Organisatie | Westland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van leges 2012 |
Citeertitel | Legesverordening Westland 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlagen | exb-2018-34391 1e wijziging legestarieventabel 2012 print |
De datum van ingang van de heffing is 1 mei 2012.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2013 | 01-01-2013 | intrekking | 18-12-2012 Gemeenteblad Westland, 27-12-2012 | Gbw 2012, 52 | |
27-04-2012 | 01-01-2013 | art. 12, bijlage | 17-04-2012 Gemeenteblad Westland, 26-04-2012 | Gbw 2012, 20 | |
31-12-2011 | 27-04-2012 | nieuwe regeling | 20-12-2011 Gemeenteblad Westland, 29-12-2011 | Gbw 2011, 59 |
De raad van de gemeente Westland;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 november jl., nummer 5.B.2.1., betreffende de vaststelling van Legestarieven 2012;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van
13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart (Stb.2011,440),
gelezen het advies van de raadscommissie EFO van 15 november 2011;
DE VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LEGES 2012.
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Leges worden niet geheven voor:
diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van leges.
De ‘Legesverordening Westland 2011', laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 27 september 2011, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2012, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten:
waarop het overgangsrecht, inzake de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals deze luidden voor inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toegepast, betrekking heeft, met dien verstande dat de van toepassing zijnde tarieven worden verhoogd met 3,5 %, waarbij de uitkomst rekenkundig wordt afgerond op twee decimalen.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.