Organisatie | Epe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling gemeentelijke belastingen |
Citeertitel | Regeling gemeentelijke belastingen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | belastingen |
Geen.
1.Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-10-2011 | 07-02-2013 | 1e wijziging:art. 3, lid 2 | 04-10-2011 Veluws Nieuws, 18-10-2011 | collegebesluit 2011-67808 |
Regeling gemeentelijke belastingen
Het college van burgemeester en wethouders van Epe;
Gelet op de artikelen 6, derde lid, 13, eerste lid en 14, eerste lid van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de artikelen 29 en 31 van de Invorderingswet 1990 in verbinding met artikel 231, tweede lid, onderdeel a van de Gemeentewet en de bepalingen in de belastingverordeningen omtrent het geven van nadere regels door het college;
Vast te stellen de volgende Regeling gemeentelijke belastingen.
Artikel 1 Reikwijdte van de regeling
De in deze regeling opgenomen regels gelden bij de heffing en de invordering van de gemeentelijke belastingen op grond van de onderscheiden belastingverordeningen voor zover deze regels in artikel 5 voor de betreffende gemeentelijke belasting van toepassing is verklaard.
De belastingplichtige die niet binnen 3 maanden na afloop van het belastingjaar of kalenderjaar is uitgenodigd tot het doen van aangifte of aan wie niet binnen 3 maanden na afloop van het belastingjaar of kalenderjaar een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen veertien dagen na afloop van die drie maanden bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar een schriftelijk verzoek in te dienen om te worden uitgenodigd tot het doen van aangifte;
Indien de belastingplicht voor de hondenbelasting in de loop van het belastingjaar ontstaat dan wel het aantal honden dat door de belastingplichtige wordt gehouden wijzigt, moet de belastingplichtige binnen veertien dagen na het tijdstip waarop de belastingplicht ontstaat of de wijziging van het aantal honden heeft plaatsgevonden, bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar schriftelijk verzoeken om te worden uitgenodigd tot het doen van aangifte;
Na de aanvang van het belastingjaar of kalenderjaar kan aan de belastingplichtige een voorlopige aanslag worden opgelegd of kan van de belastingplichtige een voorlopig bedrag worden gevorderd tot ten hoogste het bedrag waarop de aanslag of het gevorderde bedrag over dat jaar vermoedelijk zal worden vastgesteld;
Artikel 5 Gelding voor gemeentelijke belastingen
In onderstaande tabel is aangegeven welke artikelen voor welke belastingen van toepassing zijn.