Organisatie | Culemborg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening monumenten Culemborg 2011 |
Citeertitel | Subsidieverordening Monumenten Culemborg 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Subsidieverordening monumenten Culemborg 2007.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-03-2011 | nieuwe regeling | 17-02-2011 Culemborgse Courant, 16-03-2011 | . |
De raad van de gemeente Culemborg,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening van de gemeente Culemborg,
overwegende dat de bestaande Subsidieverordening monumenten Culemborg 2007, zoals vastgesteld bij raadsbesluit van 5 juli 2007, moet worden aangepast als gevolg van het verlaagde subsidieplafond per 1 januari 2011,
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Deze verordening verstaat onder:
gemeentelijke monumenten: (on)roerende goederen, objecten of terreinen, die vanwege hun bijzondere (cultuur)historische, architectuurhistorische, landschappelijke, volkskundige, wetenschappelijke en/of esthetische betekenis op grond van artikel 3 van de Erfgoedverordening Culemborg 2010 bij besluit van burgemeester en wethouders zijn aangewezen als beschermd gemeentelijk monument;
beeldbepalende objecten: (delen van) panden, gevel- en groenelementen, tuinmuren, stoephekken en andere artefacten, gelegen binnen het rijksbeschermde stadsgezicht, geen monument zijnde, die naar het oordeel van burgemeester en wethouders een waardevolle bijdrage leveren aan de schoonheid, sfeer en/of belevingswaarde van de historische binnenstad;
Monumentencommissie: de door burgemeester en wethouders ingestelde commissie als bedoeld in het Reglement op de Monumentencommissie Culemborg 2010, met als taak het college van burgemeester en wethouders op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, de Erfgoedverordening Culemborg 2010 en (de uitvoering van) het cultuurhistorische beleid in algemene zin;
bouwhistorisch onderzoek: in een schriftelijke rapportage vastgelegd onderzoek naar de bouwgeschiedenis en bouwhistorische waarden van een monument, bedoeld als onderbouwing voor de aanwijzing van een object als beschermd gemeentelijk monument of als toetsingskader voor werkzaamheden aan het monument;
subsidiabele kosten: kosten die noodzakelijk zijn voor de instandhouding en/of het herstel van een gemeentelijk monument of beeldbepalend object, zoals beschreven in de Leidraad subsidiabele kosten en werkzaamheden 2007, welke als bijlage I onlosmakelijk deel uitmaakt van deze verordening. Kosten die overwegend of uitsluitend gemaakt worden met het oog op de verbetering van het wooncomfort, vallen buiten deze verordening;
Artikel 2 Toepassing Algemene Subsidieverordening Culemborg
De Algemene Subsidieverordening Culemborg 2011 is van toepassing op het verstrekken van subsidie in gevolge deze verordening, behalve voor zover bij of krachtens deze verordening op enig punt van het gestelde bij of krachtens de Algemene Subsidieverordening Culemborg 2011 wordt afgeweken.
Artikel 3 Reikwijdte verordening
Deze verordening is van toepassing op subsidieaanvragen voor werkzaamheden aan gemeentelijke monumenten en beeldbepalende objecten, die beogen de monumentale waarden in stand te houden.
De instandhoudings- en/of herstelwerkzaamheden moeten voldoen aan de richtlijnen zoals verwoord in de Uitvoeringsvoorschriften, welke als bijlage II onlosmakelijk deel uitmaken van deze verordening.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd tot het intrekken of wijzigen van subsidievaststellings- of subsidieverleningsbesluiten, en tot het gedeeltelijk of geheel terugvorderen van reeds uitbetaalde subsidiegelden. Ten aanzien van deze bevoegdheden is afdeling 4.2.6. van de Algemene wet bestuursrecht onverkort van toepassing.
Artikel 6 Subsidieverdelingsbesluit
Burgemeester en wethouders kunnen jaarlijks een subsidieverdelingsbesluit nemen waarin de door de eigenaren van in de gemeente gelegen gemeentelijke monumenten en beeldbepalende objecten te ondernemen instandhoudings- en/of herstelwerkzaamheden worden aangegeven.
Het verdelingsbesluit moet een globale raming inhouden van de kosten voor de eigenaar van de voorgenomen instandhoudingswerkzaamheden, alsmede van de hoogte van de eventueel door de gemeente te verstrekken subsidie.
Het verdelingsbesluit wordt opgesteld op basis van de ingediende subsidieaanvragen, die voortvloeien uit een jaarlijks te houden mailing naar de eigenaren van gemeentelijke monumenten, de subsidieaanvragen die gedurende het subsidiejaar worden ingediend en de eventueel doorgeschoven aanvragen. Subsidieaanvragen die in de loop van het subsidiejaar worden ingediend worden afgehandeld in volgorde van binnenkomst.
Burgemeester en wethouders nemen het verdelingsbesluit, na de Monumentencommissie gehoord te hebben.
Artikel 10 Aanvullende gegevens
Als de aanvraag onvolledig is c.q. niet is voorzien van alle in artikel 9, lid 2, genoemde bescheiden, dan wel de aangeleverde gegevens onvoldoende duidelijk zijn om de aanvraag in behandeling te kunnen nemen, doen burgemeester en wethouders daarvan binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag schriftelijk mededeling aan de aanvrager.
De aanvrager moet binnen de in het eerste lid bedoelde schriftelijke mededeling aangegeven termijn de ontbrekende gegevens aanvullen of deze gegevens desgevraagd toelichten. Als de gevraagde aanvullende gegevens of toelichting niet binnen de gestelde termijn zijn verstrekt, wordt de aanvraag niet verder in behandeling genomen.
Bij iedere overdracht of overgang van de eigendom, het recht van erfpacht of opstal ten aanzien van een gemeentelijk monument of beeldbepalend object of een deel daarvan, rust op zowel de vervreemdende als de verkrijgende partij(en) de plicht om burgemeester en wethouders hiervan schriftelijk in kennis te stellen, met dien verstande dat wanneer een van de partijen aan deze verplichting heeft voldaan de andere daarvan is ontheven.
Bij elke overdracht van de eigendom, het recht van erfpacht of opstal, is de overdragende partij gehouden van de wederpartij te bedingen dat deze laatste de verplichtingen jegens de gemeente, zoals beschreven in dit hoofdstuk, overneemt, met dien verstande dat wanneer de overdracht plaatsvindt na voltooiing van de werkzaamheden, de oplegging van de verplichtingen zoals beschreven in de artikelen 15 en 16, achterwege kan blijven.
De eigenaar is verplicht om aan door burgemeester en wethouders aangewezen medewerkers van de gemeente toegang te verlenen tot de werkplaats(en) en het werk, alsook inzage te geven in alle op het werk betrekking hebbende stukken.
Het is de eigenaar verboden om zonder voorafgaande toestemming van burgemeester en wethouders tijdens of na voltooiing van de werkzaamheden het gemeentelijke monument of beeldbepalende object af te breken, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen, dan wel te herstellen, te gebruiken of te laten gebruiken op een manier, waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht.
HOOFDSTUK 7 OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders in het belang van de instandhouding van een gemeentelijk monument of beeldbepalend object afwijken van de bepalingen van deze verordening. De Monumentencommissie adviseert over de voorgenomen afwijking.
Deze verordening is niet van toepassing op subsidies die vóór de inwerkingtreding van deze verordening zijn vastgesteld of verleend.