Organisatie | Maassluis |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting 2012 (2011-31) |
Citeertitel | Onbekend |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-12-2011 | 01-01-2013 | aard van de wijziging | 13-12-2011 De Schakel | kenmerk voorstel | |
01-01-2011 | aard van de wijziging | 14-12-2010
| kenmerk voorstel |
De Raad van de gemeente Maassluis;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2011 tot het vaststellen van de tarieven belastingen en heffingen 2012, zaaknummer Z-11-01634, registratienummer ADV-11-00239gelet op het bepaalde in artikel 226 van de Gemeentewet;besluit:vast te stellen de:Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting 2012.(Verordening hondenbelasting 2012)
Onder de naam "hondenbelasting" wordt een directe belasting geheven ter zake van het houden van een hond binnen de gemeente.
Artikel 4 Maatstaf van heffing.
De belasting wordt geheven naar het aantal honden dat wordt gehouden.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.
Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere belasting ter zake van het toegenomen aantal honden, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na aanvang van de belastingplicht, respectievelijk de toename van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar vermindert, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht respectievelijk de vermindering van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 9 Termijn van betaling.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagenworden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag vande maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermelden elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt, ingeval machtiging is verleend totautomatische incasso en het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigdeaanslagen gemeentelijke heffingen minimaal € 2,50 of maximaal € 6.000,00 bedraagt, de aanslagen moeten worden betaald in 10 gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later, dit met in achtneming van het bepaalde in artikel 11 lid 3 van de Regeling Automatische Incasso Gemeentelijk Belastingen.
De in het tweede lid bedoelde machtiging tot automatische incasso wordt geacht niet tezijn verleend indien drie van de tien termijnen niet zijn betaald doordat automatischeincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige niet mogelijk blijkt dan welbinnen één maand na afschrijving zijn gestorneerd. Alsdan gelden de betaaltermijnen alsbedoeld in het eerste lid.
Bij de invordering van hondenbelasting wordt kwijtschelding verleend tot maximaal 50% van de ter zake opgelegde aanslag voor de eerste hond.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de hondenbelasting.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Maassluis, gehouden op 13 december 2011,de griffier, de voorzitter,mr. R. van der Hoek drs. J.A. KarssenVastgesteld d.d. 13 december 2011, datum bekendmaking 14 december 2011
1. Datum inwerkingtreding van de verordening 17 december 2011.2. De bepalingen die op grond van deze verordening worden gewijzigd blijven van toepassing op belastbare feiten die zich voor de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.