Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Maassluis

Verordening op het Woonwagencentrum Maassluis

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMaassluis
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op het Woonwagencentrum Maassluis
CiteertitelVerordening op het woonwagencentrum Maassluis
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 147 en 149 Woonwagenwet, artikel 62

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-03-199506-05-1999aard van de wijziging

01-01-1901

Onbekend

kenmerk voorstel

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op het Woonwagencentrum Maassluis

De raad der gemeente Maassluis;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 februari 1995, bijl.nr. 2.3;

gelet op artikel 147 en 149 Gemeentewet alsmede artikel 62 Woonwagenwet;

besluit:

vast te stellen de navolgende Verordening op het Woonwagencentrum Maassluis.

Artikel 1 Begripsbepalingen

De verordening verstaat onder:a. het centrum: een complex standplaatsen als zodanig aangewezen door de gemeenteraad op grond van de Woonwagenwet;b. standplaats:een voor één woonwagen bestemd gedeelte van een centrum met de zich op die standplaats bevindende sanitairunit/bergruimte;c. woonwagen: een wagen die voortdurend of nagenoeg voortdurend als woning wordt gebezigd of daartoe is bestemd; een woonwagen houdt dit niet op te zijn, indien aan of bij de woonwagen voorzieningen worden getroffen ten gevolge waarvan deze niet langer kan worden voortbewogen;d. toestemming: schriftelijke toestemming tot het plaatsen van één woonwagen op het centrum op de daartoe aangewezen standplaats;e. vergunning:een vergunning tot het bewonen van een woonwagen als bedoeld in arti­kel 14 van de Woonwagenwet (bewonersvergunning GS);f. gebruiker:de ingevolge artikel 15 van de Woonwagenwet in de vergunning aangewe­zen hoofdbewoner c.a. de in artikel 21 van deze wet bedoelde hoofdbewo­ner;g. wachtlijst:lijst van personen die door aanmelding bij burgemeester en wethouders ervan blijk hebben gegeven in aanmerking te willen komen voor toela­ting op het woonwagencentrum als ook waarop personen door burgemeester en wethouders kunnen worden geplaatst.

Artikel 2 Toelating op het centrum

  • 1

    Het is verboden een woonwagen op het woonwagencentrum te brengen, te doen brengen of te hebben zonder voorafgaande schriftelijke toestem­ming van burgemeester en wethouders.

  • 2

    Het is verboden met een woonwagen en/of met één of meer bij een woonwa­gen behorende voertuigen op de toegewezen standplaats op het centrum te gaan staan, anders dan door burgemeester en wethouders is toege­staan.

  • 3

    De toestemming wordt in ieder geval geweigerd:a. indien de aanvrager van de toestemming niet in het bezit is van een vergunning;b. indien geen standplaats binnen een centrum vrij is;c. indien een standplaats vrij is, deze is toegewezen aan of bestemd voor een andere gegadigde volgens een door burgemeester en wethou­ders vast te stellen wachtlijst;d. indien geen huurcontract met betrekking tot de standplaats door de aanvrager is ondertekend.

  • 4

    Aan de toestemming kunnen burgemeester en wethouders voorschriften verbinden. De voorschriften kunnen aan een toestemming worden toege­voegd en worden gewijzigd.

  • 5

    De toestemming geldt uitsluitend voor de daarin omschreven woonwagen.De toestemming is persoonlijk en niet overdraagbaar.

  • 6

    De toestemming wordt aangevraagd door indiening van een daartoe door burgemeester en wethouders verstrekt formulier. Dit formulier dient ingevuld en ondertekend te worden.

  • 7

    De toestemming dient door de gebruiker aan de met het opsporen van overtredingen van deze verordening belaste personen op eerste vorde­ring te worden getoond.

Artikel 3 Toepasselijkheid gemeentelijke vorderingen

Alle in de gemeente geldende verordeningen zijn van toepassing voor zover deze verordening niet anders bepaalt.

Artikel 4 Wachtlijst

  • 1

    Verzoekers die voor een toestemming in aanmerking kunnen komen worden nadat alle door de gemeenteraad aangewezen plaatsen bezet zijn op een wachtlijst geplaatst.

  • 2

    Door indiening van het aanvraagformulier voor de toestemming wordt men op de wachtlijst geplaatst.

  • 3

    Plaatsing op de wachtlijst geschiedt in volgorde van ontvangst van de formulieren.

  • 4

    Wanneer een standplaats beschikbaar komt, wordt de aanvraag van de eerstvermelde op de wachtlijst in behandeling genomen, tenzij burge­meester en wethouders te motiveren redenen hebben hiervan af te wijken.

  • 5

    De inschrijving op de wachtlijst vervalt na twee jaar of eerder indien een verzoeker een standplaats wordt toegewezen dan wel indien de ver­zoeker te kennen heeft gegeven of door zijn handelingen blijkt dat hij geen belangstelling meer heeft.

Artikel 5 Langdurig verblijf buiten het centrum leegstand

  • 1

    Een toestemming vervalt indien de gebruiker met zijn woonwagen een standplaats inneemt en/of blijft innemen, indien deze wagen niet meer als woonwagen kan worden aangemerkt.

  • 2

    Burgemeester en wethouders kunnen een toestemming als vervallen be­schouwen indien de gebruiker en de andere in de vergunning genoemde bewoners van de woonwagen meer dan 6 weken zonder een naar het oordeel van burgemeester en wethouders wezenlijke onderbreking vrijwillig buiten het woonwagencentrum verblijven, tenzij voorgaande toestemming van burgemeester en wethouders is verkregen.

Artikel 6 Verwijdering

  • 1

    Bij de niet naleving van één of meer bepalingen van deze verordening kunnen burgemeester en wethouders, conform het bepaalde in artikel 61 van de Woonwagenwet, besluiten tot intrekking van de toestemming en tot verwijdering van de woonwagen van de in overtreding zijnde gebrui­ker en tot ontzegging van het verblijf met een woonwagen op het cen­trum gedurende ten hoogste één jaar.Na de periode van ontzegging van het verblijf met een woonwagen op het centrum wordt de houder van de toestemming, indien hij dit wenst, weer op de wachtlijst geplaatst.

  • 2

    Van de maatregel als bedoeld in het eerste lid wordt geen gebruik gemaakt voordat de gebruiker van een standplaats in de gelegenheid is gesteld te worden gehoord door of namens burgemeester en wethouders.

  • 3

    Vooraf zal de betrokkene van het in het eerste lid bedoelde besluit bij aangetekend schrijven in kennis worden gesteld met de mededeling van de gronden die tot dat besluit hebben geleid.

  • 4

    Een toestemming kan door burgemeester en wethouders worden ingetrokken indien:a. de voorschriften verbonden aan een toestemming worden overtreden;b. door het gebruik van de toestemming afbreuk wordt gedaan aan de leefbaarheid en/of brandveiligheid op het centrum en dit niet door het stellen van voorschriften verhinderd kan worden.

Artikel 7 Handhaving en opsporing

Onverminderd artikel 58 van de Woonwagenwet, kan het toezicht op de nale­ving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde worden opgedragen aan door burgemeester en wethouders daartoe aangewezen ambtenaren.

Artikel 8 Inwerkingtreding

  • 1

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag vol­gende op die van haar bekendmaking.

  • 2

    Met de inwerkingtreding van deze verordening komt de door de gemeente­raad d.d. 20 december 1988 vastgestelde "verordening op het woon­wagencentrum Maassluis" te vervallen.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening kan aangehaald worden als:

"Verordening op het woonwagencentrum Maassluis".

Aldus vastgesteld in de openbare vergaderingvan de raad der gemeente Maassluis,gehouden op 7 maart 1995,

De secretaris,                             De voorzitter,

 

mr. A.J.T. Korthout                      drs. J. Sterkenburg-Versluis.