Ondermandaatbesluit Domein Maatschappelijke Ontwikkeling

Algemeen

Artikel 1 Verlening ondermandaat/machtiging

• 1.

  De directeur van het Maatschappelijk Domein van de gemeente Zaanstad verleent aan de nader in de bijlage bij dit besluit genoemde functionarissen toestemming om in ondermandaat gebruik te maken van de in de bijlage genoemde bevoegdheden.

• 2.

  Het ondermandaat omvat de bevoegdheid tot het nemen van besluiten, voeren van correspondentie over, en alle andere daarbij behorende feitelijke en rechtshandelingen die nodig zijn met betrekking tot de toegekende bevoegdheden.

• 3.

  Hierbij geldt dat de directeur de bevoegdheden ook zelf kan blijven uitoefenen en/of dit besluit altijd direct kan wijzigen of intrekken.

• 4.

  De ondergemandateerde dient bij de uitoefening van de hem toegekende bevoegdheden binnen de kaders te blijven van de wet, het gemeentelijk beleid en de besluiten van het GMT en de directeur.

Artikel 2 Uitsluitingen

• 1.

  Dit ondermandaat is niet van toepassing:

  • a.

    zaken die politiek of bestuurlijk gevoelig liggen;

  • b.

    zaken waarvan een lid van het college – de burgemeester als zodanig daaronder mede begrepen- te kennen heeft gegeven dat hij op grond van politieke of bestuurlijke overwegingen van oordeel is dat hij het nemen van een besluit daarover aan zich dient te trekken;

  • c.

    kwesties waarin de directeur dat heeft bepaald;

  • d.

    zaken die een beslissing vergen die zou afwijken van een advies waarvan het inwinnen ingevolge wettelijke voorschrift dan wel ingevolge een gemeentelijke richtlijn verplicht is;

  • e.

    zaken die een beslissing vergen die leidt tot overschrijding van het voor deze beslissing(-en) aan de gemandateerde beschikbaar staande budget;

  • f.

    beslissingen om de raad een voorstel te doen;

  • g.

    zaken die de vaststelling van algemeen verbindende voorschriften of beleidsregels vergen, tenzij het regels betreffen ten aanzien van de ambtelijke organisatie met uitzondering van de organisatie van de griffie;

  • h.

    zaken die het nemen van een besluit vergen waarvoor is bepaald dat dit genomen moet worden met versterkte meerderheid of waarvan de aard van de bevoegdheid zich verzet tegen het nemen van een besluit krachtens mandaat;

  • i.

    besluiten die wettelijk onderworpen zijn aan goedkeuring.

  • j.

    zaken die een beslissing vergen die zou afwijken van het tot dan toe door het gemeentebestuur gevoerde beleid.

• 2.

  In de gevallen dat één of meer van de bovengenoemde uitzondering van toepassing is dan wel de ondergemandateerde hier twijfels over heeft wordt het besluit of de afdoening van de zaak aan de directeur voorgelegd.

Artikel 3 Volmacht, machtiging

Voor de toepassing van dit besluit wordt, op grond van artikel 15 van het Organisatiebesluit, met ondermandaat gelijkgesteld de verlening van volmacht en machtiging.

Artikel 4 Ondertekeningsmandaat

1.Aan het ondermandaat is gekoppeld het ondertekeningmandaat om uit de toepassing van de bevoegdheden voortvloeiende besluiten en (vaststellings)overeenkomsten te ondertekenen.

Artikel 5            Waarneming bij afwezigheid/vervanging

• 1.

  In geval van verhindering of ontstentenis van de directeur komt het aan hem verleende mandaat toe aan een door hem aan te wijzen sectorhoofd.

• 2.

  In geval van verhindering of ontstentenis van een sectorhoofd komt het in artikel 1 verleende ondermandaat toe aan het door hem als vervangend sectorhoofd aangewezen sectorhoofd, alsmede aan de daartoe door de directeur expliciet als plaatsvervanger aangewezen functionaris(-sen).

• 3.

  afdelingshoofden, of daarmee vergelijkbare functies zoals programmamanagers/gebiedsmanagers, en teamleiders binnen dezelfde sector kunnen elkaar in voornoemde omstandigheden onderling vervangen met schriftelijke toestemming van het betreffende hoofd van de sector.

• 4.

  Degene die een functie waarneemt heeft op dat moment de bevoegdheden die aan die functie zijn verbonden en is, alleen in het geval van waarneming, bevoegd om over de budgetten van deze functionaris te beschikken.

• 5.

  Indien zowel een van de onder 3 genoemde functionarissen als ook zijn/haar vervanger afwezig is, kan de directeur het verleende mandaat toekennen aan een andere door hem aan te wijzen vervanger.

• 6.

  Degene die de functie waarneemt dient een functionaris van de Gemeente Zaanstad te zijn.

• 7.

  De directeur kan schriftelijk besluiten van deze regeling af te wijken.

Artikel 6 Personeelsaangelegenheden

De bevoegdheden van de directeur Maatschappelijk Domein op het vlak van personeelsaangelegenheden zijn opgenomen in de P-bijlage.

Artikel 7 Ondertekening besluiten

1.Besluiten die in ondermandaat worden genomen worden voorzien van de volgende ondertekeningsformule:

Hoogachtend,

namens burgemeester en wethouders van Zaanstad,

functienaam,

mw./dhr., titel, voorletter(s), naam functionaris

Voorbeeld:

Hoogachtend,

namens burgemeester en wethouders van Zaanstad,

hoofd afdeling Juridische Zaken,

mw. mr. N. Zeef

2.In de gevallen, waarin een gevolmachtigde gebruik maakt van zijn volmacht, tekent de gevolmachtigde. In die gevallen worden de betreffende stukken voorzien van de volgende ondertekeningsformule:

Voor zover het een bevoegdheid van de burgemeester betreft:

Hoogachtend,

namens de burgemeester van Zaanstad,

functienaam,

mw/dhr., titulatuur, voorletters, naamfunctionaris

Artikel 8 Inwerkingtreding

• 1.

  Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2012 en vervangt alle eerdere (partiële) ondermandaatbesluiten die betrekking hebben op onderstaande bevoegdheden. Andere specifieke (onder)mandaatbesluiten zijn niet ingetrokken en blijven onverkort van kracht.

• 2.

  Dit besluit zal worden bekendgemaakt door het plaatsen daarvan in het Gemeenteblad en de CVDR.

Zaanstad,

D.Stuurman CPC

Bijlage I behorende bij ondermandaatbesluit Maatschappelijk Domein

Bijlage Personele Besluiten (P) behorende bij ondermandaatbesluit Maatschappelijk Domein

Toelichting per artikel

Het ondermandaatbesluit bestaat uit drie delen. Er is een algemeen gedeelte (artikel 1 t/m 8) dat geldt voor alle verleende ondermandaten. Daarnaast maken de twee bijlagen (I en II) integraal onderdeel uit van dit Ondermandaatbesluit, welke bepalingen gelden voor specifieke functionarissen aan wie bevoegdheden zijn gemandateerd.

Artikel 1 - Ondermandaat

Ondermandaat geschiedt namens de directeur Maatschappelijk Domein. De directeur ontleent zijn bevoegdheden aan het Organisatiebesluit Zaanstad. Een kenmerk van mandaat is dat de mandaatgever, in dit geval de directeur, altijd zelfstandig bevoegd blijft en het verleende ondermandaat kan intrekken. Vanzelfsprekend dient de ondergemandateerde binnen de wettelijke- en beleidskaders en besluiten van het Gemeentelijk Management Team (GMT) en het managementteam van het Domein Bedrijfsvoering te blijven bij de uitoefening van de bevoegdheid.

Artikel 2 - Uitsluitingen

Indien zich een uitsluitinggrond voordoet, dan geldt het ondermandaatbesluit niet en kan het mandaat dus niet worden uitgeoefend. Dit betekent dat er een besluit nodig is van degene die de primaire bevoegdheid bezit, zijnde de directeur Maatschappelijk Domein. Deze kan vervolgens beslissen dat het primair bevoegde bestuursorgaan - afhankelijk van de kwestie - het college en/of de burgemeester, in deze betreffende zaak een besluit dient te nemen. Er is voor gekozen om alle uitsluitingen die zijn genoemd in het Organisatiebesluit Zaanstad en de bevoegdheden voorbehouden aan de gemeentesecretaris, over te nemen in het ondermandaatbesluit. Dit maakt het ondermandaatbesluit zelfstandig leesbaar.

Artikel 3 - Volmacht, machtiging

Naast publiekrechtelijke rechtshandelingen bestaan er tevens privaatrechtelijke rechtshandelingen en feitelijke handelingen. De bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan een privaatrechtelijke handeling te verrichten heet een volmacht. Onder een machtiging wordt verstaan de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn. Te denken valt hierbij aan het doen van betalingen die voortvloeien uit een reeds aangegane financiële verplichting; het voeren van correspondentie met een informatief karakter etc. Er is door middel van artikel 15 van het Organisatiebesluit Zaanstad een schakelbepaling opgenomen, zodat dit ondermandaatbesluit voor al deze vormen van vertegenwoordiging geldt.

Artikel 4 - Ondertekeningsmandaat

Bij mandaat zijn twee stappen te onderscheiden. Er is het beslissingsmandaat waarbij een functionaris de bevoegdheid krijgt overgedragen om een bepaald besluit te nemen, bijvoorbeeld het wel of niet verlenen van een vergunning. Daarnaast is er het ondertekeningsmandaat, waarbij een functionaris de bevoegdheid krijgt om het genomen besluit te ondertekenen.

Artikel 6 - Personeelsaangelegenheden

De bevoegdheden van de directeur Maatschappelijk Domein op personeelsaangelegenheden zijn opgenomen in de P-bijlage (Bijlage II). Het ondermandaat wordt gegeven aan de functionaris zoals is aangekruist in de tabel. In de tabel worden de ondermandaten vastgesteld aan de hand van de inhoud van de kolommen en rijen in de P-bijlage, die bij het Maatschappelijke Domein passen. In regelingen functioneren en beoordelen is vastgelegd op welke wijze de P-bevoegdheden t.a.v. RGA, functioneren en beoordelen worden uitgevoerd.

Artikel 7 - Ondertekeningsclausule

De ondertekeningsclausule is integraal overgenomen uit het Organisatiebesluit Zaanstad.