Organisatie | Putten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van een baatbelasting in de omgeving van de Kuiterweg |
Citeertitel | Verordening baatbelasting Kuiterweg |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | financiën en economie |
Geen
Gemeentewet, art. 222
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-10-2001 | 31-12-2008 | nieuwe regeling | 19-10-2001 onbekend | IZ/2000/11485 |
De raad van de gemeente Putten;
Vastgesteld bij besluit van de raad van 30 januari 1979, nr. 79-II-8 en gewijzigd bij besluit van de raad van 3 maart 1988, nr. 4115e, 6 december 1990, nr. 4938s, 19 mei 1994, nr. 1654e, 1 december 1994, nr. 4252.k, 5 maart 1998, nr. 980468l en 7 januari 1999, nr. 984900g, 19 oktober 2001 nr. FIN/2001/13730 (7e)
VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN EEN BAATBELASTING IN DE OMGEVING VAN DE KUITERWEG
Artikel 1 Aard van de belasting
In deze gemeente wordt onder de naam van "baatbelasting Kuiterweg" een belasting geheven ter zake van de op de bij deze verordening gevoegde en daarvan deel uitmakende tekening met rood omlijnde onroerende goederen, die gebaat zijn door de van gemeentewege tot stand gebrachte verharding van de Kuiterweg, zulks ter verkrijging van een billijke bijdrage in de kosten van die totstandkoming.
Voor de toepassing van het eerste lid wordt als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die op het tijdstip van ingang van de heffing dan wel, indien de belasting wordt geheven in de vorm van een jaarlijkse belasting, bij de aanvang van het belastingjaar als zodanig in de kadastrale registratie is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
De grondslag, waarnaar de belasting wordt geheven, is de oppervlakte van het onroerend goed, waarbij de oppervlakte van een gebouwd eigendom met zijn gebouwde aanhorigheden, daaronder niet begrepen de ondergrond van dat gebouwde eigendom met zijn gebouwde aanhorigheden, gelijk wordt gesteld met twee hectaren ongebouwde eigendom.
Artikel 9 Tijdstip van betaling
De belasting is invorderbaar in één termijn, welke vervalt twee maanden na dagtekening van het aanslagbiljet.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de baatbelasting.
De kwijtschelding als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990, juncto artikel 300 van de gemeentewet, vindt voor deze belasting geen toepassing.