Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Eindhoven

Marktgeldverordening 2012.

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEindhoven
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMarktgeldverordening 2012.
CiteertitelMarktgeldverordening 2012.
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpBelasting

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-12-201101-01-2013Onbekend

08-11-2011

Gemeenteblad 2011, nr. 70

XE110405

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van marktgeld in de gemeente Eindhoven 2012.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven maakt bekend, dat de raad van de gemeente in zijn vergadering van 8 november 2012 heeft vastgesteld de volgende

Artikel 1. Aard en voorwerp van de heffing.

Onder de naam van "marktgeld" worden overeenkomstig de bepalingen van deze verordening rechten geheven voor het innemen van een standplaats op markten.

Artikel 2. Begripsomschrijvingen e.d.

  • 1.

    Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      een etmaal of een gedeelte daarvan;

    • b.

      maand en kwartaal: een kalendermaand en een kalenderkwartaal;

    • c.

      marktverordening: de Marktverordening 2002, vastgesteld bij raadsbesluit van 5 maart 2002, opgenomen in gemeenteblad 2002, nr. 33;

    • d.

      markten: de warenmarkten, welke krachtens besluit van de raad op de daarbij aangewezen plaatsen, dagen en tijden worden gehouden;

    • e.

      standplaats: de op en voor de duur van een markt op grond van artikel 4 van de Marktverordening aangewezen ruimte voor het uitoefenen van de markthandel;

    • f.

      vaste standplaats: een standplaats die op grond van de Marktverordening tot wederopzegging wordt toegewezen;

    • g.

      losse standplaats: een standplaats die op grond van de marktverordening als een zogenaamde meeloperplaats wordt toegewezen;

    • h.

      standwerkerplaats: een standplaats die op grond van de marktverordening wordt toegewezen voor het uitoefenen van de markthandel op een wijze als bij standwerken gebruikelijk is;

    • i.

      standplaatshouder: degene aan wie het op grond van de marktverordening is toegestaan om gedurende een markt een vaste of losse standplaats dan wel standwerkerplaats in te nemen.

  • 2.

    Voor de berekening van de marktgelden wordt een gedeelte van een strekkende meter voor een volle eenheid gerekend.

Artikel 3. Belastingplicht.

Belastingplichtig is de standplaatshouder.

Artikel 4. Heffingsgrondslag en tarieven.

Het marktgeld bedraagt per markt per ingenomen strekkende meter standplaats:

a.

voor een losse standplaats per dag

€ 2,65

b.

voor een vaste standplaats voor een abonnement per kwartaal

€  26,50

c.

voor een standwerkerplaats per dag

€  7,60

Artikel 5. Ontheffing.

  • 1.

    Indien een belastingplichtige een hem toegewezen vaste standplaats als gevolg van ziekte, overlijden, bedrijfsopheffing of -staking, ongebruikt laat gedurende de gehele of een deel van de periode waarvoor het abonnementstarief geldt, wordt op verzoek ontheffing verleend van het geheven marktgeld.

  • 2.

    Deze ontheffing bedraagt:

    • a.

      indien de standplaats gedurende de gehele abonnementsperiode ongebruikt is gelaten, het gehele bedrag van het daarvoor geheven marktgeld;

    • b.

      indien de standplaats gedurende een deel van de abonnementsperiode ongebruikt is gelaten, het bedrag dat gevonden wordt door het bij abonnement geheven marktgeld te verminderen met het marktgeld over de dagen, gedurende welke van de standplaats gebruik is gemaakt, berekend naar het dagtarief genoemd onder letter a van artikel 4.

Artikel 6. Wijze van heffing.

  • 1.

    Het marktgeld wordt geheven bij wege van:

    • a.

      een gedagtekende bon of nota voor losse standplaatsen en standwerkerplaatsen;

    • b.

      een gedagtekende stortings-/acceptgirokaart voor vaste standplaatsen.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde bon, nota en stortings-/acceptgirokaart worden aangemerkt als kennisgeving, zoals bedoeld in artikel 233a van de Gemeentewet.

Artikel 7. Tijdstip verschuldigdheid.

Het marktgeld wordt verschuldigd:

  • a.

    voor losse standplaatsen en standwerkerplaatsen bij het innemen van de plaatsen;

  • b.

    voor vaste standplaatsen bij de aanvang van de abonnementsperiode.

Artikel 8. Termijn van betaling.

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet het marktgeld worden voldaan bij het uitreiken van de in artikel 6 bedoelde kennisgeving en indien die kennisgeving wordt toegezonden binnen acht dagen na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990, met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voorzover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de kennisgeving.

  • 3.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 9. Kwijtschelding.

Bij de invordering van marktgeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de marktgelden.

Artikel 11. Inwerkingtreding en citeertitel.

  • 1.

    De Marktgeldverordening 2011, vastgesteld bij raadsbesluit van 30 november 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten, die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Marktgeldverordening 2012".

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 8 november 2011

Eindhoven, 20 september 2011.

 

Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,

, burgemeester.

, secretaris.

 

Uitgegeven, 28 november 2011.

Mij bekend,

de gemeentesecretaris van Eindhoven,

mw. drs. P.M. Pistor.

 

jhi/XE11040517