Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Loppersum

Verordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLoppersum
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2012
CiteertitelVerordening brandweerrechten 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpBelastingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 229, lid 1 aanhef en onderdelen a en b

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201201-01-2013Nieuwe regeling

07-11-2011

Ommelander Courant, datum onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

"VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN BRANDWEERRECHTEN 2012".

De raad van de gemeente Loppersum;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 oktober 2011;

gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

"VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN

BRANDWEERRECHTEN 2012".

Artikel 1 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam "brandweerrechten" worden geheven:

    • a.

      rechten voor het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde bezittingen van de gemeentelijke brandweer of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeentelijke brandweer in beheer of in onderhoud zijn;

    • b.

      rechten voor het genot van door de gemeentelijke brandweer verstrekte diensten.

  • 2.

    Geen rechten als bedoeld in het eerste lid worden geheven ter zake van:

    • a.

      het voorkomen, beperken en bestrijden van brand;

    • b.

      het beperken van brandgevaar;

    • c.

      het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand;

    • d.

      al hetgeen met de onderdelen a, b en c verband houdt;

    • e.

      het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand;

    • f.

      de bestrijding en beperking van rampen, als bedoeld in de Wet Veiligheidsregio.

Artikel 2 Belastingplicht

Belastingplichtig is:

  • 1.

    degene die gebruik maakt van de bezittingen, werken of inrichtingen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a;

  • 2.

    degene die een dienst aanvraagt dan wel degene te wiens behoeve een dienst is verleend, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt, tenzij anders is aangegeven, een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 4 Belastingjaar

Voorzover in de bij deze verordening behorende tarieventabel tarieven zijn opgenomen die per jaar worden geheven, is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.

  • 1.

    De rechten waarop artikel 4 van toepassing is, zijn verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, zijn de rechten, in zoverre in afwijking van artikel 3, tweede lid, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor de dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.

  • 4.

    Belastingbedragen van minder dan € 10,00 worden niet geheven. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van op een aanslagbiljet verenigde verschuldigde bedragen aangemerkt als één belastingbedrag.

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1.

    De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

  • 2.

    Indien zich ten aanzien van eenzelfde belastingplichtige meerdere belastbare feiten voordoen, kunnen de rechten terzake daarvan worden geheven door middel van één gedagtekende schriftelijke kennisgeving.

Artikel 7 Termijn van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald op het moment van uitreiking van de in artikel 6 bedoelde kennisgeving, danwel ingeval van toezending daarvan binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijn.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van brandweerrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten

Artikel 10 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1.

    De "Verordening brandweerrechten 2011" van 15 november 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het in het voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing van de brandweerrechten in die periode plaatsvindt.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de "Verordening brandweerrechten 2012".

Vastgesteld in de openbare vergadering

van de raad van de gemeente Loppersum,

gehouden op 7 november 2011, nr. 5.

De raad voornoemd,

R.S. Bosma, griffier. A. Rodenboog, voorzitter.

TARIEVENTABEL

behorende bij de Verordening Brandweerrechten 2012.

Algemeen

Alle in deze verordening opgenomen tarieven zijn exclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.

 

Hoofdstuk 1 Wacht- en controlediensten

1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

1.1.1

Het verrichten van wacht- en waakdiensten: per personeelslid, per uur

€32,90

1.1.2

Het houden van inspectie van gebouwen, per mensuur

met dien verstande, dat in enig kalenderjaar voor de eerste inspectie, hetzij gevraagd, hetzij ongevraagd, geen rechten verschuldigd zijn;

€32,90

1.1.3

Het uitrukken voor een automatische brandmelding veroorzaakt door

onoplettendheid of een foutieve handeling met dien verstande dat per kalenderjaar voor de eerste twee uitrukken naar een object geen rechten verschuldigd zijn

€265,80

1.1.4

Het verlenen van bijstand op aanvraag van derden, het tarief bedoeld onder 1.1.1 van deze tabel met een minimum van 1,5 uur per personeelslid.

 

Hoofdstuk 2 Behandeling brandslangen

2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

2.1.1

het reinigen, persen, drogen en controleren van brandweerslangen, per slang

 

€15,10

2.1.2

het behandelen van brandslangkoppelingen, per slang

€15,10

 

Hoofdstuk 3 Beschikbaar stellen van brandblusmiddelen

3.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aavraag tot het beschikbaar stellen c.q. huren van:

 

3.1.1

een brandslang per meter per dag

(voor het eventueel nadien reinigen en herstellen van de gebruikte slangen, gelden de in hoofdstuk 2 vermelde tarieven)

€2,20

3.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beschikbaar stellen c.q. huren van:

 

3.2.1

een blustoestel (exclusief vulling), per dag

€17,10

3.2.2

een blustoestel (exclusief vulling), per weekend

€23,85

 

Hoofdstuk 4 Verrichtingen ten behoeve van de adembescherming

4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

4.1.1

het controleren van persluchttoestelllen, per toestel:

€37,40

Hoofdstuk 5 Materiële diensten

5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verrichten van diensten, per gebruiksuur, met een:

 

5.1.1

auto en motorspuit

Voor de chauffeur en de bezetting van het voertuig worden afzonderlijke kosten per personeelslid, per uur in rekening gebracht overeenkomstig de tarieven als bedoeld onder 1.1 van deze tabel.

€76,80

5.1.2

manschappenwagen

Voor de chauffeur en de bezetting van het voertuig worden afzonderlijke kosten per personeelslid, per uur in rekening gebracht overeenkomstig de tarieven als bedoeld onder 1.1 van deze tabel.

€34,65

Hoofdstuk 6 Overige diensten

6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

6.1.1

de dienstverlening bij toegangverschaffing van een perceel, per

dienstverlening, inclusief het voertuig, chauffeur en de bezetting

van het voertuig

€40,95

6.1.2

het verlenen van hulp of bijstand ter afwending, respectievelijk ter

beperking van ingevolge storm, wind, wateroverlast, dan wel een andere oorzaak, dreigende of ontstane schade, inclusief het voertuig, chauffeur en de bezetting van het voertuig:

€132,35

6.1.3

het reinigen van een verontreinigd wegdek (exclusief

de te gebruiken schoonmaakmiddelen), per uur

€265,25

Behoort bij raadsbesluit van 7 november 2011, nr. 5.

De griffier van Loppersum,

R.S. Bosma.