Organisatie | Waterland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgings- rechten 2012 |
Citeertitel | Verordening lijkbezorgingsrechten 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgings- rechten 2011.
De Verordening lijkbezorgingsrechten 2011 blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor 1 januari 2012 hebben voorgedaan.
Gemeentewet, art. 229, lid 1, aanhef en onderdeel a en b
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-12-2011 | 01-01-2013 | nieuwe regeling | 15-12-2011 Gemeenteblad, 2011, 51 | 148-13 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de algemene begraafplaats, overige begraafplaatsen of de lijkbezorging.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld onder 4.2 van de tabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan die bedoeld onder 4.2 en 4.3 van de tabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 10 Termijn van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tabel, worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand
die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Waterland,
gehouden op 15 december 2011
De raad voornoemd,
De griffier,
(Drs. E.G.H. Dijk)
De voorzitter,
(drs. C. Mooij)
Tabel 2010 behorende bij de "Verordening
lijkbezorgingsrechten Waterland 2010"
1.1 Voor het verlenen van het uitsluitend recht tot het doen
1.1 begraven en begraven houden, of de uitgifte van een
1.1 gedenkplaats wordt geheven:
1.1.1 voor een algemeen graf gedurende 20 jaar € 930,00
1.1.2 voor een algemeen graf gedurende 20 jaar
van een persoon van 0 tot 12 jaar € 410,00
1.1.3 voor een eigen graf gedurende 20 jaar € 1.690,00
1.1.4 voor een eigen graf gedurende 20 jaar
van een persoon van 0 tot 12 jaar € 837,00
1.2 Voor het verlenen van het uitsluitend recht tot het doen
1. bijgezet houden van asbussen en urnen wordt geheven:
1.2.1 in een eigen graf voor een periode
1.2.2 in een algemeen urnengraf voor een periode
1.2.3 in een eigen urnengraf voor een periode
1.2.4 in of op een eigen urnenkeldertje voor een periode
1.3 Voor het verlengen van de onder 1.1.3 en 1.1.4 bedoelde rechten
voor een periode van 10 jaar wordt geheven:
1.3.1 voor een eigen graf € 837,00
van een persoon van 0 tot 12 jaar € 421,00
1.3.3 voor een eigen urnengraf € 234,00
1.3.4 voor een urnenkeldertje € 408,00
2.1 Voor het begraven van een lijk wordt geheven:
2.1.1 van een persoon van 12 jaar of ouder € 535,00
2.1.2 van een persoon van 0 tot 12 jaar € 260,00
2.2 Voor het op verzoek laten begraven van een lijk op
een kerkelijke begraafplaats bij gebruikmaking van
van de diensten van de gemeente € 535,00
2.3 Voor het begraven op zaterdag wordt het begraafrecht
Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen
3.1 Voor het bijzetten van een asbus in een eigen graf
of in een urnengraf wordt geheven € 228,00
voor het uitstrooien van crematie-as op het strooiveld
of een eigen graf wordt geheven: € 170,00
Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud
4.1 Voor het afgeven van een vergunning voor het plaatsen
van voorwerpen of het aanbrengen van beplantingen
4.2 Voor het geplaatst hebben van een voorwerp of
beplanting wordt per jaar geheven: € 29,05
De rechten als bedoeld onder 4.2 van dit artikel kunnen
telkenmale voor een periode van 10 jaar worden afgekocht
tegen betaling ineens van een bedrag van 7 (zeven) maal
van de in dat lid genoemd bedrag. € 203,35
voor het geplaatst hebben van een standaard gedenkplaatje
op het monument bij het strooiveld voor de duur van
10 jaar wordt geheven € 134,60
voor het verlengen van het recht als bedoeld onder 4.4
voor 10 jaar wordt geheven: € 109,10
Hoofdstuk 5 Inschrijven en overboeken van eigen graven en eigen urnenruimten
5.1 Voor het inschrijven en overboeken van eigen graven
in een daartoe bestemd register wordt geheven: € 17,65
5.2 Voor het inschrijven en overboeken van eigen urnen-
graven in een daartoe bestemd register wordt geheven: € 17,65
6.1 Voor het lichten van een lijk wordt geheven: € 678,00
6.2 Voor het na lichting weer opnieuw begraven in
hetzelfde graf wordt geheven: € 846,00
6.3 Voor het na lichting weer opnieuw begraven in
een ander graf wordt geheven: € 1.072,50
6.4 Voor het lichten van een asbus uit een eigen graf
of uit een urnengraf wordt geheven: € 233,45
6.5 Voor het na lichting weer terugplaatsen van de
asbus in hetzelfde graf wordt voor een eigen graf
of voor een urnengraf geheven € 388,45
6.6 Voor het na lichting weer terugplaatsen van de
asbus in een ander graf wordt voor een eigen graf
of voor een urnengraf geheven € 388,45
6.7 Voor het ruimen of het lager in het graf brengen
van de stoffelijke resten op verzoek van belanghebbende
6.8 Voor het ruimen of lichten door een speciaal daartoe
aangewezen bedrijf zullen de werkelijke kosten worden
doorberekend aan de aanvrager.
De aanvrager wordt hiervan schriftelijk in kennis gesteld
onder mededeling van de aan dit advies verbonden geraamde
7.1 Voor het luiden van de klok wordt geheven per keer € 57,07
7.2 Voor het gebruik van een baar wordt geheven € 15,55
7.3 Voor het gebruik van een doodskleed wordt geheven € 8,00
7.4 Voor het wegnemen en weer terugplaatsen van een
7.5 De kosten voor het afgeven van een verklaring van overlijden bij een
natuurlijke danwel niet-natuurlijke dood, welke door de gemeentelijke
lijkschouwer of arts bij de gemeente wordt gedeclareerd komen geheel
voor rekening van de opdrachtgever tot begraven of crematie van de