Organisatie | Aalburg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Richtlijn verlaging ouderbijdrage peuterspeelzalen t.b.v. doelgroepkinderen voor het volgen van Voor- en Vroegschoolse Educatie 2011 |
Citeertitel | Richtlijn verlaging ouderbijdrage doelgroepkinderen VVE 2011 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen.
Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (Wet OKE)
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 01-05-2013 | Nieuwe regeling | 19-07-2011 Het Kontakt, 17 augustus 2011 | Geen. |
Op basis van deze richtlijn kan aan ouders, met een inkomen tot 10 % boven het sociaal minimum, met een doelgroepkind een gedeeltelijke tegemoetkoming worden verstrekt in de kosten voor de ouderbijdrage voor drie of vier dagdelen Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) bij de peuterspeelzalen.
Het college van burgemeester en wethouders is belast met de uitvoering van deze richtlijn.
Deze richtlijn is van toepassing op:
Het doel van deze richtlijn is het vergroten van de deelname van doelgroepkinderen aan drie of vier dagdelen VVE door middel van het verstrekken van een gedeeltelijke tegemoetkoming in de kosten voor de ouderbijdrage voor drie of vier dagdelen aan ouders met een inkomen tot 10% boven het sociaal minimum zodat onderwijsachterstanden worden voorkomen of beperkt.
Kinderen bij wie door een deskundige van het consultatiebureau een (taal-)ontwikkelingsachterstand is geconstateerd.
Artikel 5 Hoogte van de tegemoetkoming ouderbijdrage
De gemeente verleent een tegemoetkoming in de kosten van de ouderbijdrage voor de peuterspeel-zalen aan ouders met een inkomen tot 10 % boven het sociaal minimum, van wie hun kind doelgroep-kind is en minimaal drie en maximaal vier dagdelen VVE volgt. Na verstrekking van de tegemoetkoming komt de verschuldigde bijdrage van de ouders overeen met de minimale ouderbijdrage voor de kinderopvang, die jaarlijks opnieuw wordt vastgesteld. Wordt drie dagdelen gevolgd dan wordt de ouderbijdrage naar rato doorberekend.
Artikel 6 Duur van de tegemoetkoming
De tegemoetkoming start in de maand waarop het doelgroepkind wordt aangemeld en waarin het doelgroepkind drie of vier dagdelen VVE volgt. Daarbij geldt dat gedurende maximaal 11 termijnen een bijdrage wordt verleend indien de peuterspeelzaal 11 maanden per jaar een ouderbijdrage in rekening brengt. Wordt de ouderbijdrage gedurende 12 maanden in rekening dan volgt daarvoor ook een tegemoetkoming in 12 termijnen. De bijdrage wordt berekend naar het aantal uren per dagdeel en het aantal te volgen dagdelen. De tegemoetkoming eindigt of wijzigt met ingang van de datum waarop het betreffende doelgroepkind minder dagdelen of uren VVE gaat volgen, de peuterspeelzaal verlaat, of om andere redenen die van invloed kunnen zijn op de hoogte van de toegekende tegemoetkoming.