Organisatie | Roosendaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Parkeerverordening Roosendaal |
Citeertitel | Parkeerverordening Roosendaal |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
De Verordening op het gebruik van parkeerplaatsen en de verlening van vergunningen voor het parkeren van 1992 is ingetrokken.
Parkeeruitvoeringsplan 1998
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-11-2012 | 01-01-2013 | van toepassing verklaren Lex Silencio Positivo op diverse artikelen | 07-11-2012 Gemeenteblad 2012/101, Roosendaalse Bode 18 november 2012 | BC/2012-50 | |
01-01-2012 | 19-11-2012 | diverse artikelen | 21-12-2011 Gemeenteblad 2011/93, Roosendaalse Bode 28 december 2011 | 591716 | |
01-01-2002 | 01-01-2012 | art. 4 | 20-12-2001 Gemeenteblad 2001/55 | onbekend |
Afdeling I. Definities en begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- en uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;
Afdeling II. Plaatsen voor vergunninghouders en vergunningen
Incidentele vergunning Een incidentele vergunning kan worden verleend aan:Diegene die een beroep of bedrijf uitoefent en die een motorvoertuig bezigt bij het verrichten van herstel- onderhouds- of daarmee gelijk te stellen werkzaamheden in een gebied met belanghebbendenplaatsen en/of parkeerapparatuurplaatsen en die niet in dat gebied is gevestigd indien hij of zij aantoont dat het noodzakelijk is dit motorvoertuig voor het uitoefenen van die werkzaamheden in de onmiddellijke omgeving van de betreffende locatie op belanghebbendenplaatsen en/of parkeerapparatuurplaatsen te parkeren;
De eigenaar of houder van een motorvoertuig die naast de in het tweede lid onder A. genoemde voorwaarde tevens voldoet aan in het tweede lid onder B. gestelde voorwaarden wordt, voor wat betreft de eerste aangevraagde vergunning, geacht te beantwoorden aan de in het tweede lid onder A. genoemde voorwaarde.
Burgemeester en wethouders kunnen, met inachtneming van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, regels geven voor het aanvragen en verlenen van een vergunning.
I Een vergunning vermeldt ten minste:
A De zone en/of sector waarvoor de vergunning geldt;
B. de periode waarvoor de vergunning geldt.
II. De bewonersvergunning vermeldt tevens de kentekens van de motorvoertuigen waarvoor de vergunning is verleend;
III. De bedrijfs- en marktkoopliedenvergunning vermeldt tevens de naam van de vergunninghouder.
IV. De incidentele vergunning vermeldt tevens de straat c.q. straten waarvoor de vergunning geldt.
Met de opsporing van overtredingen van deze verordening zijn, behalve de in artikel 141 van het wetboek van strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren belast.
De “Verordening op het gebruik van parkeerplaatsen en de verlening van vergunningen voor het parkeren”, vastgesteld door de raad van de gemeente Roosendaal en Nispen op 26 maart 1992 , laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 december 1993, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de omstandigheden die zich hebben voorgedaan voordat deze verordening in werking treedt.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Roosendaal in zijn openbare vergadering van 30 september 1999.