Overheidsorganisatie | Provincie Gelderland |
---|---|
Officiële naam regeling | Regels subsidieverstrekking jeugdzorg Gelderland 2011 |
Citeertitel | Regels subsidieverstrekking jeugdzorg Gelderland 2011 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | subsidies, jeugdzorg |
Geen.
Subsidieverordening jeugdzorg Gelderland 2011, artikel 2, lid 1
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-12-2012 | 01-01-2012 | 14-02-2014 | Wijziging | 18-12-2012 Provinciaal Blad, 2012/208 | zaaknummer 2012-021420 |
09-12-2011 | 26-01-2015 | Nieuwe regeling | 06-12-2011 Provinciaal Blad nr. 2011/178 | zaaknummer 2011-010847 |
GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND
Gelet op artikel 2, eerste lid, van de Subsidieverordening jeugdzorg Gelderland 2011;
BESLUITEN
Vast te stellen de volgende (gewijzigde) regeling: Regels subsidieverstrekking jeugdzorg Gelderland 2011
In deze regeling wordt verstaan onder:
wet: Wet op de jeugdzorg;
Awb: Algemene wet bestuursrecht;
AsG: Algemene subsidieverordening Gelderland 1998;
verordening: Verordening subsidieverstrekking jeugdzorg Gelderland 2011;
taken: taken van de stichting als bedoeld in hoofdstuk III, paragraaf 2 van de wet;
normbedragen: zoals vastgesteld in de Regeling normbedragen jeugdzorg;
Instroom: aantal met zorg gestarte unieke nieuwe Gelderse jeugdigen in één subsidiejaar, waarbij een jeugdige als nieuw wordt beschouwd indien deze in de voorafgaande 180 dagen bij dezelfde zorgaanbieder geen provinciaal gefinancierde jeugdzorg heeft ontvangen, en een jeugdige als Gelders wordt beschouwd als hij in het bezit is van een geldig indicatiebesluit van BJz Gelderland.
uitstroom: aantal jeugdigen waarbij alle vormen van geïndiceerde jeugdzorg zijn beëindigd in één subsidiejaar en die niet op een wachtlijst staan bij dezelfde zorgaanbieder;
bekostigingseenheden: de kleinste eenheid van zorg die van belang is voor de bekostiging, zoals vermeld in bijlage 2;
stichting: de stichting die een bureau jeugdzorg, als bedoeld in artikel 4 van de wet, in stand houdt;
zorgaanbieder: een aanbieder van jeugdzorg, als bedoeld in artikel 18 van de wet;
steunfunctie: een steunfunctie, als bedoeld in artikel 1 van de wet;
vertrouwenspersoon: een vertrouwenspersoon, als bedoeld in artikel 1 van de wet;
Onverminderd artikel 5 van de verordening kunnen zorgaanbieders die geen subsidie van de provincie Gelderland hebben ontvangen in het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft voor subsidie in aanmerking komen die een:
capaciteit hebben voor minimaal 30 cliënten;
aantoonbare meerwaarde hebben ten opzichte van het bestaande aanbod, hetgeen uit een positief advies van de stichting blijkt, en
solvabiliteit hebben van minimaal 10% blijkens de bij de aanvraag ingediende jaarrekening.
Onverminderd artikel 2.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de AsG gaat de begroting vergezeld van een risicoparagraaf en een meerjarenbegroting.
Onverminderd het bepaalde in artikel 4:80 van de Awb bevat het activiteitenverslag een verantwoording van de bezoldiging van bestuurders en toezichthouders.
1 Onverminderd artikel 4:62 van de Awb splitst de stichting in het activiteitenplan taken als bedoeld in artikel 10, eerste lid, aanhef en onder a tot en met d, van de wet uit naar capaciteit vermenigvuldigd met het normbedrag.
2 In het activiteitenplan worden de overige taken beschreven.
Onverminderd artikel 3, eerste lid, van de verordening wordt de subsidie aan de stichting voor de taken als bedoeld in artikel 10, eerste lid, aanhef en onder a tot en met d, van de wet bepaald door het normbedrag te vermenigvuldigen met de gemiddelde capaciteit op de eerste van iedere maand van het jaar waarop de subsidie betrekking heeft.
Onverminderd de artikelen 4:61 en 4:64 van de Awb gaat de subsidieaanvraag van een zorgaanbieder vergezeld van:
een sluitende exploitatiebegroting op grond van de kostencategorieën van bijlage 1;
een productieformat op grond van bijlage 2, dat voorzien is van een toelichting, en
een opgave van de instroom, uitstroom, verwachte doorlooptijden en aantal cliënten in zorg per 1 januari van het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.
1 Onverminderd artikel 3, eerste lid, van de verordening wordt de subsidie voor zorgaanbieders bepaald door het tarief per instroom te vermenigvuldigen met de instroom van het subsidiejaar.
2 Het tarief per instroom wordt bepaald door het tarief per bekostigingseenheid te vermenigvuldigen met het aantal bekostigingseenheden van het subsidiejaar en de uitkomst hiervan te delen door de instroom.
3 Indien de verwachte instroom als bedoeld in het eerste lid minder dan 20 zal bedragen, kan in de beschikking tot subsidieverstrekking van het eerste lid worden afgeweken door de subsidie te bepalen door het tarief per bekostigingseenheid te vermenigvuldigen met het aantal bekostigingseenheden.
4 De subsidie wordt geweigerd indien het tarief per bekostigingseenheid meer dan 10% hoger is dan het voorgaande subsidiejaar.
5 In bijzondere gevallen kan van het vierde lid worden afgeweken.
1 Onverminderd artikel 4:75, tweede lid, van de Awb bevat de aanvraag tot vaststelling van de zorgaanbieder een jaarrekening die:
is opgesteld op grond van de kostencategorieën van bijlage 1;
een verantwoording bevat van de werkelijk gerealiseerde instroom;
een verantwoording bevat van het productieformat als bedoeld in artikel 7, aanhef en onder b, en
is voorzien van een accountantsverklaring die onverminderd artikel 4:78 van de Awb met toepassing van het Controleprotocol Jeugdzorg provincie Gelderland is opgesteld.
2 Onverminderd het bepaalde in artikel 4:80 van de Awb bevat het activiteitenverslag een verantwoording van de:
cliënttevredenheid;
gerealiseerde hulpverleningsdoelen, en
redenen voor beëindiging van zorg per cliënt.
Overheveling van bekostigingseenheden van een zorgaanbieder naar een andere zorgaanbieder behoeft de instemming van Gedeputeerde Staten en geschiedt slechts na overleg met de stichting.
Het bepaalde in deze paragraaf is van toepassing op subsidieverstrekking ten behoeve van bekostigingseenheden.
1 Indien de uitkering bedoeld in hoofdstuk VI, paragraaf 1, van de wet wordt verhoogd door indexering op grond van de overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling, dan wordt met inachtneming van artikel 3, tweede lid, van de verordening de subsidie verhoogd met:
het percentage van de overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling ten behoeve van de loonontwikkeling over het loongevoelige gedeelte van de normbedragen dan wel van het verleende subsidiebedrag;
het percentage van de overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling ten behoeve van de prijsontwikkeling over het prijsgevoelige gedeelte van de normbedragen dan wel van het verleende subsidiebedrag.
2 Het loongevoelige gedeelte van het normbedrag dan wel van het verleende subsidiebedrag bedraagt 80%, tenzij bij besluit van de minister anders is bepaald.
3 Het prijsgevoelige gedeelte van het normbedrag dan wel van het verleende subsidiebedrag bedraagt 15%, tenzij bij besluit van de minister anders is bepaald.
4 Het eerste lid is niet van toepassing op subsidies ten behoeve van pleegouders.
1 De subsidie-ontvanger vormt een egalisatiereserve als bedoeld in artikel 4:72 van de Awb.
2 De egalisatiereserve wordt slechts aangewend ten behoeve van activiteiten die overeenkomen met het doel van de subsidie waaruit de egalisatiereserve is gevormd.
3 De egalisatiereserve bedraagt niet meer dan 10% van het vastgestelde boekjaarsubsidiebedrag over hetzelfde subsidiejaar. Indien deze egalisatiereserve meer dan 10% bedraagt, wordt het meerdere bij de vaststelling voor het betreffende boekjaar afgetrokken.
4 De egalisatiereserve komt niet eerder negatief te staan dan voordat het overige beschikbare eigen vermogen is aangewend. Indien de egalisatiereserve negatief komt te staan, wordt in de toelichting op de balans gemotiveerd weergegeven hoe deze weer positief wordt gemaakt.
Behoudens artikelen 4, 12 en 13 is deze regeling niet van toepassing op instellingen die een steunfunctie uitvoeren of werkzaamheden verrichten bestaande uit het ter beschikking stellen van een vertrouwenspersoon.
Indien er nadelige financiële effecten van overwegende aard voor de zorgaanbieders optreden zijn Gedeputeerde Staten in het kader van de vaststelling van de subsidie bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 8 eerste lid.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst, met dien verstande dat artikel 2 en artikel 8, vierde en vijfde lid, van toepassing zijn op subsidieaanvragen die betrekking hebben op het subsidiejaar 2013 en later.
Deze regeling wordt aangehaald als: Regels subsidieverstrekking jeugdzorg Gelderland 2011.
Gedeputeerde Staten van Gelderland
Salariskosten | |
411100 | Pedagogisch medewerker A |
411200 | Pedagogisch medewerker B |
411300 | Gedragswetenschapper / behandelcoördinator |
411400 | Vak-HBO'er |
411500 | Arts / psychiater |
411600 | Gastvrouw |
411700 | Ambulante hulpverlener A |
411800 | Ambulante hulpverlener B |
411900 | Begeleider Pleegzorg |
412100 | Gezinshuisouder |
412200 | Leidinggevende C |
412300 | Leidinggevende D |
412400 | Educatiemedewerker |
412500 | Activiteitenbegeleider |
413000 | Stagiaires |
414000 | Niet-direct zorgverlenende functies (= overhead) |
415000 | Vakantietoeslag |
416000 | Eindejaarsuitkering |
417000 | ORT, overwerk en bereikbaarheidsvergoeding |
418000 | Ontvangen ziekengelden |
419000 | Dotatie personeelsvoorzieningen en -verplichtingen |
Sociale Lasten | |
420000 | Sociale Lasten |
428000 | Dotatie voorzieningen sociale lasten |
Overige personeelskosten | |
431000 | Inhuur Personeel |
432000 | Reiskosten Woon-werk |
433000 | Studiekosten |
434000 | Kosten Kinderopvang, burnout en employability |
435000 | Kosten Arbodienst |
436000 | Kosten Werving en Selectie |
437000 | Gratificaties en incidentele toeslagen |
438000 | Dotatie voorzieningen personeelskosten |
439000 | Overige personeelskosten |
Apparaatskosten | |
441100 | Bestuurskosten |
441200 | Vergader- en representatiekosten overige |
441300 | Kosten OR |
442100 | Telefoonkosten en overige communicatiekosten |
442200 | Portokosten |
442300 | Kosten Drukwerk- en reproductie |
443000 | Kantoorbenodigdheden |
444100 | Bijdragen, lidmaatschappen en vakliteratuur |
444200 | Kosten PR |
445000 | Niet gebouwgebonden kosten belastingen en verzekeringen |
446100 | Accountantskosten |
446200 | Advieskosten |
446300 | Administratie- en bankkosten |
446400 | Kosten Administratieve Diensten door Derden |
447100 | Afschrijvingskosten Vervoersmiddelen |
447200 | Huur en leasing Vervoersmiddelen |
447300 | Overige kosten Vervoersmiddelen |
447400 | Kosten dienstreizen |
448000 | Overige rentelasten |
449000 | Overige Apparaatskosten |
Automatiseringskosten | |
451000 | Afschrijvingskosten Automatisering |
452000 | Huur en leasing Automatisering |
459000 | Overige Automatiseringskosten |
Huisvestingskosten | |
461100 | Onderhoudskosten |
461200 | Dotatie voorziening groot onderhoud |
461300 | Bouwkundige advisering |
462000 | Aanschaf klein inventaris en inrichtingskosten |
463000 | Energiekosten (gas, water, elektriciteit) |
464100 | Verzekeringskosten Gebouwgebonden |
464200 | Belastingkosten Gebouwgebonden |
465000 | Schoonmaakkosten |
466100 | Huur en leasing Terreinvoorzieningen |
466200 | Huur en leasing Installaties |
466300 | Huur en leasing Inventaris |
466400 | Huur en leasing Gebouwen |
467100 | Afschrijvingskosten Immateriële vaste activa |
467200 | Afschrijvingskosten Terreinvoorzieningen |
467300 | Afschrijvingskosten Inventaris |
467400 | Afschrijvingskosten Installaties |
467500 | Afschrijvingskosten Verbouwingen |
467600 | Afschrijvingskosten Gebouwen |
468100 | Rentelasten huisvesting |
468200 | Dotatie overige voorzieningen huisvestingskosten |
469000 | Overige huisvestingskosten |
Verzorgingskosten | |
471000 | Voedingskosten |
472000 | Kosten persoonlijke verzorging |
473000 | Medische kosten |
474100 | Pleegzorgvergoedingen |
474200 | Vergoeding gastgezinnen |
474300 | Zak- en Kleedgeld |
475000 | Kosten onderwijs |
476000 | Kosten activiteiten |
477000 | Vervoerskosten cliënten |
479000 | Overige verzorgingskosten |
Opbrengsten | |
810000 | AWBZ vergoedingen |
821000 | Provinciale subsidie |
822000 | Provinciale subsidie incidentele wachtlijstmiddelen |
823000 | Provinciale subsidie projecten |
824000 | Overige provinciale subsidies |
831000 | Subsidies gemeenten |
832000 | Subsidies gemeentelijke projecten |
833000 | Overige subsidies gemeenten |
840000 | Subsidie ministerie van VWS |
850000 | Subsidie ministerie van Justitie |
860000 | Overige subsidies |
871000 | Rente opbrengsten |
872000 | Detacheringsopbrengsten |
873000 | Overige opbrengsten uit geleverde diensten aan derden |
874000 | Huuropbrengsten |
875000 | Kantine-opbrengsten |
876000 | Opbrengsten uit schenkingen/legaten |
877000 | Opbrengsten uit sponsoring |
878000 | Eigen bijdrage jeugdigen |
890000 | Overige opbrengsten |
Bijlage bij subsidieverstrekking (jaar)
P*Q uitgedrukt in zorgaanspraken, totaal activiteiten
Naam instelling :
Zorgaanspraken | Bekostigingseenheden | Omschrijving bekostigingseenheden | Kostprijs per bekostigingseenheid | aantal bekostigingseenheden | totaal subsidie aanvraag |
1. jeugdhulp thuis, individueel | JH2-A JH3-A JH4 | Ambulant spec.jeugdhulp Ambulant ther. Jeugdhulp Jeugdhulp crisis Totaal | € € € € | € € € € | |
2. jeugdhulp op accommodatie zorgaanbieder, individueel | JH2-B JH3-B | Spec.jeugdhulp Therapeutisch jeugdhulp Totaal | € € € | € € € | |
3. jeugdhulp op accommodatie zorgaanbieder, groep | JH2-C JH2-D JH3-C | Spec. groepshulp Spec. groepshulp zwaar Therapeutische groepshulp Totaal | € € € € | € € € € | |
4. verblijf zorgaanbieder 24 uurs | VF2 VF3 VF4 VF5 VF6 VF7 VF8 VF9 | Behandelgrp kamertraining Behandelgrp gezinshuis licht Behandelgrp gezinshuis Behandelgroep fasehuis Behandelgroep Behandelgroep zwaar Behandelgroep crisis Gesloten behandelgroep Totaal | € € € € € € € € € | € € € € € € € € € | |
5. verblijf zorgaanbieder deeltijd | VF1 | Dagbehandeling | € | € | |
6. verblijf pleegouder deeltijd | PL1 | Deeltijd pleegzorg | € | € | |
7. verblijf pleegouder 24 uurs | PL2 | 24-uurs pleegzorg | € | € | |
8. Observatiediagnostiek | OD | Observatiediagnostiek | € | € | |
Totaal | Subsidieaanvraag | € |
In de subsidieaanvraag (jaar) is begrepen*
huisvestingskosten | € |
vervoerskosten | € |
pleegoudervergoedingen | € |
*Specificaties in de begroting opnemen.
Algemene toelichting
Op 4 oktober 2011 is de Subsidieverordening jeugdzorg Gelderland 2011 (hierna: verordening) bekend gemaakt in het Provinciaal Blad (2011/136) en een dag later in werking getreden. Deze verordening stelt het kader voor de subsidiëring van de voorzieningen voor jeugdzorg en is van toepassing op subsidies die betrekking hebben op het subsidiejaar 2012 en later. Op grond van deze verordening kunnen Gedeputeerde Staten regels vaststellen ten behoeve van de uitvoering hiervan.
Op de subsidievertrekking binnen jeugdzorg is eveneens de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 van toepassing. Deze bevat algemene regels hieromtrent. Deze is van toepassing voor zover de Subsidieverordening jeugdzorg Gelderland 2011 niet anders heeft bepaald. De Regels subsidieverstrekking jeugdzorg Gelderland 2011 is weer een verdere uitwerking van het subsidieproces. Deze regels dienen wel in lijn te zijn met voormelde verordeningen. In de regels kan niet van de verordeningen worden afgeweken. De Regels subsidieverstrekking jeugdzorg Gelderland 2011 zijn grotendeels gelijk aan de Nadere regels subsidieverordening jeugdzorg provincie Gelderland 2010. De belangrijkste wijziging is de wijze waarop de subsidie aan zorgaanbieders wordt berekend. Deze zal voortaan gebeuren op basis van instroom.
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 2, aanhef en onder c Solvabiliteit wordt berekend door het eigen vermogen te delen door het balanstotaal.
Artikel 3 Deze bepaling is een nadere specificatie van artikel 2.1, tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998. De begroting dient een risicoparagraaf te bevatten. In deze paragraaf worden alle voorzienbare risico’s opgenomen, toegelicht en gekwantificeerd, die van materiële betekenis kunnen zijn voor de (financiële) positie van de instelling. Waar mogelijk wordt ook een oplossingsrichting aangegeven.
Artikel 6 Hierin wordt bepaald op welke wijze de subsidie wordt berekend voor de taken bedoeld in artikel 10, eerste lid, aanhef en onder a tot en met d, van de Wet op de jeugdzorg, de zogenaamde ‘justitiële taken’. Subsidie ten behoeve van de overige taken die door bureau jeugdzorg worden uitgevoerd worden conform de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 verstrekt.
Artikel 8, lid 3 In deze bepaling is de wijze van subsidiëring van zorgaanbieders met betrekking tot bekostigingseenheden geregeld. Hierbij staat centraal de instroom. Door deze te vermenigvuldigen met het tarief per instroom wordt de subsidie berekend. In de praktijk komt het voor dat bepaalde zorgaanbieders, met name de landelijk werkende instellingen, in een gegeven kalenderjaar geen of onvoldoende instroom realiseren. Dit komt mede door lange doorlooptijden van zorgbehoevende bij deze instellingen alsmede een teruglopende capaciteit. Om subsidieverstrekking in deze gevallen mogelijk te maken kan wanneer de verwachte instroom lager is dan 20 in de beschikking tot subsidieverstrekking worden bepaald dat de subsidie wordt berekend door het tarief per bekostigingseenheid te vermenigvuldigen met het aantal bekostigingseenheden.
Artikel 8, lid 4 Deze bepaling gaat op grond van artikel 15 pas gelden vanaf het subsidiejaar 2013. Vanaf dan zal de subsidie worden geweigerd indien het tarief per bekostigingseenheid meer dan 10% hoger is ten opzichte van het voorgaande subsidiejaar. Concreet betekent dit voor 2013 dat de subsidie zal worden geweigerd indien het tarief per bekostigingseenheid meer dan 10% hoger is dan die van 2012.
Artikel 10 Het is voor het bureau jeugdzorg van belang te kunnen volgen wat er met zijn indicatie gebeurt. De provincie moet zicht houden op met welke zorgaanbieders welke subsidies moeten worden vastgesteld. Een overheveling van capaciteit van een zorgaanbieder naar een andere zorgaanbieder krijgt vorm door wijziging van het desbetreffende besluit tot subsidieverlening.
Artikel 11 Hierin wordt bepaald dat paragraaf 4 slechts van toepassing is op de subsidiëring van bekostigingseenheden. De subsidiëring van andere activiteiten van zorgaanbieders geschiedt in overeenstemming met de Subsidieverordening jeugdzorg Gelderland 2011 en de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998.
Artikel 14 De wijze van subsidiëring van instellingen die een steunfunctie uitvoeren of werkzaamheden verrichten bestaande uit het ter beschikking stellen van een vertrouwenspersoon vallen grotendeels buiten de werking van deze regels. Hierop zijn de algemene regels van de Subsidieverordening jeugdzorg Gelderland 2011 en de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 van toepassing. Slechts de bepalingen omtrent de inhoud van het activiteitenverslag, indexering en vermogensvorming zijn van toepassing op deze instellingen.