Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Borsele

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2011.

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBorsele
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges 2011.
CiteertitelLegesverordening 2011
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpfinancien en economie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De regeling vervangt de Lesgesverordeningen 2010.

De ingang van de datum van heffing is 01-01-2011.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 156, lid 2
  2. Gemeentewet, art. 229, lid 1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Borsele 2010

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-201101-01-2012wijziging

09-06-2011

Borselse Bode, 30-06-2011

raadsstukken 09-06-2011, nr. B7
01-01-2011nieuwe regeling

02-12-2010

Borselse Bode, 09-12-2010

raadsstukken 02-12-2010, nr. B13

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2011.

Besluit van de raad der gemeente Borsele tot vaststelling van de verordening op de heffing en de invordering van leges 2011

De raad der gemeente Borsele;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 november 2010;

gelet op de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en on-derdeel b, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2011 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    'maand': het tijdvak dag loopt van 1e dag in een kalendermaand tot de 1e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    'jaar': het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalenderjaar tot en met de 365e dag in het volgende jaar

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "leges" worden rechten geheven voor het genot van door of vanwege het ge-meentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarie-ventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4. van de Wet ruimtelijke ordening (grond-exploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2,1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het raadplegen en verstrekken van de bij de gemeente berustende registers, leggers en plankaarten van de Dienst van het kadaster en de openbare registers door ambtenaren in de uitoefening van hun functie;

  • d.

    het in behandeling nemen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • e.

    het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften ter zake van plaat-selijke belastingen;

  • f.

    de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toe-lage, dan wel verhoging hiervan, betrekkelijk enige gemeentelijk functie of dienstverrichting jegens de gemeente;

  • g.

    de aan de belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan hou-dende beslissing op een verzoek om subsidie uit de gemeentekas.

Artikel 5 Tarieven

  • 1

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze veror-dening behorende tarieventabel. 

  • 2

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schrifte-lijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelij-ke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt 

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 8 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

 

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarie-ventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling. 

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:1. onderdeel 1.1.7 (akten burgerlijke stand);2. hoofdstuk 2 (reisdocumenten);3. hoofdstuk 3 (rijbewijzen);4. onderdeel 1.4.5 (verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);5. hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);6. onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);7. hoofdstuk 16 (kansspelen).Een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

 

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1

    De Legesverordening 2010 van 3 december 2009, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 september 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten:

    • a.

      die zich voor die datum hebben voorgedaan;

    • b.

      waarop de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals deze luidden voor inwerking-treding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toege-past, met dien verstande dat de van toepassing zijnde tarieven worden verhoogd met 3%, waarbij de uitkomst rekenkundig wordt afgerond op twee decimalen.

  • 2

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, twee-de lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare fei-ten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt 

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1

    Deze verordening treedt in werking per 1 januari 2011. 

  • 2

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011 

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2011

Vastgesteld in de openbare vergadering van 2 december 2010.de griffier, de voorzitter,

 

Ph. de Vree E.J. Gelok 

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2011 1  

GEMEENTE BORSELE

Tarieventabel legesTarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2011.Indeling tarieventabel

                                                            

Titel 1

Algemene dienstverlening

 

 

Hoofdstuk 1

Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2

Reisdocumenten

Hoofdstuk 3

Rijbewijzen

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

Hoofdstuk 5

Verstrekkingen uit het Kiezersregister

Hoofdstuk 6

Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 7

Bestuursstukken

Hoofdstuk 8

Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9

Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10

Gemeentearchief

Hoofdstuk 11

Huisvestingswet (niet van toepassing)

Hoofdstuk 12

Leegstandwet

Hoofdstuk 13

Gemeentegarantie

Hoofdstuk 14

Marktstandplaatsen (niet van toepassing)

Hoofdstuk 15

Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 16

Kansspelen

Hoofdstuk 17

Kinderopvang (niet van toepassing)

Hoofdstuk 18

Telecommunicatie

Hoofdstuk 19

Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 20

Diversen

 

Titel 2

 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/-omgevingsvergunning

 

 

Hoofdstuk 1

 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2

 Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3

  Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4

 Vermindering

Hoofdstuk 5

  Teruggaaf

Hoofdstuk 6

 Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7

  Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8

  Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Hoofdstuk 9

  Sloopmelding

Hoofdstuk 10

 

 

Titel 3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

 

Hoofdstuk 1

 Horeca

Hoofdstuk 2

 Organiseren evenementen of markten

Hoofdstuk 3

 Prostitutiebedrijven (niet van toepassing)

Hoofdstuk 4

 Splitsingsvergunning woonruimte (niet van toepassing)

Hoofdstuk 5

 Leefmilieuverordening (niet van toepassing)

Hoofdstuk 6

 Brandbeveiligingsverordening (niet van toepassing)

Hoofdstuk 7

 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

  

Titel 1

Algemene dienstverlening

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 

Burgerlijke stand

 

 

 

 

 

 

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk / de registratie van een partnerschap:

 

 

1.1.1.1

van maandag tot en met vrijdag

   €299,00

 

1.1.1.2

op donderdagavond

 €349,00

 

1.1.1.3

op zaterdagen

 €620,00

 

1.1.1.4

op zondagen en andere algemeen erkende feestdagen als be-doeld in artikel 3 van de Algemene termijnenwet

 €902,00

 

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd part-nerschap in een huwelijk dan wel een huwelijk in een geregi-streerd partnerschap:

 

 

1.1.2.1

van maandag tot en met vrijdag

 €299,00

 

1.1.2.2

op donderdagavond

 €349,00

 

1.1.2.3

op zaterdagen

 €620,00

 

1.1.2.4

op zondagen en andere algemeen erkende feestdagen als be-doeld in artikel 3 van de Algemene termijnenwet

 €902,00

 

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een huwelijk in een ge-registreerd partnerschap dan wel het omzetten van een geregi-streerd partnerschap in een huwelijk, zonder enig decorum

 €63,00

 

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het als getuige aanwezig zijn bij de vol-trekking van een huwelijk/de registratie van een partnerschap, door een ambtenaar in dienst van de gemeente Borsele

 €17,00

 

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

 

1.1.5.1

een trouwboekje/partnerschapsboekje in gewone uitvoering

 €23,40

 

1.1.5.2

een trouwboekje/partnerschapsboekje in luxe uitvoering

 €29,00

 

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, in de registers van de Burgerlijke stand, door een amb-tenaar van de afdeling burgerzaken voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

 €17,00

 

1.1.7

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het ver-strekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand (Stb. 1879, 72) zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand (Stb. 1969, 36) of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd gelden de volgende tarieven:

 

 

1.1.7.1

voor elk afschrift van een akte van de burgerlijke stand

 €11,50

 

1.1.7.2

voor elk uittreksel van een akte van geboorte, van huwelijk, van registratie van een partnerschap of van overlijden

 €11,50

 

1.1.7.3

voor elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in arti-kel 49a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek

 €20,70

 

1.1.7.4

voor elk meertalig uittreksel uit een akte van de burgerlijke stand

 €11,50

 

           

Hoofdstuk 2

Reisdocumenten

 

 

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag:

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen € 52,10

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort) € 58,20

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Mo-lukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) € 52,10

1.2.1.4

tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1 en 1.2.1.2 en 1.2.1.3 direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocument € 9,20

1.2.1.5

tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingssticker in een reeds uitgegeven reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 € 21,50

1.2.1.6

tot het aanbrengen van een wijziging anders dan bedoeld in 1.2.1.5 in een reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 € 8,90

1.2.1.7

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) aan personen in de leeftijd tot en met dertien jaar € 9,20

1.2.1.8

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) aan personen in de leeftijd van veertien jaar en ouder € 43,85

1.2.2

De tarieven als genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 alsmede in 1.2.1.7 en 1.2.1.8 worden bij een spoedleve-ring vermeerderd met een bedrag van € 45,00

1.2.3

Het tarief als genoemd in 1.2.2. wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 en het bijschrijven van één of meerdere kinderen als bedoeld in 1.2.1.4, slechts één keer per reisdocu-ment berekend.

1.2.4

Het tarief als genoemd in onderdeel 2.1.1.5 wordt bij een spoed-levering vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingssticker van € 21,50

1.2.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag genoemd onder 1.2.1.1, 1.2.1.2, 1.2.1.3, 1.2.1.7 en 1.2.1.8, indien bij de aanvraag het eerder afgegeven document niet kan worden overgelegd, de ter zake verschuldigde leges, verhoogd met € 18,00

    

 

Hoofdstuk 3

Rijbewijzen 

 

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag:

1.3.1.1

tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs € 41,20

1.3.1.2

 

1.3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen € 9,95

1.3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verkrijgen van een formulier voor een verklaring van de aanvrager van een rijbewijs omtrent zijn lichamelijke en gees-telijke geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen € 2,45

 

 

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie Persoonsgegevens

 

 

 

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.5 en 1.4.6, wordt onder een verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag die door een derde (zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet GBA) wordt gedaan:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens per verstrekking

                    €7,25

1.4.2.1.1

het tarief genoemd onder 1.4.2.1 wordt, indien aan een derde (zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet GBA) moet worden gefactureerd, vermeerderd met een bedrag per verstrekking van

€ 12,25

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van een jaar:

 

1.4.2.2.1

voor 1 t/m 25 verstrekkingen

€ 206,00

1.4.2.2.2

voor 26 t/m 100 verstrekkingen

€ 618,00

1.4.2.2.3

voor 101 t/m 500 verstrekkingen

€ 2.056,00

1.4.2.2.4

voor 501 en meer verstrekkingen

€ 3.582,00

1.4.3.

In afwijking van het in 1.4.2.1 en 1.4.2.2 bepaalde, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.3.1

tot het verstrekken van gegevens:a. aan organisaties op levensbeschouwelijke grondslag en het humanistisch verbondb. aan liefdadige organisatiesc. ten behoeve van een wetenschappelijk of filantropisch doelper verstrekking 

€5,00

1.4.3.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens voor de in 1.4.3.1 onder a, b en c genoemde instanties en voor de daarin genoemde doeleinden gedurende de periode van een jaar:

 

1.4.3.2.1

voor 1 t/m 25 verstrekkingen

€ 103,00

1.4.3.2.2

voor 26 t/m 100 verstrekkingen

€ 309,00

1.4.3.2.3

voor 101 t/m 500 verstrekkingen

€ 1.028,00

1.4.3.2.4

voor 501 en meer verstrekkingen

€ 1.791,00

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.4.1

tot het verstrekken van een bewijs van opneming in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

€7,25

1.4.4.2

tot het verstrekken van gegevens ingevolge artikel 79 van de wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA) per verstrekking

€ 20,60

1.4.5

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.6 wordt onder een verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet is opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

 

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag die door een derde (zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet GBA) wordt gedaan:

 

1.4.6.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 7,25

1.4.6.1.1

het tarief genoemd onder 1.4.6.1 wordt, indien aan een derde (zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet GBA) moet worden gefactureerd, vermeerderd met een bedrag per verstrekking van

 

1.4.6.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van een jaar:

€ 12,25

1.4.6.2.1

voor 1 t/m 25 verstrekkingen

€ 206,00

1.4.6.2.2

voor 26 t/m 100 verstrekkingen

€ 618,00

1.4.6.2.3

voor 101 t/m 500 verstrekkingen

€ 2.056,00

1.4.6.2.4

voor 501 en meer verstrekkingen

€ 3.582,00

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van statistische gegevens uit geautomatiseerde bestanden per kwartier of gedeelte daarvan:

€ 17,00

 

met een minimum bedrag van

€ 25,00

1.4.8.1

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 6, zevende lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

€ 2,27

1.4.8.2

Het tarief bedraagt voor het doen van verstrekkingen op alternatief medium, als bedoeld in artikel 6, vijfde lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

€ 22,70

1.4.9

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, door een ambtenaar van de afdeling burgerzaken voor elk daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 17,00

1.4.9.1

Indien het in 1.4.9 genoemde doornemen van de gemeentelijke basisadministratie leidt tot het verstrekken van gegevens, wordt het in 1.4.9 genoemde bedrag verhoogd met:

 

1.4.9.1.1

voor 1 t/m 25 verstrekkingen

€ 9,20

1.4.9.1.2

voor 26 t/m 100 verstrekkingen

€ 41,80

1.4.9.1.3

voor 101 t/m 500 verstrekkingen

€ 112,90

1.4.9.1.4

voor 501 en meer verstrekkingen

€ 160,00

 

Hoofdstuk 5

Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de regi-stratie van de aanvrager als kiezer, bedoeld in artikel D4 van de Kieswet (Stb. 1989, 423) € 7,25

 

Hoofdstuk 6

Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

 

 

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verkrijgen van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

1.6.1.1

bij verstrekking op papier indien het afschrift bestaat uit:

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina € 0,24 met een maximum van per bericht van € 4,65

1.6.1.1.2

meer dan 100 pagina's € 23,20

1.6.1.2

bij verstrekking anders dan op papier € 4,65

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking € 23,20

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden ge-vraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgege-vens € 4,65

  

Hoofdstuk 7

Bestuursstukken

 

 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

een volledig exemplaar van de Kadernota, per pagina € 0,23

1.7.1.2

een volledig exemplaar van de Programmabegroting, per pagina € 0,23

1.7.1.4

een volledig exemplaar van het bijlage boek behorende bij de be-groting, per pagina € 0,23

1.7.1.5

een volledig exemplaar van de Prorap, per pagina € 0,23

1.7.1.6

een volledig exemplaar van de Programmarekening, per pagina € 0,23

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag:

1.7.2.1

tot het verstrekken van:

1.7.2.1.1

een exemplaar van de stukken van raadsnotulen en de raads-voorstellen, per pagina of gedeelte daarvan € 1,25

1.7.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.2.2.1

op de raadsnotulen en de raadsvoorstellen, met uitzondering van de stukken genoemd onder 1.7.1: a. indien deze stukken per post worden toegezonden € 75,70b. indien deze stukken worden afgehaald € 50,60

1.7.2.2.2

op uitsluitend de agenda voor de raadsvergaderingen, per jaar-gang € 14,00 

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verstrekken van:

1.7.3.1

een exemplaar van de a.p.v. per pagina € 1,25

1.7.3.2

een exemplaar van een andere dan de onder 1.7.3.1 genoemde strafverordening van de gemeente, met uitzondering van die ge-noemd in 1.7.3.3 en 1.7.3.4 per pagina € 1,25

1.7.3.3

een exemplaar van een verordening als bedoeld in de Wet op de Ruimtelijke Ordening per pagina € 1,25

1.7.3.4

een exemplaar van een bouwverordening als bedoeld in hoofd-stuk II van de Woningwet met toelichting per pagina € 1,25

1.7.3.5

een exemplaar van de algemene subsidieverordening per pagina € 1,25

1.7.3.5

een exemplaar van de deelverordening specifiek welzijn per pagi-na € 1,25

1.7.3.6

een exemplaar van een bestemmingsplan met voorschriften, toe-lichting en ongekleurde tekening als bedoeld in de Wet op de Ruimtelijke Ordening € 184,00

1.7.3.7

behoudens het bepaalde in het algemeen ambtenarenreglement en de arbeidsovereenkomstenverordening van deze gemeente:

1.7.3.7.1

een bundel, bevattende de rechtspositieregeling voor het ge-meentepersoneel € 47,50

1.7.3.7.2

een abonnement op de aanvullingen van de onder 1.7.3.7.1 be-doelde bundel, per pagina € 1,25

1.7.4.1.1

Indien een abonnement als bedoeld in 1.7.2 en 1.7.3.7.2 in de loop van een kalenderjaar aanvangt, is een tarief verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de be-lastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

1.7.4.1.2

Indien een abonnement als bedoeld in 1.7.2 en 1.7.3.7.2 in de loop van een kalenderjaar wordt beëindigd, wordt op schriftelijke aanvraag ontheffing verleend over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde tarief als er in dat jaar, na het tijd-stip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalen-dermaanden overblijven.

  

Hoofdstuk 8

Vastgoedinformatie

 

 

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals be-stemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuur-plan of stadsvernieuwingsplan per kopie op formaat A-4 of A-3 € 10,55

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.2.1

de gemeentelijke basisadministratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basis-registratie adressen en gebouwen € 10,30

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet € 10,30

1.8.2.3

de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 € 10,30

1.8.2.4

het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988 € 10,30

1.8.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beper-kingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet ken-baarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrek-ken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiek-rechtelijke beperkingen € 10,30

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verstrekken van kopieën van:

1.8.3.1

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan per adres € 10,30

1.8.3.2

het relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie € 10,30

1.8.3.3

Het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat € 10,30

1.8.4  

Tot het verstrekken van informatie t.b.v. taxaties  € 60,00

Hoofdstuk 9

Overige publiekszaken

 

 

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag € 30,05

1.9.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita € 7,25

1.9.3

tot verkrijgen van een legalisatie van een handtekening € 7,25

1.9.4

tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap € 7,25

1.9.5

tot het verkrijgen van een gewaarmerkte kopie van een origineel € 7,25

 

Hoofdstuk 10

Gemeentearchief 

 

 

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen, in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier € 17,00

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verkrijgen van:

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berus-tend stuk per pagina € 1,25

 

 

 

Hoofdstuk 11

Huisvestingswet (Niet van toepassing)

 

 

 

 

Hoofdstuk 12

Leegstandswet

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag:  

 

1.12.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet i.v.m. het aangaan van een tijdelijke huurover-eenkomst € 164,80

1.12.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woon-ruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet € 78,30

 

 

Hoofdstuk 13

Gemeentegarantie

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag:

 

1.13.1

Tot het verkrijgen van een achtervangpositie bij een waarborg-fonds of een gemeentegarantie € 150,00

1.13.2

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde (hypothecaire) geldlening  € 150,00

 

 

 

Hoofdstuk 14

Marktstandplaatsen (niet van toepassing)

 

 

 

 

Hoofdstuk  15

Winkeltijdenwet

 

 

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag:

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet € 35,00

1.15.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 be-doelde ontheffing over te dragen aan een ander      € 35,00

1.15.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing € 35,00

 

Hoofdstuk 16

Kansspelen 

 

 

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30c van de Wet op de Kansspelen voor:

1.16.1.1

één speelautomaat voor de duur van een kwartaal of een deel van een kwartaal € 14,10

1.16.1.2

twee of meer speelautomaten voor de duur van een kwartaal of een deel van een kwartaal, voor de eerste speelautomaat € 25,00 en voor ieder volgend speelautomaat € 14,10

1.16.1.3

voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat € 8,50

1.16.1.3

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer speelau-tomaten, voor de eerste speelautomaat € 56,50en voor ieder volgend speelautomaat € 34,00

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) € 20,00

 

Hoofdstuk 17

Kinderopvang (niet van toepassing)

 

Hoofdstuk  18

Telecommunicatie

 

 

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een mel-ding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijd-stip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid van de Telecommunicatiewet € 161,00

1.18.1.1

Het in 1.8.1 genoemde bedrag wordt: 

1.18.1.2

Indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met € 161,00

1.18.1.3

Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voor-afgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkende uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opge-steld.

1.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.3 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is inge-trokken.

 

 

Hoofdstuk  19

Verkeer en vervoer

 

 

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag:

1.19.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten € 15,55

1.19.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 anders dan bedoeld in onderdeel 1.19.1 € 24,40

1.19.1.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigreglement € 36,80

1.19.2

ter verkrijging van een ontheffing als bedoeld in artikel 10 van de Wegenverkeerswet € 20,35

1.19.3.1

tot het verkrijgen van een verklaring van geen bezwaar als be-doeld in het Reglement Gevaarlijke Stoffen € 74,15

1.19.3.2

tot het verkrijgen van een enkelvoudige ontheffing voor het ver-voer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer ge-vaarlijke Stoffen € 100,80

1.19.3.3

tot het verkrijgen van een verzamelontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke Stoffen € 249,25

 

 

Hoofdstuk  20

Diversen

 

 

1.20.1

Niet in gebruik

1.20.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het verstrekken van:

1.20.2.1

gewaarmerkte afschriften van stukken voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina € 7,25

1.20.2.2

Afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken voor zover niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina € 1,251.20.2.3 kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorende bij de onder punt 1.1.1 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet el-ders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening, of lichtdruk € 5,15 vermeerderd met € 2,85

1.20.2.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opge-nomen, per beschikking € 35,00

1.20.2.5

stukken of uittreksel, welke op aanvraag van de aanvrager moe-ten worden opgemaakt voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina € 1,25

 Titel 2               Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevings- vergunning

 

Hoofdstuk  1

Begripsomschrijvingen

 

 

 2.1.1

 Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

  2.1.1.1

  aanlegkosten: de aannemingssom inclusief omzetbelasting, bedoeld in para-graaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanleg-kosten, vermeerderd met de omzetbelasting. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 2.1.1.2

  bouwkosten: de aannemingssom inclusiefomzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkos-ten, inclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of ge-wijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerk-zaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten ver-staan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 2.1.1.3

 sloopkosten: de aannemingssom inclusief omzetbelasting,, bedoeld in para-graaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkos-ten, inclusief de omzetbelasting. Indien het slopen geheel of ge-deeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel on-der sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het eco-nomisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 2.1.1.4

 Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  2.1.2

 In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn om-schreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wa-bo bedoeld.

 2.1.3

 In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waar-voor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitge-werkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

Hoofdstuk 2

Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

 

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is € 78,30

2.2.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevings-vergunning: 25 %van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

 

 

Hoofdstuk  3

Omgevingsvergunning

 

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel.

2.3.1

Bouwactiviteiten  

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief; De leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor bouwactiviteit bestaan uit een vast deel en een variabel deel, die conform onderstaande tariefgroepindeling worden bepaald. Het variabele deel bestaat uit het bij de tariefgroep genoemde percen-tage van het deel van de bouwkosten dat het aanvangsbedrag van de betreffende tariefgroep, waarin het bouwplan op grond van de bouwkosten valt, overstijgt;Het minimumtarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor bouwactiviteit: € 78,30

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 500.000,00 bedragen: € 0,00 vermeerderd met: 1,9 % van de bouwkosten;

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 500.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen: € 9.500,00 vermeerderd met: 1,8 % van de bouwkosten;

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 1.000.000,00 tot € 2.500.000,00 bedragen: € 18.500,00 vermeerderd met: 1,7 % van de bouwkosten;

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 2.500.000,00 tot € 10.000.000,00 bedragen: € 44.000,00 vermeerderd met: 1,7 % van de bouwkosten;

2.3.1.1.5

indien de bouwkosten € 10.000.000,00 tot € 50.000.000,00 bedragen: € 171.500,00 vermeerderd met: 1,6 % van de bouwkosten;

2.3.1.1.6

Indien de bouwkosten € 50.000.000,00 of meer bedragen: € 811.500,00 vermeerderd met: 1,4% van de bouwkosten

 

 

Extra welstandstoets

 

 

 

2.3.1.2

Vervallen

 

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

 

 

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het ta-rief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie no-dig is en wordt beoordeeld: € 765,00

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het ta-rief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Toetsingscommissie Nieuwe Economische Dragers nodig is en wordt beoordeeld: € 649,00

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het ta-rief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een landschapstoets aan het bestemmings-plan Borsels Buiten is uitgevoerd en wordt beoordeeld: € 566,50

2.3.1.6

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het ta-rief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een toets voor landschappelijke inpassing conform het bestemmingsplan Borsels Buiten is uitgevoerd en wordt beoordeeld: € 566,50

 

 

Achteraf ingediende aanvraag

 

 

 

2.3.1.7

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het ta-rief, indien er sprake is van legalisatie van een overtreding, dan wel de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: 50 % van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges met een minimum van € 257,50

 

 

Beoordeling aanvullende gegevens

 

 

 

2.3.1.8

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het ta-rief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: 10 %

2.3.2

Aanlegactiviteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:De leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een aanlegactiviteit bestaan uit een vast deel en een variabel deel, die conform onderstaande tariefgroepindeling worden be-paald. Het variabele deel bestaat uit het bij de tariefgroep ge-noemde percentage van het deel van de aanlegkosten dat het aanvangsbedrag van de betreffende tariefgroep, waarin het aan-legplan op grond van de aanlegkosten valt, overstijgt;Het minimumtarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een aanlegactiviteit: € 78,30indien de aanlegkosten minder dan € 100.000,00 bedragen: € 0,00vermeerderd met: 1,6 % van de aanlegkosten;  indien de aanlegkosten € 100.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:     € 1.600,00 vermeerderd met: 1,0 % van de aanlegkosten;  indien de aanlegkosten € 1.000.000,00 of meer bedragen: € 10.600,00 vermeerderd met: 0,4 % van de aanlegkosten;

 2.3.3

  Planologisch strijdig gebruik / ontheffing of afwijking be-stemmingsplan, waarbij wel of niet sprake is van een bouw-activiteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens wel of niet sprake is van een bouwac-tiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

 2.3.3.1

 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 164,80

 2.3.3.2

  indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): € 164,80

 2.3.3.3

 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

 2.3.3.4

 indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tij-delijke afwijking): € 164,80

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toege-past (afwijking van exploitatieplan): € 164,80

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 649,00

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): € 649,00

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toege-past (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 164,80

 

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 184,00

2.3.5.1

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk of inrich-ting, waarin bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtver-blijf wordt verschaft, wordt het in artikel 2.3.5 genoemd bedrag verhoogd met:

2.3.5.1.1

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor minder dan 10 personen € 184,00

2.3.5.1.2

 in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 10 of meer doch minder dan 25 personen € 369,00

2.3.5.1.3

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 25 of meer doch minder dan 50 personen € 740,00

2.3.5.1.4

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 50 of meer personen € 1.161,00

2.3.5.2

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk of inrich-ting ten behoeve van huisvesting/onderkomen voor verstandelijk gehandicapten met of zonder begeleiding (geïntegreerd wonen), wordt het in artikel 2.3.5 genoemd bedrag verhoogd met:

2.3.5.2.1

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor minder dan 10 personen € 184,00

2.3.5.2.2

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 10 of meer doch minder dan 25 personen € 369,00

2.3.5.2.3

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 25 of meer doch minder dan 50 personen € 740,00

2.3.5.2.4

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 50 of meer personen € 1.161,00

 2.3.5.3

 Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk of inrich-ting ten behoeve van een dagverblijf voor meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar en/of meer dan 10 personen, lichamelijk of geestelijk gehandicapt met of zonder begeleiding (geïntegreerd wonen), wordt het in artikel 2.3.5 genoemd bedrag verhoogd met:

2.3.5.3.1

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 10 of meer doch minder dan 25 personen € 369,00

2.3.5.3.2

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 25 of meer doch minder dan 50 personen € 740,00

2.3.5.3.3

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 50 of meer personen € 1.161,00

2.3.5.4

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk of inrich-ting ten behoeve van een onderwijsinstelling (basisschool), wordt het in artikel 2.3.5 genoemd bedrag verhoogd met:

2.3.5.4.1

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 10 of meer doch minder dan 25 personen € 369,00

2.3.5.4.2

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 25 of meer doch minder dan 50 personen € 740,00

2.3.5.4.3

in het geval het betreft een bouwwerk of inrichting, geschikt voor 50 of meer personen € 1.161,00

2.3.5.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het aanpassen van een verleende gebruiksvergunning als bedoeld in artikel 2.3.5 ten gevolge van wijziging tenaamstel-ling, wijziging aantal personen   € 53,00

2.3.5.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot het aanpassen van een verleende gebruiksvergunning als bedoeld in artikel 2.3.5 ten gevolge van interne verbouwingen of anderszins het gebruik beïnvloedende zaken € 369,00

2.3.5.7

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een gebruiksvergun-ning als bedoeld in artikel 2.3.5, indien het betreft een tijdelijk bouwwerk of tijdelijke inrichting met een instandhoudingstermijn van maximaal 5 dagen € 18,75

2.3.5.8

Indien meerdere categorieën op een bouwwerk of inrichting van toepassing zijn, dan wordt het bedrag met het hoogste variabele bedrag verhoogd

 

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monu-ment als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale veror-dening of de gemeentelijke Monumentenverordening aangewe-zen monument, waarvoor op grond van die provinciale verorde-ning of van die gemeentelijke Monumentenverordening een ver-gunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: € 164,80

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monu-ment op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: € 164,80

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provin-ciale verordening of de gemeentelijke Monumentenverordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke Monumentenverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: € 164,80

 

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in be-schermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

  Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedragen de leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag uit een vast deel en een variabel deel, die conform onderstaande tariefgroepindeling worden bepaald. Het variabele deel bestaat uit het bij de tarief-groep genoemde percentage van het deel van de sloopkosten dat het aanvangsbedrag van de betreffende tariefgroep, waarin het sloopplan op grond van de sloopkosten valt, overstijgt. Het mini-mumtarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag als bedoeld

 2.3.7.1.1

 in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverorde-ning of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo: en in gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de Bouwver-ordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo, € 78,30

2.3.7.1.2

 Sloopkosten, tariefgroep I Indien de sloopkosten minder dan € 100.000,00 bedragen € 0,00 vermeerderd met: 1,6 % van de sloopkosten;

 2.3.7.1.3

 Sloopkosten, tariefgroep II Indien de sloopkosten € 100.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen: € 1.600,00 vermeerderd met: 0,4 % van de sloopkosten;

 2.3.7.1.4

 Sloopkosten, tariefgroep III Indien de sloopkosten € 1.000.000,00 of meer bedragen: € 5.200,00 vermeerderd met : 0,25 % van de sloopkosten;

 2.3.7.2

Asbesthoudende materialen Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.7.1.1 bedraagt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend pro-duct aanwezig is: € 78,30

 Aanleggen of veranderen weg

 

 2.3.8

 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepa-ling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algeme-ne plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is ver-eist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 25,75

 2.3.9

 Uitweg/inrit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.2 van de Algemene plaat-selijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 25,75

 2.3.10

 Kappen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 25,75

 2.3.11

 Opslag van roerende zaken (niet in gebruik)

 2.3.12

 Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbe-schermingswet 1998

 2.3.12.1

 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schade-lijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelij-ke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: € 782,80

 2.3.12.2

 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 € 782,80

 2.3.13

 Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief € 782,80

 2.3.14

 Andere activiteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 782,80

 2.3.14.2

 behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke veror-dening of waterschapsverordening aangewezen categorie activi-teiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 2.3.14.2.1

 als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief: € 782,80

  2.3.14.2.2

 als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het be-drag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager mee-gedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begro-ting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aan-vraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is inge-trokken.  

 2.3.15

 Omgevingsvergunning in twee fasen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 2.3.15.1

 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een be-schikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voort-vloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de acti-viteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;  

  2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een be-schikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport N.v.t.

2.3.17

Advies

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de be-schikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kos-ten, blijkend uit een begroting die door het college van burge-meester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is ge-bracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken

2.3.17.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitbrengen van een advies als bedoeld in artikel 2.26 van de Wabo: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in deze tarieventabel voor de activiteiten, de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning waarop het adviesverzoek betrekking heeft.In het kader van het adviesverzoek worden de in deze tarieventabel opgenomen tarieven toegepast als ware de activiteit, de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning waarop het adviesverzoek betrekking heeft rechtstreeks in behandeling genomen.

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of alge-mene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de om-gevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

  indien de gemeenteraad of een ander daartoe aangewezen gemeentelijk bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: € 782,80 

2.3.18.1.2        

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen beden-kingen moet afgeven: € 782,80

  

Hoofdstuk  4

Vermindering

 

 

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafge-gaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

2.4.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermin-dering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:

2.4.2.1

bij 5 tot 10 activiteiten: 10 %van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

2.4.2.2

bij 10 tot 15 activiteiten: 15 %van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

2.4.2.3

bij 15 of meer activiteiten: 20 %van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

 

Hoofdstuk  5

Teruggaaf

 

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergun-ning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aan-leg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is geno-men door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 6 weken na het in behandeling nemen ervan 50 %van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 6 weken na het in be-handeling nemen ervan 25 %van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergun-ning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: 25 %van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Minimumbedrag voor teruggaaf  Een bedrag minder dan € 76,00 wordt niet teruggegeven

2.5.4

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

 

Hoofdstuk  6

Intrekking omgevingsvergunning

 

 

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: € 164,80

 

 

 

 

 

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: € 164,80

 

 

Hoofdstuk 8

Bestemmingswijzigingen / Bestemmingsplannen

 

 

2.8.1

Indien op verzoek ten behoeve van een project of bouwplan, of aanleg van werken of werkzaamheden, of er is sprake van een verzoek waarvoor geen project of bouwplan of werken en werk-zaamheden waarvoor een aanlegvergunning is vereist, een be-stemmingsplan moet worden ontwikkeld (wijzigingsplan artikel 3.6, lid 1 onder a Wro of uitwerkingsplan artikel 3.6 lid 1 onder b Wro hieronder mede begrepen), bedragen de voor ontwikkeling van het bestemmingsplan in rekening te brengen kosten, bij een investering nodig voor de uitvoering:

2.8.1.1

Cat. A: € 0,00 en ≤ € 100.000,00                          € 7.200,00

2.8.1.2

Cat. B: € 100.000,00 en ≤ € 1.000.000,00          € 13.000,00

2.8.1.3

 Cat. C: € 1.000.000,00 en ≤ € 10.000.000,00    € 22.900,00

2.8.1.4

Cat. D: € 10.000.000,00 en ≤ € 20.000.000,00   € 51.500,00

2.8.1.5

Cat. E: € 20.000.000,00 en ≤ € 50.000.000,00    € 118.500,00

2.8.1.6

Cat. F: € 50.000.000,00 en meer                            € 283.500,00

2.8.1.7

Het overeenkomstig artikel 2.8.1.1 t/m 2.8.1.6 berekende bedrag wordt met 1 % gematigd indien geen overleg wordt gehouden als bedoeld in artikel 3.1.1 van het Besluit op de ruimtelijke ordening.

2.8.2

De leges voor het in behandeling nemen van een ver-zoek/aanvraag dat betrekking heeft op toepassing van artikel 3.10 (projectbesluit) of 3.40 (buiten toepassingverklaring) van de Wet op de ruimtelijke ordening is gelijk aan het ontwikkelen van een bestemmingsplan, zoals omschreven in artikel 2.8.1 vermeerderd met € 5.665,00

2.8.3

Grondexploitatie. Het bepaalde in artikel 2.8.1 en 2.8.2 vindt geen toepassing voor zover de betreffende vergoeding op grond van een privaatrechte regeling is verschuldigd dan wel voor deze vergoeding op een andere wijze (grondexploitatie) wordt voldaan.

2.8.4

Exploitatieplan of toetsing exploitatieplan Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3 wordt, in-dien de aanvraag betrekking heeft op een bouwactiviteit ten aan-zien waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid van de Wet ruimtelijke ordening wordt verleend, verhoogd met: € 262,50

2.8.4.1

Indien artikel 50a, derde lid, van de Woningwet wordt toegepast, verhoogd met: € 262,50

2.8.4.2

Het onderdeel in 2.8.4 en 2.8.4.1 vindt geen toepassing indien de met de ontheffing of de toetsing gepaard gaande kosten krach-tens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploita-tie) zijn of worden verhaald.

 

 

Hoofdstuk 9

Sloopmelding

 

 

2.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening: € 78,30

 

 

Hoofdstuk 10

In deze titel niet benoemde beschikking

 

 

2.10

 

 

Titel 3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

  

Hoofdstuk 1

Horeca

 

 

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren van een horecabedrijf, als bedoeld in artikel 2.28 van de Algemene plaatselijke verordening € 21,60

3.1.2

Tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3, van de Drank- en Horecawet € 135,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een tijdelijke ontheffing ingevolge artikel 35 van de Drank- en Horecawet € 20,00

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ander sluitingsuur dan genoemd in artikel 2.30 lid 1, van de Algemene Plaatselijke Verordening € 20,00

 

 

Hoofdstuk 2

Organiseren van evenementen of markten

 

 

3 2.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: tot het verkrijgen van vergunningen om (een) standplaats(en) in te nemen in de open lucht voor het aan het publiek aanbieden, ver-kopen of verstrekken van waren of goederen, uitgezonderd stand-plaatsen op een kermisterrein gedurende de aangewezen kermisdagen:

3.2.1.1.1

geldig voor één dag, per standplaats € 16,25

3.2.1.1.2

geldig voor één week, per standplaats € 80,80

3.2.1.1.3

geldig voor één maand, per standplaats € 129,25

3.2.1.1.4

geldig voor onbepaalde tijd, per standplaats € 156,20

3.2.2.1

tot het verkrijgen van een vergunning of ontheffing als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening, niet zijnde een exploitatie-vergunning, een vergunning voor een groot evenement of standplaatsvergunning € 20,00

3.2.2.2

 

 

 

Hoofdstuk 3

Prostitutiebedrijven (niet in gebruik)

 

 

Hoofdstuk 4

Splitsingsvergunning woonruimte (niet in gebruik)

 

Hoofdstuk 5

Leefmilieuverordening (niet in gebruik)

 

 

Hoofdstuk 6

Brandbeveiligingsverordening zie 2.3.5 (niet in gebruik)

 

 

Hoofdstuk

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

 

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aan-vraag om andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking € 20,00

Behoort bij raadsbesluit van 2 december 2010.De raadsgriffier van Borsele,