Organisatie | Gennep |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting 2012 |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | toerisme, economie, op vakantie, financiën, |
De wijzigingsbesluiten bevatten
1. overgangsrecht
2. de datum van ingang van de heffing
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-12-2014 | 01-01-2016 | Wijziging art. 8, art. 11 | 15-12-2014 | 162954 | |
18-12-2013 | 26-12-2014 | Wijziging art. 8 | 09-12-2013 Gemeenteblad, nr. 2013-30 | 2013/4210 | |
15-12-2012 | 18-12-2013 | Wijziging art. 8 | 10-12-2012 Gemeenteblad, nr. 2012-21 | 2012/3819 | |
16-12-2011 | 15-12-2012 | nieuwe regeling | 22-11-2011 Gemeenteblad, nr. 2011-20 | 2011/4680 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Vakantie onderkomens: woningen en andere verblijven, die in hoofdzaak zijn bestemd voor dan wel worden gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden en niet zijnde mobiele kampeeronderkomens, pensions, Bed & Breakfast accommodaties, chalets, stacaravans of groepsaccommodaties.
Onder de naam ‘toeristenbelasting’ wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven.
De belasting wordt niet geheven voor het verblijf van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.
Artikel 6 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing
Het aantal malen dat door de in het eerste lid bedoelde personen is overnacht, wordt
ingeval verblijf wordt gehouden in vakantie onderkomens en niet beroepsmatig verhuurde ruimten, welke geschikt zijn voor gebruik of slechts gebruikt mogen worden gedurende een periode van:
ten hoogste drie maanden bepaald op: 50;
meer dan drie doch ten hoogste zes maanden bepaald op: 100;
meer dan zes doch ten hoogste negen maanden bepaald op: 200;
meer dan negen doch ten hoogste twaalf maanden bepaald op: 345;
ingeval verblijf wordt gehouden op vaste standplaatsen, welke geschikt zijn voor gebruik of slechts gebruikt mogen worden gedurende een periode van:
ten hoogste drie maanden bepaald op: 40;
meer dan drie doch ten hoogste zes maanden bepaald op: 50;
meer dan zes doch ten hoogste negen maanden bepaald op: 53;
meer dan negen doch ten hoogste twaalf maanden bepaald op: 55;
Artikel 7 Opteren voor niet forfaitaire maatstaf van heffing
In afwijking van het bepaalde in artikel 6 wordt op een door de belastingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag de maatstaf van heffing vastgesteld op het werkelijke aantal overnachtingen, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op grond van artikel 6 berekende aantal.
Het tarief per overnachting bedraagt voor overnachtingen:
Artikel 12 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moeten de voorlopige aanslagen worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de volgende een maand later.
Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.
De 'Verordening toeristenbelasting 2011' van 6 december 2010 (2010/4307), wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 16 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.