Organisatie | Maassluis |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening binnenhavengeld 2012 |
Citeertitel | Onbekend |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen.
Gemeentewet,artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-12-2011 | 01-01-2013 | aard van de wijziging | 13-12-2012 De Schakel | kenmerk voorstel | |
08-02-2011 | aard van de wijziging | 08-02-2011 De Schakel | kenmerk voorstel |
De Raad van de gemeente Maassluis;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2011 tot het vaststellen van de tarieven belastingen en heffingen 2012, zaaknummer Z-11-01634, registratienummer ADV-11-00239gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;besluit:vast te stellen de:Verordening op de heffing en invordering van binnenhavengelden 2012(Verordening binnenhavengeld 2012)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:a. vaartuig: een drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebezigd dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen of goederen of voor het dragen van al dan niet met het drijvende lichaam een geheel uitmakende voorwerpen;b. meetbrief: het document als bedoeld in artikel 782, vierde lid, van het Wetboek van Koophandel in samenhang met het besluit van 24 oktober 1983 (Besluit binnenschependocumenten, Stb. 548);c. schip: een binnenschip of een vissersschip;d. binnenschip: een vaartuig - niet zijnde een pleziervaartuig - dat uitsluitend gebruikt wordt voor de vaart op binnenwateren;e. vrachtschip: een binnenschip dat hoofdzakelijk gebezigd wordt voor het vervoer van goederen;f. passagiersschip: een binnenschip dat middel van openbaar vervoer is of hoofdzakelijk wordt gebruikt voor het bedrijfsmatig vervoeren van personen;g. zeilend bedrijfsvaartuig: een vaartuig, dat overwegend of geheel met behulp van zeilen wordt voortgestuwd en dat hoofdzakelijk wordt gebezigd voor het bedrijfsmatig vervoer van personen;h. sleepboot: een binnenschip dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor het slepen of duwen van andere vaartuigen;i. zeevissersschip: een vaartuig dat hoofdzakelijk gebruikt wordt voor het vangen van vis of andere levende rijkdommen van de zee, doch niet voor de walvisvaart;j. laadvermogen: het in tonnen uitgedrukte verschil tussen de zoetwaterverplaatsing van een schip bij de grootst toegelaten diepgang en die van het ledige schip;k. ton: een massa van 1.000 kilogram;l. bruto-ton, BT: de eenheid voor de bruto-inhoud van een zeeschip zoals bedoeld in het Verdrag inzake de meting van schepen, Londen 1969 (Trb. 1979, nr. 122 en 194);m. tabel: de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel;n. termijn: een in de tabel genoemde tijdsduur waarin het gebruik van de haven plaatsvindt;o. dag: een aaneengesloten tijdvak van 24 uren, aanvangende te 0.00 uur;p. 7 en 14 dagen: een aaneengesloten tijdvak van 7, onderscheidenlijk 14 dagen;q. maand: een aaneengesloten tijdvak van 30 dagen;r. kwartaal: een kalenderkwartaal;s. jaar: een kalenderjaar;t. haven: de wateren binnen de gemeente, die voor de scheepvaart open staan en voor de openbare dienst bestemde kaden, aanlegsteigers, meerpalen, boeien en andere soortgelijke werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of onderhoud zijn;u. belangrijke herstelwerkzaamheden: herstellingen en veranderingen aan vitale delen van een vaartuig zodanig dat tijdelijk de normale functie van het vaartuig niet kan worden vervuld en als gevolg daarvan niet als bedrijfsklaar kan worden beschouwd;v. samenwerkingsregeling: de samenwerkingsregeling met de gemeente Rotterdam c.q. het Havenbedrijf Rotterdam NV.
Onder de naam binnenhavengeld worden rechten geheven ter zake van het gebruik met een vaartuig overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde gemeentewateren of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn alsmede ter zake van het genot van diensten door het gemeentebestuur met betrekking tot een vaartuig verstrekt.
Het binnenhavengeld wordt geheven van de kapitein, de schipper, de reder of de eigenaar van het vaartuig, degene die het vaartuig heeft gecharterd dan wel van degene die als vertegenwoordiger van een van dezen optreedt.
Artikel 5 Vaststelling belastbaar feit.
Indien met een binnenschip binnen de termijn waarvoor belastingplichtige reeds binnenhavengeld heeft betaald, meer dan één maal gebruik wordt gemaakt van de faciliteiten en dienstverlening in het binnenhavengebied, geldt als tijdstip waarop het gebruik een aanvang neemt, de eerste maal dat gebruik wordt gemaakt van voornoemde faciliteiten en dienstverlening in het binnenhavengebied.
Het binnenhavengeld wordt berekend aan de hand van de tarieven, vermeld in ‘General Terms and Conditions 2012’, including renewed port tariffs, die zijn vastgesteld en bekendgemaakt door het Havenbedrijf Rotterdam N.V.
Voor de toepassing van de tarieven:a. geldt als laadvermogen in tonnen van een vaartuig het aantal tonnen;b. wordt de oppervlakte van een vaartuig gesteld op het produkt van lengte over alles en de grootste breedte;c. geldt als bruto-inhoud van een vaartuig het aantal bruto-tonnen;d. wordt een gedeelte van een ton, van een bruto-ton of van een vierkante meter niet in aanmerking genomen;e. wordt de termijn steeds op de kortste van de in de tabel voor het betreffende soort van vaartuigen genoemde termijnen gesteld tenzij voor een langere termijn aangifte is gedaan.
Artikel 9 Restitutie en overschrijving.
Van het binnenhavengeld dat wordt geheven naar een termijn van een jaar, wordt, indien het gebruik van de haven is beëindigd voor het verstrijken van die termijn, op schriftelijk verzoek van de belastingplichtige restitutie verleend voor zoveel twaalfden van het geheven bedrag als er in dat jaar na de beëindiging van het gebruik van de haven nog volle maanden overblijven.
Binnenhavengeld wordt niet in rekening gebracht voor het bezoek aan het Binnenhavengebied door:
een binnenschip voor de periode van ten hoogste twee maanden, indien het bezoek slechts plaatsvindt voor het dokken of het doen verrichten van herstellingen bij een scheepsreparatie-inrichting en mits zowel het tijdstip van aanvang als dat van het einde van het dokken of herstellen vooraf schriftelijk aan de havenmeester is medegedeeld;
een binnenschip voor een periode van ten hoogste twee maanden, indien het bezoek slechts plaatsvindt ten behoeve van het voor de eerste maal vaarklaar maken en/of het houden van een eerste proeftocht na nieuwbouw, het wisselen van bemanning, het stellen van kompassen dan wel ten behoeve van het ontschepen van zieken of doden, mits:1. het bezoek niet langer duurt dan daartoe noodzakelijk is; en2. vooraf van het voornemen daartoe schriftelijk aan de havenmeester kennis is gegeven.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van binnenhavengeld.
Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘Verordening op de heffing en de invordering van binnenhavengelden 2011’ d.d. 14 december 2010, laatstelijk gewijzigd op 8 februari 2011, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zijn toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Maassluis, gehouden op 13 december 2011,de griffier, de voorzitter,mr. R. van der Hoek drs. J.A. KarssenVastgesteld d.d. 13 december 2011, datum bekendmaking 14 december 20111. Datum inwerkingtreding van de verordening 17 december 2011.2. De bepalingen die op grond van deze verordening worden gewijzigd blijven van toepassing op belastbare feiten die zich voor de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.