Organisatie | Putten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Monumentenverordening gemeente Putten |
Citeertitel | Monumentenverordening gemeente Putten |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-10-2010 | 1e wijziging | 01-07-2010 Puttens Weekblad, 29-09-2010 | 188180 | ||
01-08-1996 | 01-10-2010 | Nieuwe regeling | 04-07-1996 onbekend | 962522 |
HOOFDSTUK 2 BESCHERMDE GEMEENTELIJKE MONUMENTEN
Paragraaf 1 De aanwijzing als beschermd monument en de registratie op de gemeentelijke monumentenlijst
Artikel 3 De aanwijzing tot beschermd gemeentelijk monument
Burgemeester en wethouders kunnen, al dan niet op aanvraag van een belanghebbende, een onroerend monument aanwijzen als beschermd gemeentelijk monument.
Indien burgemeester en wethouders het initiatief tot een dergelijke aanwijzing nemen, vindt deze aanwijzing niet plaats zonder instemming van de eigenaar.
De aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt medegedeeld aan degenen die als zakelijk gerechtigden in de kadastrale legger bekend staan en aan de ingeschreven hypothecaire schuldeisers alsmede, indien om aanwijzing is gevraagd, aan de verzoeker.
Paragraaf 2 Omgevingsvergunning tot wijziging of afbraak van beschermde gemeentelijke monumenten
Het bevoegd gezag geeft met betrekking tot een beschermd kerkelijk monument geen beschikking ingevolge de bepalingen van artikel 9, tweede lid, dan in overeenstemming met de eigenaar, indien en voor zover het een beschikking betreft, waarbij wezenlijke belangen van de godsdienstuitoefening in het monument in het geding zijn.
HOOFDSTUK 4 BESCHERMDE STADS- EN DORPSGEZICHTEN
Artikel 15 Stads- en dorpsgezichten
De gemeenteraad kan stads- en dorpsgezichten aanwijzen, welke naar zijn oordeel voor bescherming in aanmerking komen en de raad kan een zodanige aanwijzing wijzigen of intrekken. Van de aanwijzing, wijziging en intrekking doet de burgemeester onverwijld mededeling in de Nederlandse Staatscourant, in een of meer dag- of nieuwsbladen die in de gemeente verspreid worden en voorts geeft hij op de gebruikelijke wijze kennis aan de Monumentenraad, Gedeputeerde Staten en de monumentencommissie.
Stads- en dorpsgezichten welke zijn aangewezen overeenkomstig het bepaalde in artikel 35 van de Monumentenwet 1988 worden niet op de lijst van beschermde gemeentelijke stads- en dorpsgezichten geplaatst. Stads- en dorpsgezichten welke na plaatsing op de lijst van beschermde gemeentelijke stads- en dorpsgezichten worden aangewezen overeenkomstig het bepaalde in artikel 35 van de Monumentenwet 1988 wordt geacht niet meer te zijn geplaatst op de lijst van beschermde gemeentelijke stads- en dorpsgezichten.
HOOFDSTUK 5 SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN
Hij, die handelt in strijd met artikel 9 dan wel artikel 18 van deze verordening, wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie.
Artikel 20 Opsporingsbevoegdheid
De opsporing van de in artikel 16 strafbaar gestelde feiten is, naast de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door burgemeester en wethouders met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.
Zo dikwijls de zorg voor de naleving van deze verordening dit vereist, wordt hierbij de machtiging verstrekt al dan niet besloten ruimten en plaatsen, met uitzondering van woningen, desnoods tegen de wil van de rechthebbende, bewoner of gebruiker, te betreden, aan hen die en voor zover zij door het bevoegd gezag belast zijn met het toezicht op de naleving van deze verordening.
Deze eerste wijziging van de Monumentenverordening gemeente Putten treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht in werking treddt. Op een aanvraag om monumentenvergunning, die is ingediend vóór het tijdstip waarop deze wijziging van kracht wordt en waarop op genoemd tijdstip nog niet is beschiktm zijn de bepalingen van de verordening van toepassing, zoals die luidden vóór de onderhavige wijziging.