Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Beveland

Verordening op de behandeling van klachten gemeente Noord-Beveland 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Beveland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de behandeling van klachten gemeente Noord-Beveland 2011
CiteertitelKlachtenregeling gemeente Noord-Beveland 2011
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 149
  2. Gemeentewet, h. 9

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-11-2011Nieuwe regeling

27-10-2011

Onbekend

20111027/8

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de behandeling van klachten gemeente Noord-Beveland 2011

 

 

Hoofdstuk 1 Begrips- en algemene bepalingen

Artikel 1.1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    klacht:een uiting van ongenoegen over de wijze waarop een bestuursorgaan of een ambtenaar van de gemeente zich in een bepaalde aangelegenheid jegens een natuurlijk persoon of rechtspersoon heeft gedragen;

  • b.

    bestuursorgaan:

    • 1.

      de gemeenteraad;

    • 2.

      (een lid van) het college van burgemeester en wethouders;

    • 3.

      de burgemeester (tenzij handelend in zijn hoedanigheid als hoofd van politie);

  • c.

    gedraging:het in een bepaalde aangelegenheid jegens een natuurlijk persoon of rechtspersoon handelen of nalaten te handelen door:

    • 1.

      een bestuursorgaan;

    • 2.

      een ambtenaar of een daarmee op grond van diens werkzaamheden gelijk te stellen persoon (inclusief arbeidscontractanten) in de uitoefening van zijn functie;

  • d.

    klachtencommissie: de commissie die op grond van artikel 1.3 een klacht onderzoekt en het betreffende bestuursorgaan over de afdoening van een klacht adviseert;

  • e.

    klachtencoördinator: de functionaris als bedoeld in artikel 1.7.

Artikel 1.2 Algemene bepalingen

  • 1

    Een ieder heeft het recht om over de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid jegens hem of een ander heeft gedragen, een klacht in te dienen bij dat bestuursorgaan.

  • 2

    Een gedraging van een persoon, bedoeld in artikel 1.1 onder c sub 2, wordt aangemerkt als een gedraging van dat bestuursorgaan.

  • 3

    Het bestuursorgaan draagt zorg voor een behoorlijke behandeling van mondelinge en schriftelijke klachten over zijn gedragingen en over gedragingen van bestuursorganen, die onder zijn verantwoordelijkheid werkzaam zijn.

  • 4

    Tegen een besluit inzake de behandeling van een klacht over een gedraging van een bestuursorgaan kan geen beroep worden ingesteld.

Artikel 1.3 Klachtencommissie

Er is een gemeentelijke klachtencommissie, die belast is met de voorbereiding van de beslissing op en de advisering over de klacht.

Artikel 1.4 Samenstelling en benoeming

  • 1

    De commissie bestaat uit ten minste drie leden, die worden benoemd, geschorst en ontslagen door de gemeenteraad op voorstel van burgemeester en wethouders.

  • 2

    De gemeenteraad benoemt overeenkomstig het eerste lid een genoegzaam aantal plaatsvervangende leden.

  • 3

    De commissie kiest uit haar midden een voorzitter en regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 1.5 Secretaris

  • 1

    De secretaris van de commissie is de klachtencoördinator.

  • 2

    De gemeentesecretaris wijst ambtenaren dan wel externen aan die als plaatsvervangend secretaris het secretariaat vervullen.

Artikel 1.6 Zittingsduur

  • 1

    De voorzitter, de leden en de plaatsvervangende leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de gemeenteraad.

  • 2

    De voorzitter, de leden en de plaatsvervangende leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen.

  • 3

    De aftredende voorzitter, de aftredende leden en de plaatsvervangende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 1.7 Klachtencoördinator

  • 1

    Burgemeester en wethouders stellen een klachtencoördinator aan.

  • 2

    De klachtencoördinator ziet er op toe, dat de behandeling van een klacht conform het bepaalde in deze verordening plaatsvindt.

  • 3

    Indien klager zulks wenst verleent de klachtencoördinator hem medewerking bij het op schrift stellen van een klacht.

  • 4

    De klachtencoördinator adviseert het bestuursorgaan over het voorkomen van klachten.

Hoofdstuk 2 Behandeling van schriftelijke klachten

Artikel 2.1 Indiening

  • 1

    Een klacht wordt ingediend bij het bestuursorgaan.

  • 2

    Een schriftelijke klacht dient ondertekend te worden ingediend.

  • 3

    De klacht dient te omvatten:a. de naam en het adres van de indiener;b. de dagtekening;c. een omschrijving van de gedraging waartegen de klacht is gericht.

  • 4

    Indien het klaagschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van de klacht noodzakelijk is, dient de klager zorg te dragen voor een vertaling.

Artikel 2.2 Registratie

  • 1

    Elke ingediende klacht over een gedraging wordt na registratie voorgelegd aan de klachtencoördinator.

  • 2

    Een mondeling ingediende klacht wordt op schrift gesteld en ter ondertekening aan klager voorgelegd ter bevestiging van de juiste notering van de klacht.

Artikel 2.3 Ontvangstbevestiging

  • 1

    De ontvangst van een klacht wordt door de klachtencoördinator binnen één week schriftelijk aan de klager bevestigd.

  • 2

    In de bevestiging wordt meegedeeld wie de klacht zal behandelen en hoe de verdere gang van zaken is.

  • 3

    Degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft krijgt de klacht, de eventueel daarbij meegezonden stukken en de ontvangstbevestiging in afschrift toegezonden.

Artikel 2.4 Ontvankelijkheid

  • 1

    Het bestuursorgaan is niet verplicht de klacht te behandelen, indien zij betrekking heeft op een gedraging:a. waarover reeds eerder een klacht is ingediend die met inachtneming van het bepaalde in deze verordening is behandeld;b. die langer dan een jaar voor indiening heeft plaatsgevonden;c. waartegen door de klager bezwaar gemaakt had kunnen worden;d. waartegen door de klager beroep kan of kon worden ingesteld;e. die door het instellen van een procedure aan het oordeel van een andere rechterlijke instantie dan een administratieve rechter onderworpen is, dan wel onderworpen is geweest off. zolang terzake daarvan een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of vervolging van een strafbaar feit en terzake van dat feit een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging sprake is.

  • 2

    Een klacht wordt niet in behandeling genomen, indien:a. het belang van de klager dan wel het gewicht van de gedraging kennelijk onvoldoende is;b. niet is voldaan aan het bepaalde in artikel 2.1 tweede en derde lid en klager de voor de behandeling vereiste gegevens niet binnen twee weken nadat klager op de tekortkoming is gewezen, heeft verstrekt.

  • 3

    Van het niet in behandeling nemen van de klacht wordt de klager zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift schriftelijk in kennis gesteld.

Artikel 2.5 Vooronderzoek

  • 1

    De klachtencoördinator is in verband met de voorbereiding van de behandeling van de klacht bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 2

    De klachtencommissie kan bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en deze zo nodig uitnodigen daartoe op de zitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van burgemeester en wethouders vereist.

Artikel 2.6 Horen

  • 1

    De klachtencommissie stelt de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft in de gelegenheid te worden gehoord.

  • 2

    De klachtencommissie kan het horen opdragen aan de voorzitter of een lid van de klachtencommissie.

  • 3

    Van het horen van de klager kan worden afgezien, indien de klacht kennelijk ongegrond is dan wel indien de klager heeft verklaard geen gebruik te willen maken van het recht te worden gehoord.

  • 4

    Van het horen wordt een verslag gemaakt.

  • 5

    De klachtencommissie zendt een rapport van bevindingen, vergezeld van het advies en eventuele aanbevelingen aan het bestuursorgaan. Het rapport bevat het verslag van het horen.

Artikel 2.7 Afdoening

  • 1

    Het bestuursorgaan handelt de klacht binnen tien weken na ontvangst af.

  • 2

    Het bestuursorgaan stelt de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft schriftelijk en gemotiveerd in kennis van de bevindingen van het onderzoek naar de klacht, de beslissing over de klacht alsmede van de eventuele conclusies die daaraan zijn verbonden.

  • 3

    Indien de conclusies van het bestuursorgaan afwijken van het advies, wordt in de conclusies de reden voor die afwijking vermeld en wordt het advies meegezonden met de kennisgeving, bedoeld in lid 2.

  • 4

    Indien de klacht niet binnen de in het eerste lid genoemde termijn kan worden afgehandeld, kan het bestuursorgaan de afhandeling voor ten hoogste vier weken verdagen. Van de verdaging wordt door de klachtencoördinator schriftelijk mededeling gedaan aan de klager en aan degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft.

  • 5

    Indien vervolgens nog een klacht kan worden ingediend bij een persoon of college, aangewezen om klachten over het bestuursorgaan te behandelen, wordt daarvan bij de kennisgeving melding gemaakt.

Artikel 2.8 Tussentijds beëindigen procedure

  • 1

    De klachtencoördinator streeft er naar om in een minnelijk overleg te komen tot een bevredigende oplossing ten aanzien van de klacht.

  • 2

    Zodra het bestuursorgaan naar tevredenheid van de klager aan diens klacht tegemoet is gekomen, vervalt de verplichting tot het verder toepassen van dit hoofdstuk.

  • 3

    De klachtencoördinator bevestigt dit schriftelijk aan klager en aan degene over wie werd geklaagd.

Hoofdstuk 3 Rapportage

Artikel 3.1 Jaaroverzicht

De klachtencoördinator brengt jaarlijks vóór 1 april aan de gemeenteraad een rapportage uit, inhoudende een overzicht en een analyse van de ingekomen klachten in de rapportageperiode en zonodig voorzien van beleidsmatige aanbevelingen.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 4.1 Inwerkingtreding nieuwe en intrekking oude verordening

  • 1

    De “Klachtenregeling gemeente Noord-Beveland”, vastgesteld op 22 december 1999, wordt ingetrokken.

  • 2

    Deze verordening treedt in werking op 1 november 2011.

Artikel 4.2 Citeerartikel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de titel “Klachtenregeling gemeente Noord-Beveland 2011”.