Organisatie | Oudewater |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2012 |
Citeertitel | Verordening reinigingsheffingen Oudewater 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | INGETROKKEN |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-12-2011 | 01-01-2013 | Intrekking | 13-12-2012 | Raad D5-119 | |
28-12-2011 | Nieuwe regeling | 15-12-2011 IJsselbode, 20-12-2011 | Raad D5-37 |
De raad van de gemeente Oudewater;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer ;
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2012
Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting bedoeld in hoofdstuk 1.2 van de tarieventabel wordt geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.
Artikel 9 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in zes gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Hoofdstuk III Reinigingsrechten
Onder de naam 'reinigingsrechten' worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Hoofdstuk IV Aanvullende bepalingen
Artikel 17 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
De ‘Verordening reinigingsheffingen Oudewater 2002’ van 13 december 2001, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 december 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 19, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 15 december 2011.
De griffier, mr. R.P.A. van Aalst
De voorzitter, mevrouw M.C.A.A. Ruigrok-Verreijt
behorende bij de 'Verordening reinigingsheffingen Oudewater 2012'.
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Hoofdstuk 1 Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing
Hoofdstuk 1.1 Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing
1.1.1 De belasting bedraagt indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door één persoon € 136,00
1.1.2 De belasting bedraagt indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door twee personen € 182,00
1.1.3 De belasting bedraagt indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door drie of meer personen € 227,00
1.1.4 De belasting als bedoeld in de onderdelen 1.1.1, 1.1.2 en 1.1.3 wordt vermeerderd voor het op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belasting- plicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, in bruikleen hebben van een éxtra (= boven hetgeen volgens de gemeentelijke afvalstoffenverordening aan het perceel is verstrekt):
1.1.4.1 container, bestemd voor groente-, fruit- en tuinafval, per extra container 30%;
1.1.4.2 container, bestemd voor de overige huishoudelijke afvalstoffen, per extra container met 30%;
Hoofdstuk 1.2 Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing
1.2.1 het op verzoek verwijderen van grof afval, aan te merken als huishoudelijk afval,
wanneer de laadtijd minder dan 15 minuten bedraagt € 30,00
wanneer de laadtijd 15 minuten of meer bedraagt per 10 minuten € 15,00
1.2.2 het achterlaten van asbest, aan te merken als huishoudelijk afval, op een daartoe
van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per m2 € 5,00
1.2.4. het achterlaten van bouw- en sloopafval, aan te merken als huishoudelijk afval,
op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per ¼ m3 afval € 15,00
1.2.3 het achterlaten van autobanden van personenauto’s op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per stuk € 11,00
Hoofdstuk 2 Maatstaven en tarieven reinigingsrechten
2.1.1 het op verzoek verwijderen van grof afval, aan te merken als niet huishoudelijk afval, wanneer de laadtijd minder dan 15 minuten bedraagt € 30,00
wanneer de laadtijd 15 minuten of meer bedraagt per 10 minuten € 15,00
2.1.2 het achterlaten van asbest, aan te merken als niet huishoudelijk afval, op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per m2 € 5,00
2.1.3 het achterlaten van bouw- en sloopafval, aan te merken als niet huishoudelijk afval, op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per ¼ m3 afval € 15,00
2.1.4 het achterlaten van autobanden anders dan van personenauto’s op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per stuk € 22,00
2.1.5 het achterlaten van tuinafval en andere natuurlijke afvalstoffen op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per kwart m3 € 3,00
2.1.6 het achterlaten van grof huishoudelijk afval op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per kwart m3 € 5,00