Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Putten

Verordeningop de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatiePutten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordeningop de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten
CiteertitelVerordening lijkbezorgingsrechten
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpfinanciën en economie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200901-01-2010nieuwe regeling

14-11-2008

Puttens Weekblad 29-11-2008

148368
01-01-2008nieuwe regeling

09-11-2007

De Puttenaer, 28-11-2007

FIN/2007/10964
01-03-2007nieuwe regeling

01-02-2007

De Puttenaer

2007, IZ/2007/329

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordeningop de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten

De raad van de gemeente Putten;

Vastgesteld bij besluit van de raad van 14 november 2008 nr. 148368

 

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN LIJKBEZORGINGSRECHTEN

Artikel 1 Begripsomschrijving

Deze verordening verstaat onder:

eigen graf:

een graf, grafkelder daaronder begrepen, ten aanzien waarvan het uitsluitend recht is verleend tot het doen begraven en begraven houden of het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

eigen urnengraf:

een graf, grafkelder daaronder begrepen, ten aanzien waarvan het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

algemeen graf:

een graf, bij de gemeente in beheer, dienende tot het begraven van een stoffelijk overschot of het doen bijzetten van een asbus met of zonder urn;

eigen urnennis:

een nis ten aanzien waarvan het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

urn:

een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

asbus:

een bus ter berging van as van een overledene;

rechthebbende:

degene, aan wie het uitsluitend recht tot het begraven en begraven houden of het bijzetten en bijgezet houden van een asbus in een eigen graf of het bijzetten en bijgezet houden van een asbus in een eigen urnennis is verleend, of die dat door overschrijving heeft verworven;

gedenkteken:

een voorwerp op het graf voor het aanbrengen van opschriften en figuren, waaronder kettingen, hekwerken en randen;

herdenkingssteen:

een voorwerp bedoeld voor het aanbrengen van herinneringsplaatjes;

asverstrooiveld:

een permanent daartoe bestemde plaats op de begraafplaats Schootmanshof, bestemd voor het doen verstrooien van as;

beheersverordening:

de verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen voor de gemeente Putten, vastgesteld bij raadsbesluit van 1 juli 2004, nr. WB/2004/6323.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen en voor het door de gemeente verrichten van diensten aldaar.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag, dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en tariefstelling

De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 5 Vrijstellingen

  • 1.

    Het recht bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel wordt niet geheven voor het begraven of bijzetten van doodgeborenen of kort na de geboorte overleden kinderen, die in één kist met hun overleden moeder worden begraven of bijgezet.

  • 2.

    Voor het begraven of bijzetten van doodgeborenen of kort na de geboorte overleden kinderen van een meervoudige geboorte, die in één kist worden begraven of bijgezet, wordt het recht eenmaal geheven.

  • 3.

    De rechten bedoeld in 6.1 van de tarieventabel worden niet geheven voor het op rechter-lijk gezag opgraven of lichten en weer in dezelfde grafruimte begraven van een lijk.

  • 4.

    Het recht bedoeld in 5.1 van de tarieventabel wordt niet geheven wanneer bij overlijden het recht wordt overgeschreven op naam van de overblijvende echtgenoot of echtgenote.

Artikel 6 Belastingtijdvak

  • 1.

    Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2.

    Met betrekking tot de rechten genoemd in 4.3 tot en met 4.6 van de tarieventabel, is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1.

    De onderhoudsrechten, bedoeld in 4.2 van de tarieventabel worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2.

    Andere rechten als die bedoeld in 4.2 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1.

    De onderhoudsrechten, als bedoeld in 4.2 van de tarieventabel worden geheven naar de toestand per 1 januari van het belastingjaar, volgende op dat waarin de uitgifte van het eigen graf of de eigen urnennis heeft plaatsgevonden, dan wel de vergunning voor het aanbrengen van een gedenkteken of voor het gebruik van de herdenkingssteen is verleend.

  • 2.

    Vervalt een eigen graf of eigen urnennis of vervallen voorwerpen van een graf of de herdenkingssteen aan de gemeente, dan blijven de rechten verschuldigd tot en met 31 december van het jaar, waarin dit graf of die voorwerpen aan de gemeente vervalt of vervallen.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in 4.2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1.

    De onderhoudsrechten zijn verschuldigd in één termijn, welke vervalt twee maanden na dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2.

    De overige rechten zijn invorderbaar in één termijn, welke vervalt veertien dagen na dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 11 Kwijtschelding

Met betrekking tot de in deze verordening genoemde rechten wordt geen kwijtschelding verleend als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990, juncto artikel 300 van de Gemeentewet, met uitzondering van de rechten als bedoeld in artikel 10, lid 1.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 13 Inwerkingtreding van citeertitel

  • 1.

    De "Verordening lijkbezorgingsrechten " van 9 november 2007 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van inwerkingtreding, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van heffing is 1 januari 2009.

  • 4.

    De verordening wordt aangehaald als "Verordening lijkbezorgingsrechten".

Tarieventabel

behorende bij "Verordening lijkbezorgingsrechten"

HOOFDSTUK 1 VERLENEN VAN RECHTEN

1.1.

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf voor een periode van 30 jaar wordt geheven

1.050,00

1.2.

Voor het verlenen van het recht op een urnennis wordt geheven

 

 

1.2.1.

voor een periode van 10 jaar

672,00

1.2.2.

voor een periode van 20 jaar

1.050,00

1.2.3.

voor een periode van 30 jaar

1.460,00

1.3.

Voor het verlenen van het recht op het gebruik van de herdenkingssteen voor het aanbrengen van een herinneringsplaatje, voor een periode van 10 jaar of het nadien verlengen voor eenzelfde periode, wordt een recht geheven van

145,00

1.4.

Voor het verstrooien van as op het asverstrooiveld wordt per asbus een recht geheven van

212,00

1.5.

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 met 10 jaar wordt een recht geheven van

350,00

1.6.

Voor het verlengen van de rechten als bedoeld in 1.2 met 10 jaar wordt een recht geheven gelijk aan het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het recht als bij 1.2.1.

 

 

HOOFDSTUK 2 BEGRAVEN

2.1.

Voor het begraven of herbegraven van een stoffelijk overschot wordt geheven:

 

 

2.1.1.

in een eigen graf (klasse I)

910,00

2.1.2.

in een eigen graf (klasse II)

455,00

2.1.3.

in een eigen graf, van een persoon jonger dan 12 jaar

227,50

2.1.4.

in een algemeen graf

227,50

2.2.

Voor een door burgemeester en wethouders verleende ontheffing, om onder voorwaarden het begraven in één graf van drie stoffelijke overschotten mogelijk te maken, zoals bedoeld in artikel 10 van de Verordening op het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen, wordt een recht geheven van

94,00

HOOFDSTUK 3 BIJZETTEN VAN ASBUSSEN EN URNEN/ASVERSTROOIING

 

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:

 

 

3.1.1.

in een urnennis

455,00

3.1.2.

in een eigen graf (klasse I)

910,00

3.1.3.

in een eigen graf (klasse II)

455,00

3.1.4.

in een eigen graf, van een persoon jonger dan 12 jaar

227,50

3.1.5.

in een algemeen graf

227,50

HOOFDSTUK 4 GRAFBEDEKKING EN ONDERHOUD

4.1.

Voor het afgeven van een vergunning terzake van het plaatsen, ver- en herplaatsen van voorwerpen op graven, zoals bedoeld in de beheersverordening voor de begraafplaatsen en het stichten van grafkelders, wordt geheven:

 

 

4.1.1

voor de aanleg van een grafkelder (exclusief de rechten als genoemd in Hoofdstuk 1 en 2)

1.050,00

4.1.2.

voor het openen en sluiten van een grafkelder

266,00

4.1.3.

voor het plaatsen van één of meer voorwerpen, zoals gedenktekens, zerken, kruisen, hekken en dergelijke op een eigen of een algemeen graf

58,50

4.1.4.

voor het verwijderen en opnieuw plaatsen van de in 4.1.3. genoemde voorwerpen

129,50

4.1.5.

4.1.6

voor het verplaatsen van de in 4.1.3 genoemde voorwerpen in verband met het lichten en overbrengen van een stoffelijk overschot of asbus naar een ander graf, dan wel urnennis

voor het aanbrengen van een grafgroenraam ten tijde van de teraardebestelling

266,75

25,00

4.2.

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van de begraafplaatsen wordt geheven:

 

 

4.2.1.

voor een eigen graf met voorwerp, per jaar

80,50

4.2.2.

voor een eigen graf, zonder voorwerp, per jaar

40,25

4.2.3.

voor een algemeen graf, waarop een liggende gedenksteen is geplaatst, eenmalig een bedrag van

567,50

4.2.4.

voor een urnennis: onderhoudskosten urnenmuur, per jaar

83,50

4.2.5.

voor een urnennis: onderhoudskosten begraafplaats, per jaar

26,25

4.2.6.

voor de herdenkingssteen: onderhoudskosten, per jaar

7,00

4.2.7.

voor de herdenkingssteen: onderhoudskosten begraafplaats, per jaar

26,25

4.3.

De rechten als bedoeld in onderdeel 4.2.1 en 4.2.2 kunnen worden afgekocht voor onbepaalde tijd, overeenkomend met de periode dat een uitsluitend recht op een graf is gevestigd, door voldoening van een som ineens:

 

 

4.3.1.

voor een graf met voorwerp

2.270,00

4.3.2.

voor een graf zonder voorwerp

1.135,00

4.4.

Het recht als bedoeld in 4.2.4 kan worden afgekocht voor een periode van 10 jaar door voldoening van een som ineens:

 

 

4.4.1.

voor een periode van 10 jaar

681,00

4.4.2.

voor een periode van 20 jaar

1.191,00

4.4.3.

voor een periode van 30 jaar

1.573,00

4.5.

Het recht als bedoeld in 4.2.6 kan worden afgekocht voor een periode van 10 jaar door voldoening van een som ineens van

62,00

4.6.

De rechten als bedoeld in 4.2.5 en 4.2.7 kunnen worden afgekocht voor bepaalde tijd door voldoening van een som ineen:

 

 

4.6.1.

voor een periode van 10 jaar

218,00

4.6.2.

voor een periode van 20 jaar

379,00

4.6.3.

voor een periode van 30 jaar

503,00

4.7.

Indien de in de artikelen 4.3 tot en met 4.6 genoemde afkoopsommen worden voldaan vóór de vervaldag van de jaarlijkse aanslag voor de onderhoudskosten van een graf, urnennis of herdenkingssteen, zal deze aanslag volledig worden verminderd.

 

 

HOOFDSTUK 5 OVERBOEKEN VAN EIGEN GRAVEN EN URNENNISSEN

5.1.

Voor het overboeken van eigen graven of eigen urnennissen in een daartoe bestemd register wordt geheven

27,75

HOOFDSTUK 6 OPGRAVEN, RUIMEN

6.1.

Voor het ruimen van een eigen graf op verzoek van de belanghebbende, waarbij de stoffelijke overschotten in één kist in hetzelfde graf worden begraven, wordt geheven

974,00

6.2.

Voor het opgraven van een stoffelijk overschot ter overbrenging hiervan naar een ander graf op de algemene begraafplaatsen wordt geheven

974,00

6.3.

Voor het lichten van een asbus ter overbrenging naar een andere nis op de begraafplaats, wordt geheven

244,00