Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rijssen-Holten

Beleidsregels terugvordering afdeling Mens en Werk 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRijssen-Holten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels terugvordering afdeling Mens en Werk 2010
CiteertitelBeleidsregels terugvordering afdeling Mens en Werk 2010
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp
Externe bijlagetoelichting beleidsregels terugvordering afdeling Mens en Werk 2010

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet werk en bijstand
  2. Wet investeren in jongeren
  3. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
  4. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-03-201001-01-2013Onbekend

04-02-2010

Rijssens Nieuwsblad, 15 februari 2010

D2010008499

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels terugvordering afdeling Mens en Werk 2010

 

 

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1. Gebruikmaking van de wettelijke bevoegdheid

Burgemeester en wethouders maken gebruik van de bevoegdheid tot:

  • a.

    het herzien of intrekken van het toekenningsbesluit ingevolge artikel 54, lid 3 van de Wet werk en bijstand (WWB) en artikel 40, lid 3 van de Wet investeren in jongeren (WIJ).

  • b.

    het terugvorderen van ten onrechte verleende bijstand zoals neergelegd in de artikelen 58 tot en met 60 van de WWB en in de artikelen 54 tot en met 56 WIJ.

Hoofdstuk 2 Afzien van terugvordering

Artikel 2. Afzien van terugvordering

Burgemeester en wethouders besluiten tot het afzien van terugvordering indien:

  • a.

    het terug te vorderen bedrag lager is dan netto € 125,00 en er geen sprake is van schending van de informatieplicht;

  • b.

    hiertoe een dringende reden aanwezig is.

Hoofdstuk 3 Kwijtschelding

Artikel 3. Kwijtschelding wegens schuldenproblematiek

In afwijking van artikel 58 en 59 van de WWB en artikel 54 en 55 van de WIJ kunnen burgemeester en wethouders besluiten tot gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de teruggevorderde bijstand indien:

  • a.

    redelijkerwijs te voorzien is dat de belanghebbende niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden, en

  • b.

    redelijkerwijs te voorzien is dat een schuldregeling met betrekking tot alle vorderingen, behoudens de in artikel 4 onder b. bedoelde vorderingen, van de overige schuldeisers zonder een zodanig besluit niet tot stand zal komen, en

  • c.

    de vordering van de gemeente wegens teruggevorderde bijstand ten minste zal worden voldaan naar evenredigheid met de vorderingen van de schuldeisers van gelijke rang.

Artikel 4. Afzien van kwijtschelding wegens schuldenproblematiek

Van kwijtschelding als bedoeld in artikel 3 wordt afgezien indien:

  • a.

    de terugvordering van bijstand het gevolg is van verwijtbaar gedrag van de belanghebbende, of

  • b.

    de vordering wordt gedekt door pand of hypotheek op een goed of goederen, behoudens voor zover de vordering niet op die goederen verhaald kan worden.

Artikel 5. Inwerkingtreding van het besluit tot afzien van terugvordering wegens schuldenproblematiek

Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van terugvordering of tot het gedeeltelijk afzien van verdere terugvordering als bedoeld in artikel 3 treedt niet in werking voordat een schuldregeling tot stand is gekomen.

Artikel 6. Intrekking kwijtscheldingsbesluit schuldenproblematiek

Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van terugvordering of tot het gedeeltelijk afzien van verdere terugvordering als bedoeld in artikel 3 wordt ingetrokken, of ten nadele van de belanghebbende gewijzigd, indien:

  • a.

    niet binnen 12 maanden nadat dat besluit is bekend gemaakt, een schuldregeling tot stand is gekomen;

  • b.

    de belanghebbende zijn schuld aan de gemeente niet overeenkomstig de schuldregeling voldoet; of

  • c.

    onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een ander besluit zou hebben geleid.

Artikel 7. Kwijtschelding na het voldoen aan de betalingsverplichting

In afwijking van artikel 58 van de WWB en artikel 54 van de WIJ kunnen burgemeester en wethouders besluiten van terugvordering of van verdere terugvordering af te zien, indien de belanghebbende:

  • a.

    gedurende 5 jaar volledig aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan;

  • b.

    gedurende 5 jaar niet volledig aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan, maar het achterstallige bedrag over die periode, vermeerderd met de daarover verschuldigde wettelijke rente en de op de invordering betrekking hebbende kosten, alsnog heeft betaald, of

  • c.

    gedurende 5 jaar geen betalingen heeft verricht en niet aannemelijk is dat hij deze op enig moment zal gaan verrichten.

Artikel 8. Verkorting van de periode van voldoen aan betalingsverplichting

De in artikel 7 genoemde termijn is 3 jaar indien de terugvordering niet het gevolg is van het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting, bedoeld in artikel 65, lid 1 Abw, artikel 17, lid 1 WWB of artikel 44, lid 1 WIJ.

Artikel 9. Geen kwijtschelding in geval van pand en hypotheek

Kwijtschelding als bedoeld in artikel 7 vindt niet plaats ten aanzien van vorderingen welke door pand of hypotheek op een goed of goederen zijn gedekt, behoudens voorzover zij niet op die goederen verhaald kunnen worden.

Hoofdstuk 4 Invordering van teruggevorderde bijstand

Artikel 10. Inhoud terugvorderingsbesluit

In het terugvorderingsbesluit delen burgemeester en wethouders aan de belanghebbende mede:

  • a.

    tot welk bedrag en over welke periode de ten onrechte ontvangen bijstand wordt teruggevorderd;

  • b.

    de termijn, als bedoeld in artikel 4:87 Awb, waarbinnen de belanghebbende de ten onrechte ontvangen bijstand dient terug te betalen;

  • c.

    dat bij niet tijdige betaling aanmaningskosten in rekening worden gebracht;

  • d.

    dat er een mogelijkheid bestaat voor uitstel van betaling. Hieraan is wel de voorwaarde verbonden dat dit verzoek hiervoor schriftelijk wordt ingediend.

Artikel 11. Uitstel van betaling / betalingsregeling

  • 1.

    Indien de debiteur de vordering niet ineens kan betalen, kan hij op basis van artikel 4:94 Awb schriftelijk een verzoek indienen tot uitstel van betaling.

  • 2.

    Het college verbindt bij toekenning van het verzoek tot uitstel van betaling de voorwaarde dat er een betalingsregeling wordt opgelegd.

  • 3.

    Een betalingsregeling met een maandelijkse aflossing is mogelijk tot een ondergrens van € 5,00 per maand.

Artikel 12. Invordering

  • 1.

    Indien de debiteur na aanmaning (het restant) van de vordering niet tijdig betaalt wordt er een dwangbevel uitgevaardigd.

  • 2.

    De daadwerkelijke invordering vindt niet eerder plaats dan 5 werkdagen na de verzenddatum van het dwangbevel.

  • 3.

    De kosten van het dwangbevel bedragen 15% van de vordering, met een maximum van € 53,00, wordt jaarlijks geïndexeerd. De kosten van het dwangbevel komen voor rekening van de debiteur.

Artikel 13. Ten uitvoerlegging dwangbevel

Indien de belanghebbende binnen 5 werkdagen na de verzenddatum van het dwangbevel het bedrag niet of niet volledig heeft betaald, wordt het dwangbevel ten uitvoer gelegd met toepassing van de desbetreffende bepalingen genoemd in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

Hoofdstuk 5 Overige bepalingen

Artikel 14. Rente

De rente zoals bedoeld in afd. 4.4.2 van de Algemene wet bestuursrecht wordt niet in rekening gebracht.

Artikel 15. Brutering

  • 1.

    Loonheffing waarvoor de gemeente die de bijstand verstrekt krachtens de Wet op de loonbelasting 1964 inhoudingsplichtige is, alsmede de premie zorgverzekeringswet worden teruggevorderd, voorzover deze belasting en premies niet verrekend kunnen worden met de belastingdienst.

  • 2.

    Lid 1 is niet van toepassing indien de terugvordering is ontstaan als gevolg van het handelen van een medewerker van de gemeente Rijssen-Holten.

  • 3.

    Het college behoudt zich te allen tijde het recht om, in geval van dringende redenen, af te zien van een brutering van de terugvordering.

Artikel 16. Terugvordering op grond van door de afdeling Mens en Werk uit te voeren regelingen

De Beleidsregels terugvordering afdeling mens en Werk zijn van toepassing op terugvorderingen die voortvloeien uit de door de afdeling Mens en Werk uit te voeren regelingen, voorzover deze regelingen zelf geen terugvorderings- en terugbetalingsbepalingen bevatten.

Artikel 17. Inwerkingtreding

De Beleidsregels terugvordering Wet werk en bijstand 2006 worden ingetrokken met ingang van 1 maart 2010; de Beleidsregels terugvordering afdeling Mens en Werk treden met ingang van 1 maart 2010 in werking.