Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leidschendam-Voorburg

Verordening functioneringsgesprekken burgemeester en raad Leidschendam-Voorburg 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeidschendam-Voorburg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening functioneringsgesprekken burgemeester en raad Leidschendam-Voorburg 2011
CiteertitelVerordening functioneringsgesprekken burgemeester en raad
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikelen 83, 147 en 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-12-201122-02-2013nieuwe regeling

25-10-2011

Leidschendammer / Voorburgse Courant 29-12-2011

631165

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening functioneringsgesprekken burgemeester en raad Leidschendam-Voorburg 2011

De raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg;

gezien het voorstel van het presidium (631165) d.d. 6 september 2011;

overwegende, dat het wenselijk is dat de burgemeester – in het kader van een zorgvuldig personeelsbeleid – er recht op heeft minimaal drie keer tijdens zijn / haar ambtsperiode van de raad te horen hoe over zijn / haar functioneren wordt gedacht;

gelet op de artikelen 83, 147 en 149 van de Gemeentewet;

 

Besluit:

 

Vast te stellen de navolgende verordening: Verordening Functioneringsgesprekken burgemeester en raad Leidschendam-Voorburg 2011

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    gesprekken: functioneringsgesprekken van de raad met de burgemeester;

  • b.

    commissie: de commissie die is samengesteld uit leden van de raad die het functioneringsgesprek voeren;

  • c.

    adviseurs: wethouder(s) of gemeentesecretaris die de commissie van informatie kunnen voorzien;

  • d.

    commissaris: commissaris van de Koningin in de provincie.

Artikel 2 Algemene bepalingen

  • 1.

    De raad voert gesprekken met de burgemeester en stelt daarvoor een commissie samen.

  • 2.

    De commissie voert tenminste drie en maximaal zes gesprekken per ambtsperiode.

  • 3.

    Het verslag van het laatste gesprek in een ambtsperiode weegt mee bij het oordeel over een eventuele herbenoeming van de burgemeester.

Artikel 3 Procedure en tijdschema

  • 1.

    De griffier agendeert en organiseert de functioneringsgesprekken.

  • 2.

    Drie van de gesprekken worden gevoerd in ieder geval twee weken voorafgaand aan de gesprekken die de commissaris van de Koningin met de burgemeester heeft.

  • 3.

    De griffier onderhoudt de contacten met het Kabinet van de commissaris van de Koningin in de provincie.

Artikel 4 Samenstelling commissie

  • 1.

    De raad kiest een commissie uit haar midden tenminste acht weken voor het gesprek, als bedoeld in artikel 3, lid 2.

  • 2.

    De commissie wordt samengesteld uit 3 á 5 leden van de raad, plaatsvervangende leden worden niet benoemd.

  • 3.

    Bij ziekte of langdurige afwezigheid van een commissielid kiest de raad een vervanger.

  • 4.

    De commissie kan zich laten bijstaan door de griffier.

  • 5.

    De commissie kan zich laten informeren door wethouder(s) en gemeentesecretaris.

Artikel 5 Voorzitterschap van de commissie

  • 1.

    De commissie wijst uit haar midden een van de leden aan als voorzitter en een van de leden als plaatsvervangend voorzitter (verder te noemen voorzitter).

  • 2.

    De voorzitter leidt het gesprek.

  • 3.

    De voorzitter treedt, voor zover nodig, op als contactpersoon en als woordvoerder naar buiten.

  • 4.

    De commmissie kan zich laten bijstaan door een externe gespreksleider.

Artikel 6 Geheimhouding

  • 1.

    De commissie legt in elke vergadering, met toepassing van artikel 86 van de Gemeentewet, geheimhouding op over de inhoud van de verslagen en het behandelde tijdens de gesprekken.

  • 2.

    De voorzitter ziet erop toe dat aan het gestelde in het vorige lid wordt voldaan.

  • 3.

    Betrokkenen voorkomen dat op enigerlei wijze de vertrouwelijkheid en geheimhouding in gevaar komt. In de voorbereiding kunnen betrokkenen daarom alleen gebruik maken van eigen kennis en ervaring, van openbare bronnen en van voor dit doel vertrouwelijk verkregen informatie van wethouder(s) en gemeentesecretaris. Het op andere wijze inwinnen van inlichtingen of overleg met derden is uitgesloten.

  • 4.

    De commissie en haar leden verstrekken geen inzage in de verslagen noch informatie daarover en over het behandelde tijdens de gesprekken aan raadsleden die geen lid zijn van de commissie, noch aan anderen, behoudens het bepaalde in artikel 7, lid 1 en artikel 9, lid 4.

  • 5.

    De commissie, noch de raad zal de geheimhouding waartoe het eerste lid verplicht, opheffen.

  • 6.

    De commissie treft een voorziening met betrekking tot de wijze waarop de geheimhouding blijft gewaarborgd bij het beheer van documenten, voeren van de correspondentie en bij de bepaling van plaats en tijdstip van de gesprekken.

  • 7.

    De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

  • 8.

    Het in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de griffier, de adviseurs en een mogelijk externe gespreksleider.

Artikel 7 Voorbereiding gesprek

  • 1.

    De leden van de commissie en de burgemeester krijgen de gelegenheid om, voorzover van toepassing, het voorgaand verslag in te zien.

  • 2.

    De leden van de commissie en de burgemeester krijgen de gelegenheid om bespreekpunten aan te leveren.

  • 3.

    Uiterlijk twee weken voor het gesprek ontvangen de leden van de commissie en de burgemeester namens de voorzitter een schriftelijke uitnodiging; die bevat in ieder geval plaats, tijdstip, agenda en bespreekpunten.

  • 4.

    Betrokkenen die niet in staat zijn het gesprek bij te wonen delen dit tijdig mee.

  • 5.

    Bij verhindering van meer dan één lid van de commissie zorgt de griffier voor een nieuwe afspraak.

Artikel 8 Het gesprek

  • 1.

    Het gesprek vindt plaats in beslotenheid.

  • 2.

    Tijdens het gesprek hebben zowel de leden van de commissie als de burgemeester de mogelijkheid hun mening over en ervaringen met de geagendeerde bespreekpunten toe te lichten.

  • 3.

    Uitgangspunt bij het gesprek gedurende de ambtstermijn is de profielschets waarop de burgemeester is benoemd.

  • 4.

    De volgende onderwerpen kunnen tijdens het gesprek aan de orde komen: de burgemeester

    • a.

      als voorzitter van de raad en zijn rol in het presidium en de agendacommissie;

    • b.

      in het proces van dualisme;

    • c.

      als voorzitter van het college;

    • d.

      als coördinator van beleid, kwaliteitsbewaker met toepassing van artikel 170 Gemeentewet;

    • e.

      die invulling geeft aan de eigen portefeuille, met name de handhaving van de openbare orde en veiligheid;

    • f.

      en zijn contacten met de inwoners, organisaties en bedrijven;

    • g.

      als ambassadeur en gezicht van de gemeente in de regio, provincie, rijk en Europa;

    • h.

      en zijn contacten met ambtenaren, met name de gemeentesecretaris, de griffier en het management van de gemeentelijke organisaties;

    • i.

      en zijn nevenfuncties en integriteit;

    • j.

      en zijn, aan de profielschets gerelateerde, competenties.

  • 5.

    In een tweede deel van het gesprek kan worden gesproken over de ontwikkelingen van de gemeente.

Artikel 9 Verslaglegging

  • 1.

    Door de griffier wordt het verslag in conceptvorm in drievoud opgesteld en door de commissie en de burgemeester door ondertekening vastgesteld.

  • 2.

    Het verslag bevat de feitelijke gegevens van de tijd, plaats en rol van de aanwezigen bij het gesprek.

  • 3.

    Het verslag geeft een duidelijk en feitelijk beeld van het besprokene.

  • 4.

    Een afschrift van het vastgestelde verslag wordt aan de burgemeester en de commissaris van de Koningin in de provincie gestuurd.

Artikel 10 Archivering

  • 1.

    De griffier draagt zorg voor een afdoende vertrouwelijke archivering van de stukken, waaronder een afschrift van het vastgestelde verslag.

  • 2.

    Na het aftreden van de burgemeester worden alle betreffende stukken door de griffier vernietigd.

Artikel 11 Slotartikel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking de dag na de dag van bekendmaking.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Functioneringsgesprekken burgemeester en raad.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de

gemeente Leidschendam-Voorburg van 25 oktober 2011.

de griffier, de voorzitter,

mr. G.A. van Egmond drs. J.W. van der Sluijs