Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rijswijk

Verordening vertrouwenscommissie herbenoeming burgemeester Rijswijk 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRijswijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening vertrouwenscommissie herbenoeming burgemeester Rijswijk 2011
CiteertitelVerordening vertrouwenscommissie
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpraad

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 61a, 84 en 86.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-11-2011nieuwe regeling

01-11-2011

Groot Rijswijk, 17-11-2011

11-060

Tekst van de regeling

Intitulé

De gemeenteraad van Rijswijk, bijeen in openbare vergadering op 1 november 2011, gelezen het voorstel van het presidium d.d. 25 oktober 2011, nr. 11-060; BESLUIT Gelet op artikel 61a, 84 en 86 van de Gemeentewet, artikel 15 van de Archiefwet 1995 en artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 en de circulaire van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties d.d. 21 november 2001, kenmerk bk01/96074; Vast te stellen de volgende verordening:

 

 

Verordening vertrouwenscommissie herbenoeming burgemeester Rijswijk 2011

 

Artikel 1 - Begripsbepalingen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de minister: de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

  • b.

    de circulaire: de circulaire van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties d.d. 21 november 2001, kenmerk bk01/96074;

  • b.

    de commissaris: de commissaris van de Koningin in Zuid-Holland;

  • c.

    de burgemeester: de burgemeester van de gemeente Rijswijk, mevrouw G.W. van der Wel;

  • d.

    de commissie: de vertrouwenscommissie, zijnde een raadscommissie, die belast is met de voorbereiding van de aanbeveling inzake de herbenoeming van de burgemeester.

Artikel 2 - Taak en werkwijze van de commissie

  • 1.

    De commissie heeft tot taak de aanbeveling van de gemeenteraad inzake de herbenoeming van de burgemeester, als bedoeld in artikel 61a van de Gemeentewet voor te bereiden.

  • 2.

    De commissie vormt zich een oordeel over het functioneren van de burgemeester.

  • 3.

    De commissie formuleert de informatiebronnen op basis waarvan zij zich een oordeel vormt over het functioneren van de burgemeester. Deze informatiebronnen maakt zij vooraf kenbaar aan de burgemeester, de raad en de commissaris.

  • 4.

    De commissie brengt over haar oordeel schriftelijk en vertrouwelijk verslag uit aan de raad en de commissaris. Dit verslag wordt voorzien van een conceptaanbeveling.

  • 5.

    Bij de vervulling van haar taak neemt de commissie het gestelde in de circulaire in acht.

Artikel 3 - Samenstelling commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit de volgende raadsleden:

    • -

      Mevrouw M. Borsboom;

    • -

      De heer J. Bikker;

    • -

      De heer K. de Graaf;

    • -

      Mevrouw C.Y.D. Hagenaars;

    • -

      De heer R.D. Hompe;

    • -

      Mevrouw H.W.C. van der Horst-van Roon;

    • -

      De heer B.D. Lugthart;

    • -

      De heer A.H.J.M. Sterk.

  • 2.

    De commissie kiest uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter.

  • 3.

    De commissie kent geen plaatsvervangende leden.

Artikel 4 - Ambtelijke ondersteuning

  • 1.

    De griffier is secretaris van de commissie.

  • 2.

    De griffier draagt zorg voor de ambtelijke ondersteuning van de commissie.

  • 3.

    De griffier is geen lid van de commissie.

  • 4.

    De commissie wijst uit haar midden een plaatsvervangend secretaris aan.

Artikel 5 - Vergaderingen

  • 1.

    De vergaderingen van de commissie zijn besloten.

  • 2.

    De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of ten minste twee leden dit noodzakelijk achten.

  • 3.

    De voorzitter doet van elke vergadering ten minste vierentwintig uur tevoren aankondiging aan de leden van de commissie.

  • 4.

    De commissie vergadert niet als niet ten minste de helft plus één van het aantal leden aanwezig is.

Artikel 6 - Geheimhouding.

  • 1.

    De commissie legt in elke vergadering, met toepassing van artikel 86 van de Gemeentewet, geheimhouding op over de inhoud van de stukken en het behandelde tijdens de vergadering, met inachtneming van het bepaalde in artikel 8.

  • 2.

    De voorzitter ziet erop toe dat aan het gestelde in het vorige lid wordt voldaan.

  • 3.

    De commissie en haar leden verstrekken geen inzage in de stukken noch informatie over de stukken en over het behandelde in haar vergadering aan raadsleden die geen zitting hebben in de commissie, noch aan anderen, behoudens het bepaalde in artikel 2, lid 4.

  • 4.

    De commissie, noch de gemeenteraad zal de geheimhouding waartoe het eerste lid verplicht, opheffen.

  • 5.

    De geheimhouding blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

  • 6.

    Het bepaalde in dit artikel is van overeenkomstige toepassing op de secretaris.

Artikel 7 - Verslag

  • 1.

    Het verslag van de commissie wordt bij meerderheid van stemmen vastgesteld.

  • 2.

    Leden van de commissie kunnen in het verslag van een minderheidsstandpunt blijk geven.

  • 3.

    Bij het staken van de stemmen over het uit te brengen verslag, wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen opvattingen van de commissie, maar de verschillende meningen binnen de commissie in het verslag opgenomen.

Artikel 8 - Overleg tussen de commissie en de burgemeester

  • 1.

    De commissie kan bij de aanvang van haar werkzaamheden een gesprek hebben met de burgemeester.

  • 2.

    Alvorens het verslag aan de raad te zenden, bespreekt de commissie het concept met de burgemeester.

  • 3.

    Indien ter zake van zijn functioneren in het in lid 2 genoemde gesprek afspraken met de burgemeester worden gemaakt, worden deze in het verslag aan de raad vermeld.

  • 4.

    De commissie biedt het verslag de raad, de burgemeester en de commissaris aan. De burgemeester kan, voorafgaand aan de bespreking in de raad, zijn zienswijze over het verslag geven.

Artikel 9 - Ontbinding vertrouwenscommissie

De vertrouwenscommissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag volgend op die waarop de minister een besluit heeft genomen op de aanbeveling van de raad.

Artikel 10 - Archivering van stukken

  • 1.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er zorg voor dat op het tijdstip bedoeld in artikel 9 alle archiefbescheiden onverwijld in een verzegelde envelop en gerubriceerd als "geheim" worden overgebracht naar een krachtens de wet door de raad aangewezen archiefbewaarplaats.

  • 2.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er zorg voor dat van de in het eerste lid bedoelde overbrenging een verklaring van overbrenging als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 wordt opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de met toepassing van artikel 15, lid 1, sub a en c van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.

  • 3.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er zorg voor dat alle overige bescheiden en kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden onmiddellijk worden vernietigd.

Artikel 11 - Contactpersoon

  • 1.

    De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon naar buiten.

  • 2.

    Alle stukken bestemd voor de commissie worden gericht aan de voorzitter en gezonden aan het privé-adres van de secretaris en aldaar bewaard.

  • 3.

    Alle stukken die van de commissie uitgaan worden door de voorzitter en de secretaris ondertekend en vanaf het privé-adres van de secretaris verzonden.

Artikel 12- Onvoorziene aangelegenheden

In alle gevallen waarin deze verordening dan wel de circulaire niet voorzien, beslist de commissie.

Artikel 13 - Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Deze verordening vervalt met ingang van de dag volgend op die waarop door de minister een besluit is genomen op de aanbeveling van de raad, met dien verstande dat het bepaalde in artikel 6 van kracht blijft.

Artikel 14 – Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de ‘Verordening vertrouwenscommissie herbenoeming burgemeester Rijswijk 2011’.

Aldus besloten door de Raad van de Gemeente Rijswijk, in zijn openbare vergadering van 1 november 2011.

 

 

de griffier, de voorzitter,

mr. P.A. Vink mw. G.W. van der Wel-Markerink