Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zeist

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZeist
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2012
CiteertitelVerordening lijkbezorgingsrechten 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229, lid 1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-12-201129-11-2012Nieuwe regeling

08-11-2011

De Nieuwsbode, 23-11-2011

Nr. 748

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2012

 

De raad van de gemeente Zeist;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 september 2011;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2012

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de begraafplaats aan de Woudenbergseweg;

  • b.

    n.v.t.

  • c.

    graf: een zandgraf of een keldergraf;

  • d.

    grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;

  • e.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene

  • f.

    urn: een voorwerp ter berging van een of meerdere asbussen;

  • g.

    particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  • -

    het doen begraven en begraven houden van lijken;

  • -

    het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • -

    het doen verstrooien van as;

  • h.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • i.

    particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  • -

    het doen bijzetten of bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • -

    het doen verstrooien van as;

  • j.

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

  • k.

    .particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • l.

    n.v.t.

  • m.

    verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid;

  • n.

    n.v.t.

  • o.

    grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf, gedenkplaats of verstrooiingsplaats.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

  • a.

    de verhoging als bedoeld in onderdeel 2.4 van de tarieventabel, indien dit geschiedt op last van de burgemeester in het belang van de openbare orde of gezondheid;

  • b.

    het opgraven van een lijk en overblijfselen van een lijk indien dit geschiedt op rechtelijk gezag.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar

  • 1.

    Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 1 en 5 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de in het betreffende artikel genoemde periode.

  • 2.

    Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 5.4 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

  • 3.

    Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalender jaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten als bedoeld in de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende aanslag of gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

De rechten als in de tarieventabel genoemd zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening, of bij de aanvang van het gebruik van bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van de aanslag of schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Verordening begraafrechten 2011’ van 9 november 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2012’.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2011.

mr. J. Janssen, griffier drs. J.J.L.M. Janssen, voorzitter

 

 

Tarieventabel behorende bij de Verordening Lijkbezorgingsrechten 2012

 

 

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

 

 

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf (particulier graf) wordt geheven:

 

 

1.1.1

in klasse A, voor een periode van 10 jaar

4.692,00

1.1.2

in klasse B, voor een periode van 10 jaar

2.111,00

1.1.3

in klasse C, voor een periode van 10 jaar

1.056,00

1.1.4

in klasse DI, voor een periode van 10 jaar

645,00

1.1.5

in klasse DII, voor een periode van 10 jaar

645,00

1.2

Voor een periode van langer dan 10 jaar, in eenheden van 5 jaar, tot een maximum periode van 100 jaar, wordt geheven:

 

 

1.2.1

in klasse A, voor een periode van 5 jaar

2.346,00

1.2.2

in klasse B, voor een periode van 5 jaar

1.056,00

1.2.3

in klasse C, voor een periode van 5 jaar

528,00

1.2.4

in klasse DI, voor een periode van 5 jaar

323,00

1.2.5

in klasse DII, voor een periode van 5 jaar

323,00

1.3

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf (particulier urnengraf) wordt geheven:

 

 

1.3.1

voor een urnengraf voor 4 urnen of asbussen, voor een periode van 10 jaar

235,00

1.3.2

voor een urnenkeldergraf voor 2 urnen of asbussen, voor een periode van 10 jaar

337,00

1.3.3

voor een urnenkeldergraf incl. opbouw voor 2 urnen of asbussen, voor een periode van 10 jaar

379,00

1.4

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnennis (particuliere urnennis) wordt geheven:

 

 

1.4.1

voor een muurnis voor 4 urnen of asbussen (oude urnentuin) en voor 2 urnen of asbussen (nieuwe urnentuin), voor een periode van 10 jaar

349,00

1.4.2

voor een zuilnis (oude urnentuin) voor 1 urn of asbus, voor een periode van 10 jaar

349,00

1.4.3

voor een taludnis (oude en nieuwe urnentuin) voor 2 urnen of asbussen, voor een periode van 10 jaar

435,00

1.5

Voor het verlengen van het uitsluitend recht bedoeld in de voorgaande onderdelen 1.1 t/m 1.4 wordt geheven:

 

 

1.5.1

voor een periode van 5 jaar: een recht gelijk aan de helft van het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht voor een periode van 10 jaar

 

 

1.5.2

voor een periode van 10, 15 of 20 jaar: een recht gelijk aan het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht voor die periode

 

 

1.6

Indien door het college van burgemeester en wethouders wordt toegestaan dat wordt afgeweken van de volgorde zoals die voor de uitgifte van grafruimte is bepaald, worden de rechten als bedoeld in onderdeel 1.1 verhoogd met vijftig procent.

 

 

1.7

Indien directe begraving niet aan de orde is, worden de rechten als bedoeld in onderdeel 1.1 verhoogd met vijftig procent.

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Begraven

 

 

2.1

Voor het begraven van een lijk in een particulier graf wordt geheven:

 

 

2.1.1

in klasse A

4.787,00

2.1.2

in klasse B

2.154,00

2.1.3

in klasse C

1.077,00

2.1.4

in klasse DI

658,00

2.1.5

In klasse DII

658,00

2.2

Voor het begraven van een lijk in een algemeen graf wordt geheven:

 

 

2.2.1

in klasse E

1.176,00

2.3

Voor het na ruimen van een graf begraven van de overblijfselen van een lijk in een particulier graf wordt geheven:

 

 

2.3.1

in klasse A

4.787,00

2.3.2

in klasse B

2.154,00

2.3.3

in klasse C

1.077,00

2.3.4

in klasse DI

658,00

2.3.5

In klasse DII

658,00

2.4

Voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht bedoeld in de onderdelen 2.1 t/m 2.3 verhoogd met:

319,00

2.5

Onder buitengewone uren wordt verstaan: ma t/m vr voor 10.00 uur en na 15.00 uur, en zaterdag de hele dag

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

 

 

3.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:

 

 

3.1.1

in een urnennis (zie onderdeel 1.4)

239,00

3.1.2

in of op een urnengraf (zie onderdeel 1.3)

239,00

3.1.3

in of op een particulier graf

239,00

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Verstrooien van as

 

 

4.1

Voor het verstrooien van as op het daartoe aangewezen terrein, wordt per asbus geheven:

70,00

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Grafbedekking en onderhoud

 

 

5.1

Voor het afgeven van een vergunning tot het aanbrengen van een grafkelder, als bedoeld in artikel 16 van de Beheersverordening Gemeentelijke begraafplaats Zeist (2012), wordt geheven:

52,00

5.2

Voor het afgeven van een vergunning voor het hebben van een grafbedekking als bedoeld in artikel 21 van de Beheersverordening Gemeentelijke begraafplaats Zeist 2012, wordt geheven:

 

 

5.2.1

voor gedenktekens of andere voorwerpen, per gedenkteken of voorwerp

78,00

5.2.2

voor een gedenkteken voor een urnengraf, muurnis, zuilnis of taludnis, per gedenkteken

78,00

5.3

Voor het verwijderen en terugplaatsen van een gedenkteken of andere voorwerpen bij bijzetten, wordt geheven:

86,00

5.4

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte of plaats verstrekt voor 1 januari 2006, daaronder begrepen het onderhoud van grafbedekking als bedoeld in 5.2, wordt geheven per grafruimte per jaar:

 

 

5.4.1.1

in klasse A

157,00

5.4.1.2

voor elke vierkante meter boven de 10 vierkante meter

12,00

5.4.2

in klasse B

80,00

5.4.3

in klasse C

48,00

5.4.4

in klasse DI

37,00

5.4.5

in klasse DII

37,00

5.4.6

voor een urnengraf of -nis

24,00

5.5

De rechten als bedoeld in onderdeel 5.4 kunnen worden afgekocht door betaling ineens van een som, gelijk aan de contante waarde van de rechten over het tijdvak waarop de afkoop betrekking heeft. Voor de berekening van de bedoelde contante waarde wordt uitgegaan van een rentevoet van 4,5% en een inflatiepercentage van 2% per jaar, en een betaling op uiterlijk het tijdstip waarop de afkoop ingaat.

 

 

5.6

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte of plaats verstrekt na 1 januari 2006, daaronder begrepen het onderhoud van grafbedekking als bedoeld in 5.2, wordt geheven per periode van grafrecht zoals genoemd in hoofdstuk 1 van deze tarieventabel:

 

 

5.6.1.1

in klasse A, voor een periode van 10 jaar

1.128,00

5.6.1.2

in klasse A, voor een periode van 5 jaar

636,00

5.6.2.1

in klasse B, voor een periode van 10 jaar

513,00

5.6.2.2

in klasse B, voor een periode van 5 jaar

291,00

5.6.3.1

in klasse C, voor een periode van 10 jaar

261,00

5.6.3.2

in klasse C, voor een periode van 5 jaar

150,00

5.6.4.1

in klasse DI, voor een periode van 10 jaar

163,00

5.6.4.2

in klasse DI, voor een periode van 5 jaar

95,00

5.6.5.1

in klasse DII, voor een periode van 10 jaar

163,00

5.6.5.2

in klasse DII, voor een periode van 5 jaar

95,00

5.7

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van urnengraven (zie onderdeel 1.3) en urnennissen (zie onderdeel 1.4), daaronder begrepen de op het urnengraf of urnennis voorkomende gedenktekens wordt geheven, per periode van het grafrecht zoals genoemd in hoofdstuk 1 van deze tarieventabel:

 

 

5.7.1.1

voor een periode van 10 jaar

89,00

5.7.1.2

voor een periode van 5 jaar

56,00

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Lijkschouwing

 

 

6.1

Voor het schouwen van een stoffelijk overschot, dan wel het sluiten en verzegelen van een kist, door een gemeentelijke lijkschouwer worden de tarieven gehanteerd conform de vastgestelde tarieven voor verrichtingen in dit kader door de schouwer. Voorafgaand aan de werkzaamheden wordt van de kosten melding gemaakt aan de aanvrager door middel van overlegging van de genoemde vastgestelde tarieven.

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 Inschrijven en overboeken van particulier graf, urnengraf of urnennis

 

 

7.1

Voor het inschrijven en overboeken van een particulier graf, een urnengraf (zie onderdeel 1.3) of een urnennis (zie onderdeel 1.4) in een daartoe bestemd register wordt geheven:

18,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 8 Opgraven of ruimen

 

 

8.1

Voor het opgraven van een lijk of overblijfselen van een lijk wordt geheven:

718,00

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 9 Overige diensten

 

 

9.1.1

Voor het gebruik van de koffiekamer, langer dan 45 minuten, wordt geheven per half uur:

151,00

9.1.2

Voor het gebruik van de koffiekamer, anders dan bedoeld in onderdeel 9.1.1, wordt geheven per half uur:

151,00

9.2.1

Voor het gebruik van de aula, langer dan 45 minuten, wordt geheven per half uur:

151,00

9.2.2

Voor het gebruik van de aula, anders dan bedoeld in onderdeel 9.2.1, wordt geheven per half uur:

151,00

9.3

Voor het bespelen van het orgel wordt geheven per half uur:

15,00

9.4

Voor het afspelen van mechanische muziek wordt geheven per half uur:

73,00

9.5

Voor het gebruik van de audioinstallatie buiten wordt geheven per half uur:

54,00

9.6

Voor het groen maken van een graf (het vóór de begraving bekleden van het graf met dennentakken) wordt geheven:

67,00

9.7

Voor de toepassing van alle artikelen wordt een gedeelte van een half uur aangemerkt als een half uur.

 

 

9.8

Voor het aanbrengen van wijzigingen in een daartoe bestemd register, anders dan bedoeld in hoofdstuk 7 van deze tarieventabel, wordt geheven per wijziging:

18,00

Behoort bij raadsbesluit van 8 november 2011.

De griffier,