig artikel 22, eerste lid onder a, Rechtspositiebesluit wethouders.

• 2.

  De wethouder die in opdracht van het bevoegde gezag verhuist, een tegemoetkoming in de verhuiskosten te verlenen overeenkomstig artikel 22, eerste lid onder b, Rechtspositiebesluit wethouders.

• 1.

  De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente;

• 2.

  De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij Burgemeester en Wethouders. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.

Kosten voor activiteiten zoals teambuilding, of activiteiten waarin collegeleden namens de gemeente optreden, komen voor rekening van de gemeente, tenzij deze door de organisatoren worden vergoed.

De wethouder van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, kan op aanvraag deelnemen aan de voor het gemeentelijk personeel geldende spaarloonregeling.

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2004.