De raad van de gemeente Waterland,
Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de
Gemeentewet;
Besluit:
- I.
tot vaststelling van de volgende verordening op de heffing en
invordering van markt- en standplaatsgelden 2012:
Artikel 1 Aard Van De Heffing
Overeenkomstig de bepalingen van deze verordening worden rechten geheven
onder de naam van:
- 1.
marktgeld voor het hebben van een standplaats betreffende het
gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen,
werken of inrichtingen op de onderscheidene markten gedurende de
voor die markten aangewezen marktdagen;
- 2.
standplaatsgeld voor het op voor de openbare dienst bestemde
gemeentegrond hebben van een standplaats, waarvoor door het college
van burgemeester en wethouders een vergunning is verleend, voor
wagens, tenten, kramen en dergelijke inrichtingen, dienende tot het
verkopen of het ten verkoop uitstallen van goederen en waren van
elke aard.
Artikel 2 Begripsomschrijvingen
- a.
dag: een tijdvak van 24 uren, beginnende en eindigende om 0.00 uur;
- b.
kwartaal: drie achtereenvolgende kalendermaanden resp. beginnende op 1
januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober;
- c.
markt: de weekmarkt te Monnickendam;
- d.
vaste standplaatshouder: ieder aan wie door het bevoegd gezag is
toegestaan om gedurende de dag van de markt een standplaats in te nemen
die tot wederopzegging beschikbaar wordt;
- e.
losse standplaatshouder: ieder aan wie door het bevoegd gezag is
toegestaan om gedurende de dag van de markt een standplaats in te
nemen;
- f.
standplaats: hetgeen daaronder wordt verstaan in de verordening tot
regeling van de standplaatsen;
- g.
marktmeester: degenen die door het bevoegd gezag in deze betrekking is
benoemd;
- h.
meter: een strekkende meter.
Artikel 3 Belastingplicht
Het marktgeld en standplaatsgeld wordt geheven van degene die van een
standplaats als bedoeld in artikel 1 gebruik maakt of het genot daarvan
heeft.
Artikel 4 Heffingsmaatstaf
Het marktgeld en het standplaatsgeld wordt geheven naar de frontbreedte van
de ingenomen standplaats in meters.
Artikel 5 Tarieven marktgelden
- 1.
Het marktgeld voor de markt bedraagt per meter:
Voor vaste standplaatshouders : per kwartaal per meter € 18,90
doch tenminste € 75,35
Voor losse standplaatshouders : per dag per meter € 2,20
doch tenminste € 8,40
- 2.
De vergoeding voor elektriciteit bedraagt:
- a.
Voor een standplaats met verlichting, koeling, oven en/of
overige elektrische apparatuur, per dag € 4,85
- b.
Voor een standplaats met verlichting, per dag € 2,80
- 3.
Voor het bepaalde in het eerste lid en tweede lid wordt een gedeelte van
een dag, een gedeelte van een kwartaal en een gedeelte van een meter
gerekend voor respectievelijk een gehele dag, een geheel kwartaal en een
gehele meter.
Artikel 6 Indeling in tariefklassen
- 1.
Voor de toepassing van de in artikel 7 vermelde tarieven worden de
locaties in de gemeente onderverdeeld in de volgende tariefklassen:
Tariefklasse I : locatie A.
Tariefklasse II : locatie B.
- 2.
Tot locatie A behoort : de kern Monnickendam.
de haven van de kern Marken;
waar meer dan 5 kramen bij elkaar staan.
Tot locatie B behoort : de overige kernen c.q. plaatsen.
Artikel 7 Tarieven standplaatsgelden
Het standplaatsgeld bedraagt voor mobiele kramen met een lengte van maximaal
4 meter:
locatie A. per dag € 9,30
per maand (bij een dag per week) € 36,95
per jaar (bij een dag per week) € 442,45
locatie B. per dag € 7,15
per maand (bij een dag per week) € 27,15
per jaar (bij een dag per week) € 332,35
Indien er ook op grond van de verordening precariobelasting een
belastingplicht is, dan zal voor de belastingplichtige de meest voordelige
heffing worden gekozen.
Artikel 8 Wijze van heffing
De marktgelden en standplaatsgelden worden geheven bij wege van een
mondeling danwel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het
gevorderde bedrag is vermeld.
Artikel 9 Wijze van betaling
- 1.
De marktgelden en standplaatsgelden moeten worden betaald ingeval de
kennisgeving als bedoeld in artikel 6 mondeling wordt gedaan: op het
moment van het doen van de kennisgeving. Ingeval de kennisgeving
schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiken van de
kennisgeving.
- 2.
De marktgelden en standplaatsgelden moeten worden betaald ingeval de
kennisgeving als bedoeld in artikel 6 wordt toegezonden, binnen 14 dagen
na de dagtekening van de kennisgeving.
Artikel 10 Ontheffing
- 1.
Indien de belastingplichtige door bijzondere omstandigheden geen gebruik
kan maken van een standplaats waarvoor tenminste gedurende een
kalenderkwartaal marktgeld of standplaatsgeld is voldaan, wordt
ontheffing van het teveel betaalde marktgeld of standplaatsgeld
verleend.
- 2.
Er wordt alleen rekening gehouden met het aantal volle kalendermaanden
gedurende welke geen gebruik van de standplaats is gemaakt.
Artikel 11 Vrijstelling
De marktgelden en standplaatsgelden worden niet geheven ten aanzien van
instellingen c.q. organisaties, welke ten behoeve van een ideëel doel een
standplaats innemen van maximaal vier meter.
Artikel 12 Kwijtschelding
Bij de invordering van de marktgelden en standplaatsgelden wordt geen
kwijtschelding verleend.
Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met
betrekking tot de heffing en de invordering van de markt- en
standplaatsgelden.
Artikel 14 Tijdstip van ingang van de heffing en citeertitel
- 1.
De verordening markt- en standplaatsgelden 2011 van 25 november 2010
wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum
van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing
blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben
voorgedaan.
- 2.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na
die van bekendmakting.
- 3.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.
- 4.
Deze verordening kan worden aangehaald als ”Verordening
markt- en standplaats gelden 2012”.