Organisatie | Diemen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling Beoordelingsgesprekken 2011 |
Citeertitel | Regeling Beoordelingsgesprekken 2011 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
CAR-UWO
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-10-2011 | juridisch-technische en redactionele wijzigingen | 09-08-2011 Onbekend | 11-32-02 |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Diemen;
overwegende dat van de Ondernemingsraad op grond van artikel 27 van de Wet op de Ondernemingsraden instemming is verkregen;
gelet op het bepaalde in artikel 15:1:15 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst;
gelet op het bepaalde in de regeling Adviescommissie Bezwaarschriften Rechtspositie;
vast te stellen de navolgende “Regeling Beoordelingsgesprekken 2011”
een beoordeling als bedoeld in het tweede en derde lid van dit artikel wordt altijd vooraf gegaan door een functioneringsgesprek overeenkomstig het bepaalde in de regeling functioneringsgesprekken. Dit functioneringsgesprek vindt in beginsel plaats na 4 maanden na indiensttreding van de ambtenaar dan wel nadat de ambtenaar met een nieuwe functie is belast.
de beoordeling van een ambtenaar wordt opgemaakt door de beoordelaar. Indien de beoordelaar zelf geen directe kennis draagt van het functioneren van beoordeelde, dan dient de beoordelaar over de beoordeling van de ambtenaar overleg te plegen met de coördinator van de ambtenaar, waarbij deze input geeft aan beoordelaar over het functioneren van de ambtenaar.
indien de ambtenaar zich niet kan verenigen met de beoordeling, en beoordelaar deze niet overeenkomstig de voorstellen van de ambtenaar meent te kunnen wijzigen, wordt het gesprek beëindigd en zal binnen een termijn van drie weken opnieuw een gesprek over de beoordeling plaatsvinden in aanwezigheid van de beoordelingsadviseur.
de beoordelingsadviseur onderzoekt de mogelijkheid om alsnog overeenstemming over de beoordeling te bereiken en draagt er daarbij zorg voor dat de mening van beide partijen tijdens dit gesprek aan de orde komt en maakt daar een verslag van. Dit verslag wordt toegevoegd aan het beoordelingsformulier.
indien de ambtenaar zich ook na het tweede gesprek als bedoeld in het zesde en het zevende lid van dit artikel niet kan verenigen met de beoordeling en beoordelaar deze niet overeenkomstig de voorstellen van de ambtenaar meent te kunnen wijzigen, dan wordt het beoordelingsgesprek afgerond en de beoordeling tesamen met het gespreksverslag ter vaststelling voorgelegd aan de gemeentesecretaris.
Toelichting op de Regeling Beoordelingsgesprekken 2011:
Wat onder dienstbelang moet worden verstaan wordt telkens door Bevoegd gezag (college van Burgemeester en wethouders) situationeel bepaald. Er is dan ook geen eenduidige definitieve voor beschikbaar. Op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) moet bij de beoordeling van de vraag of het dienstbelang in het geding is de belangen van de ambtenaar worden meegewogen. De beslissing om het dienstbelang van toepassing te laten zijn moet aan de ambtenaar gemotiveerd worden meegedeeld. Er wordt dus altijd een schriftelijk besluit over uitgereikt aan de ambtenaar. Toetsing van de beslissing om “dienstbelang” toe te passen vindt plaats via bezwaar en beroep (Awb).
Een hogere frequentie bij het beoordelen kan worden ingegeven door bijv. een ontwikkeltraject, waarin het noodzakelijk is de resultaten daarvan regelmatig rechtspositioneel vast te stellen. Veelal gaat het daarbij om de vraag om een beloningsmaatregel, bijv. periodieke verhoging, te nemen.
Een andere reden voor een hogere frequentie bij het beoordelen is de situatie waarin een ambtenaar niet aan de gestelde functie-eisen voldoet en er een verbeterplan is afgesproken. Een verbeterplan wordt altijd afgesloten met een beoordeling. Een verbeterplan heeft nooit de looptijd van drie jaar. Daardoor moet vaker dan een maal per drie jaar beoordeeld worden.
Artikel 2: Indien geen beoordeling van de ambtenaar heeft plaatsgevonden binnen de in artikel 2, eerste lid aangegeven periode, dan wordt het functioneren van de ambtenaar ambtshalve met een voldoende beoordeeld.
De medewerker kan gemotiveerd verzoeken om een meer dan een beoordelingsgesprek per twee jaar. Slechts om redenen van dienstbelang kan dit geweigerd worden. Tegen een dergelijk besluit staat de mogelijkheid van bezwaar open op grond van de Awb.
De beoordeling vindt plaats over een termijn van maximaal 12 maanden.
Artikel 5: Indien op grond van het bepaalde in het 6de lid van dit artikel opnieuw een gesprek plaatsvindt over de beoordeling van een ambtenaar, dan kan deze zich daarbij altijd laten bijstaand door een door hem te kiezen vertrouwenspersoon. De kosten daarvan komen voor rekening van de ambtenaar.
Artikel 6: De termijn waarbinnen tegen een besluit bezwaar gemaakt moet worden is zes weken na bekendmaking van het besluit aan de ambtenaar (artikel 6:8 Awb).
Artikel 7: De bewaartermijn van een beoordeling van de ambtenaar is in beginsel vastgesteld op maximaal zeven jaar. Op grond van dienstbelang kan Burgemeester en wethouders (als bevoegd gezag) een andere bewaartermijn vaststellen. Dit zal bijv. gebeuren als de ambtenaar bezwaar heeft gemaakt tegen de beoordeling maar deze nog niet in rechte onaantastbaar is geworden. Dat wil zeggen dat er nog een beroepprocedure tegen loopt. Dat kan in uitzonderlijke situaties het geval zijn als de ambtenaar in hoger beroep is gegaan tegen de beoordeling bij de Centrale Raad van Beroep. De behandeling kan dan lange tijd duren. De aangevallen beoordeling dient dan uiteraard niet vernietigd te worden na zeven jaar, maar onderdeel te blijven uitmaken van het personeeldossier.
Artikel 8: Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid besluiten te nemen over aangelegenheden die niet in de regeling zijn opgenomen. De grondslag daarvoor is onder andere terug te vinden in artikel 4.84 Awb.
Artikel 10: Een beoordeling die aan de ambtenaar wordt uitgereikt voor dat de regeling Beoordelinggesprekken gemeente Diemen van kracht is, vallen onder de werking van het Beoordelingsbesluit 2010. De beoordeling dient dan ook via de in het Beoordelingsbesluit 2010 opgenomen regelgeving te worden afgewikkeld.
De manager formuleert de eigen bevindingen over het functioneren, de afgesproken resultaten en het voldoen aan kernwaarden en competenties. De coördinator toetst dit daarna aan de eigen ervaringen en doet zo nodig voorstellen voor bijstelling. De manager blijft verantwoordelijk voor de inhoud van een beoordeling.
De coördinator is altijd bij het beoordelinggesprek aanwezig, mits de medewerker hiermee instemt. Doel hiervan om op een actieve wijze uitwisseling van informatie en standpunten te realiseren, waarop bovendien direct op gereageerd kan worden. Dit komt de inhoud en het proces van het beoordelinggesprek ten goede. Hierdoor wordt bereikt dat het wederzijdse gesprek over het functioneren wordt gevoerd tussen degene die dagelijks met elkaar werken.
Bijlage: Voorgeschreven beoordelingformulier
Persoonlijke Beoordeling gemeente Diemen
Het beoordelinggesprek bestaat uit 2 delen: de beoordeling (deel A) en het maken van afspraken (deel B). Deel B kan bovendien worden gebruikt voor het gesprekverslag. De in te vullen competenties worden overgenomen van het competentieprofiel.
Verklaring van de gebruikte waardering bij de beoordeling.
presteert structureel meer dan op grond van de te stellen functie-eisen mag worden verwacht.
Korte samenvatting afspraken uit planning- en/of functioneringgesprek:
Functiedoelstelling (afgesprokenresultaten).
Resultaatgebieden (competenties):
Afspraken over de te behalen resultaten op basis van taken, resultaatgebieden, competenties en de persoonlijke ontwikkeling van de medewerker, bijv. loopbaanafspraken, afspraken in het kader van opleiding/training. De afspraken moeten "SMART" worden vastgelegd.