Organisatie | Hengelo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening haven-, kade- en opslaggelden 2012 |
Citeertitel | Verordening haven-, kade- en opslaggelden 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-01-2018 | Redactioneel ingetrokken vanwege oude publicatie | 09-11-2011 Gemeenteadvertentie |
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 oktober 2011, nr. ;
gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
besluit vast te stellen de volgende verordening
Verordening op de heffing en invordering van Haven- en Kade- en opslaggelden 2012
Onder de naam ‘havengeld’ wordt een recht geheven voor het gebruik van het voor de openbare dienst bestemde gemeentelijke vaarwater en voor het genot van de diensten die in verband daarmee worden verleend.
Artikel 6 Maatstaf van heffing en tarief
De rechten worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in hoofdstuk 1 van de bij de verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van de in de verordening en tarieventabel gegeven aanwijzingen en bijzondere bepalingen.
Artikel 7 Toepassing van tarieven
1. Voor de toepassing van de tarieven:
indien per vaartuig en per reis het gewicht van de geloste of geladen goederen niet meer dan de helft van het laadvermogen van het vaartuig bedraagt, het een deellading is en het verblijf niet langer duurt dan vier uren, wordt het havengeld in afwijking van het bepaalde in het eerste lid geheven naar de helft van het aantal kubieke meters waterverplaatsing.
wordt in afwijking van het onder 1 bepaalde bij gebreke van een meetbrief of enig ander document of bij weigering om één van genoemde stukken te vertonen, de waterverplaatsing door de gemeenteambtenaar belast met de heffing van gemeentelijke belastingen als bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet vastgesteld en het havengeld naar de uitkomst daarvan geheven;
Bij een voortgezet verblijf wordt voor vaartuigen waarvoor het havengeld is geheven na afloop van het in het tweede lid van dit artikel genoemde tijdvak en voorts telkens na verloop van een tijdvak van veertien achtereenvolgende dagen het havengeld opnieuw geheven; dit havengeld wordt uitsluitend berekend naar de waterverplaatsing.
Artikel 10 Overschrijving, verrekening, teruggaaf en ontheffing
Indien een vaartuig waarvoor het havengeld bij wijze van abonnement is geheven, in de loop van de abonnementsduur wordt vervangen door een vaartuig met een grotere waterverplaatsing, dan wordt over het verschil alsnog havengeld geheven. Het nog te heffen havengeld bedraagt alsdan het verschil tussen het havengeld berekend naar de waterverplaatsing van het vervangende vaartuig en het oorspronkelijk geheven havengeld, een en ander berekend over de periode dat er nog volle maanden in het abonnement overblijven.
Indien een vaartuig, waarvoor het havengeld bij wijze van abonnement is geheven, in de loop van de abonnementsduur wordt vervangen door een vaartuig met een kleinere waterverplaatsing, dan vindt op verzoek teruggaaf van havengeld plaats voor het verschil. Het terug te geven havengeld bedraagt alsdan het verschil tussen het oorspronkelijk geheven havengeld en het havengeld berekend naar de waterverplaatsing van het vervangende vaartuig, een en ander berekend over de periode dat er nog volle maanden in het abonnement overblijven.
Indien de belasting bij wijze van abonnement is geheven, wordt voor een vaartuig dat in de loop van de abonnementsperiode het gemeentelijke vaarwater heeft verlaten en daarin door overmacht niet heeft kunnen terugkeren, op aanvraag ontheffing van belasting verleend over het aantal volle maanden dat de overmachtssituatie heeft bestaan. Het bestaan van overmachtssituatie en de duur daarvan moeten schriftelijk worden aangetoond.
Hoofdstuk 3 VAN HET KADE- EN OPSLAGGELD
Onder de naam ‘kade- en opslaggeld’ wordt een recht geheven voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde werken en inrichtingen door de gemeente ten behoeve van de scheepvaart gemaakt, die in beheer of onderhoud zijn bij de gemeente.
Belastingplichtig is degene, die gebruik maakt van de gemeentelijke kade of het gemeentelijk opslagterrein, voor het daarop plaatsen van goederen of voor het laden of lossen van voor de kade liggende vaartuigen.
De rechten worden geheven bij wege van aanslag of bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder wordt begrepen een nota of andere schriftuur.
Artikel 19 Nadere regels door het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente
Het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de in deze verordening geregelde rechten.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 21, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.