Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Oegstgeest

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Oegstgeest
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2012
CiteertitelVerordening afvalstoffenheffing 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De “Verordening afvalstoffenheffing 2011” wordt ingetrokken per 1 januari 2012.

Artikel 10 bevat een overgangsrecht.

De datum van heffing is 1 januari 2012.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet milieubeheer, art. 15.33

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-12-201101-01-2013nieuwe regeling

15-12-2011

Oegstgeester Courant, 20-12-2011

Onbekend.

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2012

De raad van de gemeente Oegstgeest;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 november 2011 nr. 131e/11;

gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2012

(VERORDENING AFVALSTOFFENHEFFING 2012)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

a.gebruik maken:gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer;
b.perceel:een onroerende zaak zoals aangemerkt in artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken.

Artikel 2 Aard van de belasting en belastbaar feit

  • 1. Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

  • 2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 3 Belastingplicht

De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De afvalstoffenheffing bedraagt per perceel per belastingjaar:

    a.voor percelen als bedoeld in artikel 1, waarvoor de verplichting geldt tot het gescheiden aanbieden van afvalstoffen middels één of meer uitgereikte minicontainers267,12
    b.voor overige percelen als bedoeld in artikel 1243,84
  • 2. Belastingaanslagen van € 5,-- of minder worden niet opgelegd. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van de op één aanslag verschuldigde bedragen voor belastingen of andere heffingen aangemerkt als één belastingaanslag.

Artikel 5 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 geldt dat, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 75,--, doch minder dan € 5.000,--, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens één maand later.

  • 3. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing.

Artikel 10 Overgangsrecht

De “Verordening afvalstoffenheffing 2011” van 4 november 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 11 Inwerkingtreding

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening afvalstoffenheffing 2012”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 15 december 2011.

voorzitter
griffier