Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Beuningen

Verordening cliëntenparticipatie gemeente Beuningen 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBeuningen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie gemeente Beuningen 2012
CiteertitelVerordening cliëntenparticipatie gemeente Beuningen 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt de Verordening cliëntenparticipatie, vastgesteld 15 juni 2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), artikel 11.
  2. Wet werk en bijstand (WWB), artikel 47.
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-01-201201-01-2012nieuwe regeling

10-01-2012

De Koerier 18 januari 2011

BW11.01545

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie gemeente Beuningen 2012

De raad van de gemeente Beuningen,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 november 2011;

gelezen het vorostel van de commissie Samenleving d.d. 12 december 2011;

gelet op artikel 11 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en artikel 47 van de Wet werk en bijstand (WWB),

 

BESLUIT:

vast te stellen de navolgende Verordening cliëntenparticipatie gemeente Beuningen 2012.

Hoofdstuk 1. Algemeen

Artikel 1 - Begripsbepalingen

  • -

    WWB: Wet werk en bijstand;

  • -

    Wmo : Wet maatschappelijke ondersteuning;

  • -

    WI: Wet Inburgering,

  • -

    Gemeente: gemeente Beuningen,

  • -

    Burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders van Beuningen,

  • -

    Raad: de gemeenteraad van Beuningen,

  • -

    Cliënten / uitkeringsgerechtigden:

    • a.

      personen die

  • -

    gebruik maken van een voorziening ingevolge de Wmo,

  • -

    bijstand en/of een voorziening ingevolge de WWB ontvangen,

  • -

    aanspraak hebben op een voorziening op basis van de WI, dan wel

  • -

    op andere wijze gebruik maken van een voorziening, tegemoetkoming of dienst op het werkterrein van de afdeling Sociale Zaken van de gemeente, met uitzondering van de Wet sociale werkvoorziening;

    • b.

      personen die vanuit een belangenorganisatie de doelgroep vertegenwoordigen;

    • c.

      een ieder die op enige andere wijze betrokken is de onder a genoemde regelingen;

  • -

    Doelgroep: personen die aangemerkt worden als cliënten / uitkeringsgerechtigden op grond van onderdeel a van de betreffende begripsbepaling;

  • -

    Huishoudelijk reglement: nadere regels omtrent het functioneren van de cliëntenraad;

Hoofdstuk 2. Cliëntenraad

Artikel 2 - Instellen en instandhouden cliëntenraad

Burgemeester en wethouders bevorderen het instellen en instandhouden van een cliëntenraad

Artikel 3 - Doel, Taken en bevoegdheden van de cliëntenraad

  • 1.

    De cliëntenraad heeft tot doel om cliënten / uitkeringsgerechtigden invloed te laten uitoefenen op het lokale beleid op het terrein van de Wmo, de WI, de WWB en daarmee samenhangende minimaregelingen en schuldhulpverlening.

  • 2.

    De cliëntenraad heeft tot taak

    • a.

      het gevraagd en ongevraagd adviseren aan burgemeester en wethouders en de raad over de vorming van, uitvoering van, controle op en evaluatie van gemeentelijk beleid op het terrein van de Wmo, de WI, de WWB en daarmee samenhangende minimaregelingen en schuldhulpverlening;

    • b.

      het gevraagd en ongevraagd adviseren aan burgemeester en wethouders en de raad over procedures, regelingen en alle andere zaken met een algemeen karakter in de uitvoering van de Wmo, de WI, de WWB en daarmee samenhangende minimaregelingen en schuldhulpverlening;

    • c.

      het positief beïnvloeden van de beeldvorming over personen binnen de doelgroep;

    • d.

      het stimuleren van de sociale, financiële en fysieke toegankelijkheid van voorzieningen in de gemeente;

    • e.

      het signaleren van ontwikkelingen en knelpunten in het bestaande stelsel van sociale zekerheid, welzijn, wonen en zorg;

    • f.

      het gevraagd en ongevraagd adviseren over het feit of de gemeente volledig gebruik maakt van de ruimte die de wetgever biedt.

  • 3.

    Wanneer de cliëntenraad advies uitbrengt aan de raad stelt de cliëntenraad burgemeester en wethouders daarvan op de hoogte.

  • 4.

    Tot de taak van de cliëntenraad behoort niet de advisering over klachten, bezwaarschriften en andere zaken die op individuele cliënten betrekking hebben, of over de uitvoering van wettelijke voorschriften voor zover bij deze uitvoering geen ruimte voor gemeentelijk beleid is gelaten.

Artikel 4 - Adviesvraag

  • 1.

    Burgemeester en wethouders vragen de cliëntenraad advies over voorstellen voor nieuw of gewijzigd gemeentelijk beleid op het terrein van de de Wmo, de WI, de WWB en daarmee samenhangende minimaregelingen en schuldhulpverlening.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders vragen het advies voorafgaand aan de vaststelling van het beleid, tenzij advisering vooraf naar het oordeel van de verantwoordelijke wethouder zal leiden tot ongewenste vertraging in de uitvoering. Als dit laatste het geval is leggen burgemeester en wethouders het beleidsbesluit achteraf aan de cliëntenraad ter bespreking voor, met een uitleg van de reden van versnelde vaststelling.

  • 3.

    Indien de gemeente onderzoek uitvoert onder de doelgroep vragen burgemeester en wethouders de cliëntenraad om advies over de opzet en uitvoering van dit onderzoek.

Artikel 5 - Informatie en status van adviezen

  • 1.

    De cliëntenraad wordt actief voorzien van informatie over beleidsvoornemens en ontwikkelingen.

  • 2.

    Het vragen van en advies van de cliëntenraad gebeurt op een dusdanig tijdstip dat de cliëntenraad voldoende tijd heeft om relevante informatie te verzamelen.

  • 3.

    De cliëntenraad wordt altijd geïnformeerd over de planning van de vaststellingsprocedure, de haalbaarheid van adviezen en de wijze waarop gegeven adviezen al dan niet in het beleid worden verwerkt.

  • 4.

    Wanneer burgemeester en wethouders en raad afwijken van het uitgebrachte advies van de cliëntenraad stellen zij de cliëntenraad daarvan gemotiveerd in kennis.

Artikel 6 - Geheimhouding

  • 1.

    De cliëntenraad neemt kennis van geheimhoudingsplicht zoals vastgelegd in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    In beginsel zijn de vergaderingen van de cliëntenraad openbaar, tenzij de voorzitter vooraf kenbaar maakt dat dit niet het geval is.

  • 3.

    De voorzitter kan in overleg met de leden van de cliëntenraad voorafgaande aan de vergadering besluiten om een besloten vergadering te houden. De beraadslaging over de vraag, of een vergadering besloten is, is in alle gevallen besloten.

  • 4.

    Ook kan de voorzitter voorafgaand aan de vergadering aangeven dat informatie of gegevensdragers, die de cliëntenraad ter beschikking staan, niet aan derden kenbaar gemaakt mogen worden.

Artikel 7 - Faciliteiten

  • 1.

    De gemeente Beuningen stelt jaarlijks het budget van de cliëntenraad vast. Ten laste van dit budget kunnen onder meer de kosten van deskundigheidsbevordering en organisatiekosten worden gebracht.

  • 2.

    Elk jaar stelt de cliëntenraad haar begroting en jaarrekening vast. Deze wordt aan burgemeester en wethouders ter goedkeuring voorgelegd.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders stellen een onkostenvergoeding vast voor de voorzitter en de leden en wijzigen deze zo nodig.

  • 4.

    De gemeente stelt vergaderruimte, een computer met internetverbinding en kopieerfaciliteiten beschikbaar ten behoeve van het functioneren van de cliëntenraad.

Hoofdstuk 3. Samenstelling en werkwijze

Artikel 8 - Samenstelling en zittingsduur

  • 1.

    De cliëntenraad bestaat uit een onafhankelijke voorzitter en minimaal vier en maximaal tien leden.

  • 2.

    Leden van de cliëntenraad zijn cliënt / uitkeringsgerechtigden als bedoeld in artikel 1 van deze Verordening.

  • 3.

    De voorzitter heeft zitting voor een termijn van drie jaar en is daarna herbenoembaar voor een nieuwe termijn van drie jaar.

  • 4.

    De leden hebben zitting voor een termijn van drie jaar en kunnen daarna voor een tweede termijn van drie jaar worden voorgedragen en benoemd.

  • 5.

    De cliëntenraad stelt een rooster van aftreden vast waarbij jaarlijks ongeveer een derde deel van de leden aftredend is.

  • 6.

    Een lid dat benoemd wordt in een tussentijdse vacature heeft zitting tot het einde van de zittingsduur van hem, in wiens plaats hij is getreden. Aansluitend kan het lid tweemaal voor een volledige termijn van drie jaar worden voorgedragen en benoemd.

  • 7.

    Een uittredend lid blijft in functie tot de vacature is vervuld.

Artikel 9 - Werving en benoeming

  • 1.

    Kandidaten voor het voorzitterschap of het lidmaatschap worden geworven via een openbare oproep. Vervolgens benoemen burgemeester en wethouders een kandidaat. De kandidaten voldoen zoveel als mogelijk is aan de eisen van de profielschets die bij de werving en selectie gehanteerd zal worden.

  • 2.

    De voorzitter is onafhankelijk en derhalve geen lid van de doelgroep, de gemeentelijke organisatie, burgemeester en wethouders of de gemeenteraad.

  • 3.

    Een lid van de cliëntenraad kan geen lid zijn van de gemeentelijke organisatie, het college of de gemeenteraad.

  • 4.

    De voorzitter en de leden kunnen niet werkzaam zijn:

    • a.

      onder verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur of

    • b.

      bij een door de gemeente gesubsidieerde instelling of

    • c.

      bij een door de gemeente gecontracteerde zorgaanbieder of leverancier.

  • 5.

    De leden van de cliëntenraad worden op voordracht van de voorzitter benoemd door burgemeester en wethouders.

  • 6.

    Burgemeester en wethouders kunnen de benoeming van een voorgedragen lid weigeren indien zij dat om zwaarwegende redenen noodzakelijk achten, een en ander ter beoordeling van burgemeester en wethouders. Een goede motivering van burgemeester en wethouders is hiertoe een vereiste.

  • 7.

    Burgemeester en wethouders kunnen de voorzitter en leden ontheffen uit hun functie indien zij dat om zwaarwegende redenen noodzakelijk achten, een en ander ter beoordeling van burgemeester en wethouders. Een goede motivering van burgemeester en wethouders is hiertoe een vereiste.

Artikel 10 - De voorzitter

  • 1.

    De taken van de voorzitter staan nader omschreven in het huishoudelijk reglement.

  • 2.

    De cliëntenraad wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan.

Artikel 11 - De secretaris

  • 1.

    De cliëntenraad heeft een ambtelijk secretariaat. Burgemeester en wethouders stellen capaciteit beschikbaar voor de vervulling van de functie van secretaris.

  • 2.

    De taken van de secretaris staan beschreven in het huishoudelijk reglement.

Artikel 12 - Vergaderingen

  • 1.

    De cliëntenraad vergadert minimaal vijfmaal per jaar, of zoveel meer als de cliëntenraad wenselijk acht.

  • 2.

    De voorzitter draagt er zorg voor dat tegelijk met de oproeping voor de vergadering dag en uur ter openbare kennis worden gebracht. Hij kan dit opdragen aan de secretaris.

  • 3.

    De cliëntenraad heeft tenminste tweemaal per jaar overleg met de portefeuillehouder.

Artikel 13 - Besluitvorming

  • 1.

    De besluiten worden genomen met normale meerderheid van stemmen.

  • 2.

    De voorzitter heeft stemrecht.

  • 3.

    Stemming over personen geschiedt schriftelijk.

  • 4.

    Bij het staken van stemmen wordt het besluit tot een volgende vergadering uitgesteld. Indien in die vergadering de stemmen weer staken beslist, als het gaat om zaken, de voorzitter en als het gaat om personen, het lot.

Artikel 14 - Ondertekening

De voorzitter en de secretaris tekenen de stukken die van de cliëntenraad uitgaan. De voorzitter kan bepalen, welke stukken door de secretaris alleen kunnen worden ondertekend.

Artikel 15 - Huishoudelijk reglement

  • 1.

    Op voorstel van de cliëntenraad stellen burgemeester en wethouders een huishoudelijk reglement voor de cliëntenraad vast.

  • 2.

    Het huishoudelijk reglement beschrijft tenminste de taken van de voorzitter en de secretaris, de voorbereiding van vergaderingen en de gang van zaken tijdens de vergadering.

Artikel 16 - Evaluatie van eigen functioneren en verantwoording

  • 1.

    Tijdens het overleg met de wethouder als bedoeld in artikel 12 lid 3 wordt de samenwerking tussen de cliëntenraad en de gemeente besproken.

  • 2.

    Er vindt een jaarlijkse evaluatie van het eigen functioneren plaats door de cliëntenraad zelf. Uit die evaluatie volgen aanbevelingen ter verbetering.

  • 3.

    De cliëntenraad zal aan haar financiële jaarverslag een inhoudelijk jaarverslag toevoegen. Hierin zal worden opgenomen de frequentie van vergaderen, welke deskundigheidsbevordering er heeft plaatsgevonden en hoeveel adviezen er zijn uitgebracht. Het financiële en inhoudelijke jaarverslag wordt maximaal drie maanden na afloop van het betreffende jaar aangeboden aan burgemeester en wethouders.

  • 4.

    Het financiële en inhoudelijke jaarverslag van de cliëntenraad zal worden gepubliceerd.

Hoofdstuk 4. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 17 - Onvoorziene gevallen

Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van deze Verordening nadere voorschriften geven. In gevallen waarin deze Verordening niet voorziet beslissen burgemeester en wethouders, nadat zij de voorzitter van de cliëntenraad daarover gehoord hebben.

Artikel 18 - Wijziging Verordening

Wijziging of intrekking van deze Verordening vindt niet plaats dan nadat de cliëntenraad daarover is gehoord.

Artikel 19 - Citeertitel

Deze Verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening cliëntenparticipatie gemeente Beuningen 2012’.

Artikel 20 - Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze Verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

  • 2.

    De Verordening cliëntenparticipatie Beuningen wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2012.

  • 3.

    Bij de inwerkingtreding kunnen burgemeester en wethouders in overleg met de voorzitter afwijken van het in artikel 8 lid 1 gestelde maximum aantal leden en de in artikel 9 lid 4 onder b en c genoemde onverenigbaarheden.

 

Beuningen, 10 januari 2012.

de raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,